Maria zal een zoon krijgen. Je moet Hem Jezus (= 'God redt') noemen. Want Hij zal zijn volk bevrijden van hun ongehoorzaamheid aan God en daarmee van Gods straf. | En zij zal een Zoon baren, en u zult Hem de naam Jezus geven, want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden. |
U wil God niet om een teken vragen. Daarom zal de Heer u ongevraagd een teken geven: het meisje dat nog maagd is, zal in verwachting raken en een zoon krijgen. Ze zal hem Immanuël (= 'God met ons') noemen. | Daarom zal de Heere Zelf u een teken geven: Zie, de maagd zal zwanger worden. Zij zal een Zoon baren en Hem de naam Immanuel geven. |
Golf na golf slaat over mij heen. Bruisend en schuimend spoelen uw golven over mij heen. | Watervloed roept tot watervloed, terwijl Uw waterkolken bruisen; al Uw baren en Uw golven zijn over mij heen gegaan. |
De engel zei tegen haar: "Je hoeft niet bang te zijn, Maria. Want God wil goed voor jou zijn. Je zal in verwachting raken en een zoon krijgen. Je moet Hem Jezus (= 'God redt') noemen." | En de engel zei tegen haar: Wees niet bevreesd, Maria, want u hebt genade gevonden bij God. En zie, u zult zwanger worden en een Zoon baren en u zult Hem de Naam Jezus geven. |
Dit is gebeurd zodat zou uitkomen wat de Heer God van tevoren door de profeet Jesaja heeft gezegd: "Het meisje dat nog maagd is zal in verwachting raken en een zoon krijgen. De mensen zullen Hem Immanuël noemen. Dat betekent: 'God is met ons.' " | Dit alles is geschied opdat vervuld werd wat door de Heere gesproken is door de profeet, toen hij zei: Zie, de maagd zal zwanger worden en een Zoon baren, en u zult Hem de Naam Immanuel geven; vertaald betekent dat: God met ons. |
Toen ze daar waren aangekomen, werd het kind geboren. Het was haar eerste kind, een zoon. Maria wikkelde Hem in een doek en legde Hem in een voerbak van de dieren. Want in de herberg was voor hen geen plaats. | En het geschiedde, toen zij daar waren, dat de dagen vervuld werden dat zij baren zou, en zij baarde haar eerstgeboren Zoon, wikkelde Hem in doeken en legde Hem in de kribbe, omdat er voor hen geen plaats was in de herberg. |
Doordat Sara God geloofde, kreeg ze kracht om een kind te krijgen, ook al was ze daar al veel te oud voor. Want ze geloofde dat God hun het kind zou geven dat Hij aan hen had beloofd. | Door het geloof heeft ook Sara zelf kracht ontvangen om zwanger te worden en een kind te baren, ondanks haar hoge ouderdom, omdat zij Hem getrouw heeft geacht Die het beloofd had. |
Op een dag, toen zij zonder te eten de hele dag aan het bidden waren, zei de Heilige Geest tegen hen: "Ik heb een speciale taak voor Barnabas en Saulus." | En terwijl zij de Heere dienden en vastten, zei de Heilige Geest: Zonder voor Mij zowel Barnabas als Saulus af voor het werk waartoe Ik hen geroepen heb. |