- Exodus 1
- Exodus 2
- Exodus 3
- Exodus 4
- Exodus 5
- Exodus 6
- Exodus 7
- Exodus 8
- Exodus 9
- Exodus 10
- Exodus 11
- Exodus 12
- Exodus 13
- Exodus 14
- Exodus 15
- Exodus 16
- Exodus 17
- Exodus 18
- Exodus 19
- Exodus 20
- Exodus 21
- Exodus 22
- Exodus 23
- Exodus 24
- Exodus 25
- Exodus 26
- Exodus 27
- Exodus 28
- Exodus 29
- Exodus 30
- Exodus 31
- Exodus 32
- Exodus 33
- Exodus 34
- Exodus 35
- Exodus 36
- Exodus 37
- Exodus 38
- Exodus 39
- Exodus 40
Vereer alleen mij, de Heer, jullie God. Dan zal ik zorgen dat jullie eten en drinken hebben, en dat jullie gezond blijven. | Vereer de HEER, jullie God, dan zal Hij je voedsel en je water zegenen en jullie vrijwaren van ziekten. |
En jullie hoeven zelf niets te doen, want de Heer zal voor jullie vechten. | De HEER zal voor u strijden, u hoeft zelf niets te doen. |
Heb respect voor je vader en je moeder. Dan zul je lang leven in het land dat ik je zal geven. | Toon eerbied voor uw vader en uw moeder. Dan zult u lang leven in het land dat de HEER, uw God, u geven zal. |
Verlang niet naar iets dat van een ander is. Blijf af van zijn huis, zijn vrouw, zijn slaaf of slavin, zijn koe of zijn ezel, en van al zijn bezit. | Zet uw zinnen niet op het huis van een ander, en evenmin op zijn vrouw, op zijn slaaf, zijn slavin, zijn rund of zijn ezel, of wat hem ook maar toebehoort. |
Jullie moeten goed naar mij luisteren, want ik ben de Heer, jullie God. Jullie moeten doen wat ik wil. Jullie moeten je houden aan mijn wetten en regels. Dan zullen jullie niet de ziektes krijgen die ik naar de Egyptenaren gestuurd heb. Ik ben de Heer. Ik zorg ervoor dat jullie gezond blijven. | Als jullie de woorden van de HEER, jullie God, ter harte nemen, als jullie doen wat goed is in zijn ogen en al zijn geboden en wetten gehoorzamen, zal ik jullie met geen van de kwalen treffen waarmee ik Egypte heb gestraft. Ik, de HEER, ben het die jullie geneest. |
Vier de sabbat, want dat is een bijzondere dag. Zes dagen mogen jullie werken en bezig zijn met alles wat je moet doen. Maar de zevende dag is een dag die voor mij bestemd is. Dan mag je niet werken. Ook je zoon, je dochter, je slaaf en je slavin mogen niet werken. Je dieren mogen niet voor je werken. En ook de vreemdelingen die in jullie steden wonen, mogen niet werken. Ik heb in zes dagen de hemel en de aarde gemaakt, en de zee met alles wat daar leeft. Maar ik rustte op de zevende dag. Daarom heb ik de zevende dag gezegend. Ik heb er een heilige dag van gemaakt. | Houd de sabbat in ere als een heilige dag. Zes dagen lang kunt u werken en al uw arbeid verrichten, maar de zevende dag is de sabbat, die gewijd is aan de HEER, uw God; dan mag u niet werken. Dat geldt voor u, voor uw zonen en dochters, voor uw slaven en slavinnen, voor uw vee, en ook voor vreemdelingen die bij u in de stad wonen. Want in zes dagen heeft de HEER de hemel en de aarde gemaakt, en de zee met alles wat er leeft, en op de zevende dag rustte Hij. Daarom heeft de HEER de sabbat gezegend en geheiligd. |
Jullie mogen geen andere goden maken, goden van goud of van zilver. Jullie moeten alleen mij vereren. | Je mag daarom geen goden van zilver of goud maken om die naast Mij te vereren. |
Weduwen mag je niet slecht behandelen, en ook kinderen zonder vader niet. Als je dat toch doet en als ze mij dan om hulp vragen, zal ik naar hen luisteren. Dan zal ik kwaad worden en jullie doden. Dan hebben jullie eigen vrouwen geen man meer. En dan hebben jullie eigen kinderen geen vader meer. | Weduwen en wezen mag je evenmin uitbuiten. Doe je dat toch en smeken zij Mij om hulp, dan zal Ik zeker naar hen luisteren: Ik zal in woede ontsteken en ieder van jullie doden, en dan zullen jullie eigen vrouwen weduwe worden en jullie kinderen wees. |
Nu moeten jullie goed naar mij luisteren. En jullie moeten je houden aan de afspraken met mij. Dan zullen jullie een kostbaar bezit voor mij zijn. De hele aarde is van mij, en alle volken zijn van mij. | Als je mijn woorden ter harte neemt en je aan het verbond met Mij houdt, zul je een kostbaar bezit voor Mij zijn, kostbaarder dan alle andere volken – want de hele aarde behoort Mij toe. |
Mozes bleef weer veertig dagen en nachten daar bij de Heer. Hij at en dronk niets. Hij schreef op de stenen platen de tien belangrijke regels die de Heer gegeven had. | Veertig dagen en veertig nachten bleef Mozes daar bij de HEER, zonder te eten of te drinken. En de HEER schreef de tekst van het verbond, de tien geboden, op de platen. |
Bijbeltekst van de dag
Wie is dan die grote koning?Het is de machtige Heer.
Hij is die grote koning!