Zijn heer zeide tot hem. Wèl gedaan, gij goede en getrouwe slaaf, over weinig zijt gij getrouw geweest, over veel zal ik u stellen; ga in tot het feest van uw heer. | Zijn heer zei tegen hem: Goed gedaan, goede en trouwe dienaar, over weinig bent u trouw geweest, over veel zal ik u aanstellen; ga in, in de vreugde van uw heer. |
Gerelateerde onderwerpen
Betrouwbaarheid
Maar wèl getrouw is...
Beloning
Wat gij ook doet...
Zegen
De HERE zegene u...
Dienen
Daarom, mijn geliefde broeders...
Geld
Laat uw wijze van...
Liefde
De liefde is lankmoedig...