DailyVerses.netThema'sWillekeurige tekstInschrijven

Een (4/4)

Alles heeft zijn uur en ieder ding onder de hemel zijn tijd.Voor alles is er een vastgestelde tijd, en er is een tijd voor elk voornemen onder de hemel.
Want, indien zij vallen, dan richt de een de ander weer op; maar wee de éne, die valt zonder dat een metgezel hem opricht!Want als zij vallen, helpt de één zijn metgezel overeind. Maar wee die ene die valt, terwijl er geen tweede is om hem overeind te helpen.
En zij trokken Hem zijn klederen uit en deden Hem een scharlaken mantel om; ook vlochten zij van doornen een kroon en zetten die op zijn hoofd en gaven Hem een riet in zijn rechterhand. Toen vielen zij voor Hem op de knieën en spotten, zeggende: Wees gegroet, gij Koning der Joden!En toen zij Hem ontkleed hadden, deden zij Hem een scharlakenrode mantel om, vlochten een kroon van dorens, zetten die op Zijn hoofd en gaven Hem een rietstok in Zijn rechterhand. Zij vielen op hun knieën voor Hem neer en bespotten Hem met de woorden: Gegroet, Koning van de Joden!
Hij antwoordde en zeide: Hebt gij niet gelezen, dat de Schepper hen van den beginne als man en vrouw heeft gemaakt? En Hij zeide: Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen en die twee zullen tot één vlees zijn. Zo zijn zij niet meer twee, maar één vlees. Hetgeen dan God samengevoegd heeft, scheide de mens niet.En Hij antwoordde en zei tegen hen: Hebt u niet gelezen dat Hij Die de mens gemaakt heeft, hen van het begin af mannelijk en vrouwelijk gemaakt heeft, en gezegd heeft: Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich aan zijn vrouw hechten, en die twee zullen tot één vlees zijn, zodat zij niet meer twee zijn, maar één vlees? Dus, wat God samengevoegd heeft, laat de mens dat niet scheiden.
En toen de Pinksterdag aanbrak, waren allen tezamen bijeen. En eensklaps kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en vulde het gehele huis, waar zij gezeten waren.En toen de dag van het Pinksterfeest vervuld werd, waren zij allen eensgezind bijeen. En plotseling kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en dat vervulde heel het huis waar zij zaten.
Terwijl hij nog sprak, zie, daar overschaduwde hen een lichtende wolk, en zie, een stem uit de wolk zeide: Deze is mijn Zoon, de geliefde, in wie Ik mijn welbehagen heb; hoort naar Hem!Terwijl hij nog sprak, zie, een lichtende wolk overschaduwde hen; en zie, een stem uit de wolk zei: Dit is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn welbehagen heb; luister naar Hem!
Maar Gij, Here, zijt een schild dat mij dekt, mijn eer, en die mijn hoofd opheft.U echter, HEERE, bent een schild voor mij, mijn eer; U heft mijn hoofd omhoog.
Ik echter bezing uw sterkte, des morgens jubel ik over uw goedertierenheid; want Gij waart mij een burcht, een toevlucht ten dage toen ik benauwd was.Ik echter zal van Uw macht zingen en 's morgens vrolijk zingen van Uw goedertierenheid. Want U bent voor mij een veilige vesting geweest, een toevlucht in de dagen dat angst mij benauwde.
Gelijk zich een vader ontfermt over zijn kinderen, ontfermt Zich de Here over wie Hem vrezen.Zoals een vader zich ontfermt over zijn kinderen, zo ontfermt de HEERE Zich over wie Hem vrezen.
Maar laat het recht als water golven, en gerechtigheid als een immer vloeiende beek.Laat het recht stromen als water, de gerechtigheid als een altijd stromende beek.
Want wie is God behalve de Here, wie is een rots buiten onze God?Want wie is God, behalve de HEERE? Wie is een rots dan alleen onze God?
Vrees voor mensen spant een strik, maar wie op de Here vertrouwt, is onaantastbaar.Mensenvrees legt iemand een valstrik, maar wie op de HEERE vertrouwt, wordt in een veilige vesting gezet.
Ik verblijd mij zeer in de Here, mijn ziel juicht in mijn God, want Hij heeft mij bekleed met de klederen des heils, met de mantel der gerechtigheid heeft Hij mij omhuld, gelijk een bruidegom, die zich als een priester het hoofdsieraad ombindt, en gelijk een bruid, die zich met haar versierselen tooit.Ik ben zeer vrolijk in de HEERE, mijn ziel verheugt zich in mijn God, want Hij heeft mij bekleed met de klederen van het heil, de mantel van gerechtigheid heeft Hij mij omgedaan, zoals een bruidegom zich bekleedt met priesterlijk hoofdsieraad, en een bruid zich tooit met haar sieraden.
En ik viel op de grond en hoorde een stem tot mij zeggen: Saul, Saul, waarom vervolgt gij Mij?En ik viel op de grond en hoorde een stem tegen mij zeggen: Saul, Saul, waarom vervolgt u Mij?
Daarom kunnen wij met vertrouwen zeggen: De Here is mij een helper, ik zal niet vrezen; wat zou een mens mij doen?Daarom zeggen wij met goede moed: De Heere is voor mij een Helper en ik zal niet vrezen. Wat zal een mens mij doen?
Alzo is er, zeg Ik u, blijdschap bij de engelen Gods over één zondaar, die zich bekeert.Zo zeg Ik u, is er blijdschap vóór de engelen van God over één zondaar die zich bekeert.
En de Here God bouwde de rib, die Hij uit de mens genomen had, tot een vrouw, en Hij bracht haar tot de mens. Toen zeide de mens: Dit is nu eindelijk been van mijn gebeente en vlees van mijn vlees; deze zal „mannin” heten, omdat zij uit de man genomen is. Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen, en zij zullen tot één vlees zijn.En de HEERE God bouwde de rib die Hij uit Adam genomen had, tot een vrouw en Hij bracht haar bij Adam. Toen zei Adam: Deze is ditmaal been van mijn beenderen, en vlees van mijn vlees! Deze zal mannin genoemd worden, want uit de man is zij genomen. Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zich aan zijn vrouw hechten; en zij zullen tot één vlees zijn.
Want, gelijk door de ongehoorzaamheid van één mens zeer velen zondaren geworden zijn, zo zullen ook door de gehoorzaamheid van één zeer velen rechtvaardigen worden.Want zoals door de ongehoorzaamheid van de ene mens velen als zondaars aangemerkt worden, zo zullen ook door de gehoorzaamheid van de Ene velen als rechtvaardigen aangemerkt worden.
Want wie is God behalve de Here, wie is een rots buiten onze God?Want wie is God, behalve de HEERE? Wie is een rots dan alleen onze God?
Wordt nuchter en waakzaam. Uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, zoekende wie hij zal verslinden.Wees nuchter en waakzaam; want uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, op zoek naar wie hij zou kunnen verslinden.
De rijke heerst over de armen, en de man die leent, is een knecht van de uitlener.Een rijke heerst over armen, en wie leent, wordt slaaf van de uitlener.
Wie met laster omgaat, verraadt geheimen; maar wie betrouwbaar van geest is, houdt een zaak verborgen.Wie al lasterend zijn weg gaat, openbaart geheimen, maar wie betrouwbaar van geest is, bedekt een zaak.
Wanneer iemand pas een vrouw gehuwd heeft, zal hij in het leger niet uitrukken en men zal hem in geen enkel opzicht bezwaren; gedurende één jaar zal hij vrijgesteld zijn ten behoeve van zijn huis, en de vrouw die hij gehuwd heeft, verheugen.Wanneer een man pas een vrouw genomen heeft, mag hij niet met het leger uittrekken, en mag men hem geen enkele verplichting opleggen. Een jaar lang zal hij vrij zijn ten behoeve van zijn huis zodat hij zijn vrouw, die hij genomen heeft, kan verblijden.
Erken dan van harte, dat de Here, uw God, u vermaant, zoals een man zijn zoon vermaant.Weet dan in uw hart dat de HEERE, uw God, u gehoorzaamheid bijbrengt zoals een man zijn zoon gehoorzaamheid bijbrengt.
Want, gelijk wij in één lichaam vele leden hebben, en de leden niet alle dezelfde werkzaamheden hebben, zo zijn wij, hoewel velen, één lichaam in Christus, maar ieder afzonderlijk leden ten opzichte van elkander.Want zoals wij in één lichaam vele leden hebben en de leden niet alle dezelfde functie hebben, zo zijn wij, hoewel velen, één lichaam in Christus, maar ieder afzonderlijk leden van elkaar.

Bijbeltekst van de dag

Maar wie roemt, roeme in de Here; want niet wie zichzelf aanbeveelt, doch wie van de Here een aanbeveling ontvangt, heeft de proef doorstaan.

Ontvang de dagelijkse Bijbeltekst:

Dagelijkse meldingE-mailFacebookAndroid-appOp je website

Willekeurige Bijbeltekst

En Ik geef hun eeuwig leven en zij zullen voorzeker niet verloren gaan in eeuwigheid en niemand zal ze uit mijn hand roven. Wat mijn Vader Mij gegeven heeft, gaat alles te boven en niemand kan iets roven uit de hand mijns Vaders. Ik en de Vader zijn één.Volgende tekst!Met afbeelding

Ondersteun DailyVerses.net

Help mij het Woord van God verspreiden:
Donatie