De Here is goed, een sterkte ten dage der benauwdheid; Hij kent hen die bij Hem schuilen. | De Heer is goed. Als er gevaar is, is het bij hem veilig. Hij zorgt voor de mensen die bij hem bescherming zoeken. |
Uit de benauwdheid heb ik tot de Here geroepen, de Here heeft mij geantwoord en mij in de ruimte gesteld. | Toen ik het moeilijk had, riep ik naar de Heer. En hij luisterde, hij heeft mij bevrijd. |
Gij zijt mij een verberging, Gij bewaart mij voor benauwdheid, Gij omringt mij met jubelzangen van bevrijding. sela | Heer, u beschermt me, u bevrijdt me. Daarom zing ik en juich ik. |
Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Verdrukking of benauwdheid, of vervolging of honger, of naaktheid, of gevaar, of het zwaard? | Wij horen bij Christus, en Christus houdt van ons. Niets kan dat veranderen. Ook al moeten we lijden, ook al worden we vervolgd of bedreigd. Ook al hebben we honger, ook al zijn we arm, ook al is ons leven in gevaar. |
Een vriend heeft te allen tijde lief, maar een broeder wordt voor de nood geboren. | Een vriend blijft je altijd trouw. Een broer of zus helpt je in moeilijke tijden. |
Daarom is de Here een burcht voor de verdrukte, een burcht in tijden van nood. | De Heer helpt mensen die onderdrukt worden, hij beschermt hen in moeilijke tijden. |