Lieve vrienden, geloof niet zomaar iedereen. Onderzoek eerst of iemand door de Geest van God geleid wordt. Want er zijn veel valse profeten in de wereld. | Geliefden, geloof niet elke geest, maar beproef de geesten of zij uit God zijn; want er zijn veel valse profeten in de wereld uitgegaan. |
Dit is dus waar het om gaat: geloof, vertrouwen en liefde. Dat moet steeds het belangrijkste in ons leven zijn. Maar het allerbelangrijkste is de liefde. | En nu blijven geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de meeste van deze is de liefde. |
Paulus en Silas zeiden: ‘Als je gelooft in de Heer Jezus, zul je gered worden. Samen met iedereen die in je huis woont.’ | En zij zeiden: Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden, u en uw huisgenoten. |
Alle profeten van vroeger hebben over Jezus verteld. Zij zeiden dat je zonden vergeven worden als je in hem gelooft. | Van Hem getuigen al de profeten dat ieder die in Hem gelooft, vergeving van zonden ontvangen zal door Zijn Naam. |
Vrienden, we moeten elkaar niet meer veroordelen. Laten we afspreken dat we het andere gelovigen niet moeilijk maken. En dat we hun geloof niet in gevaar brengen. | Laten wij dan niet langer elkaar oordelen, maar oordeel liever dit: de broeder geen aanstoot of oorzaak tot struikelen te geven. |
Wij geloven dat God ons zal redden. Aan dat geloof moeten we vasthouden, zonder te twijfelen. Want God zal doen wat hij beloofd heeft. Daar kunnen we op vertrouwen. | Laten wij de belijdenis van de hoop onwrikbaar vasthouden, want Hij Die het beloofd heeft, is getrouw. |
Pasgeboren baby’s verlangen naar melk. Net zo moeten jullie ernaar verlangen om de woorden van God te horen. Dan kan jullie geloof groeien, en dan worden jullie gered. | En verlang vurig, als pasgeboren kinderen, naar de zuivere melk van het Woord, opdat u daardoor mag opgroeien. |
Jullie moeten klaarstaan voor de strijd, net als soldaten. Maar dit is de manier waarop jullie moeten vechten: Spreek altijd de waarheid, en doe altijd het goede. Breng aan iedereen het goede nieuws van de vrede. En houd altijd vast aan het geloof. Want je geloof beschermt je als een schild tegen de brandende pijlen die de duivel op je afschiet. | Houd dan stand, uw middel omgord met de waarheid, en bekleed met het borstharnas van de gerechtigheid, en de voeten geschoeid met bereidheid van het Evangelie van de vrede. Neem bovenal het schild van het geloof op, waarmee u alle vurige pijlen van de boze zult kunnen uitblussen. |
Ik ben gekomen om mensen het eeuwige leven te geven. Want ik ben de deur naar het eeuwige leven. Wie in mij gelooft, wordt gered. | Ik ben de Deur; als iemand door Mij naar binnen gaat, zal hij behouden worden; en hij zal ingaan en uitgaan en weide vinden. |
Als we geloven, worden we gered. Dan wordt onze hoop werkelijkheid. En door ons geloof weten we zeker dat Gods hemelse wereld bestaat. Ook al kunnen we die nog niet zien. | Het geloof nu is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet. |
Toch is Jezus Christus juist voor mij heel goed geweest. Ik was de eerste aan wie hij liet zien hoe groot zijn geduld is. Zo werd ik een voorbeeld van de redding die God geeft aan iedereen die gelooft. Want wie gelooft in Jezus Christus, zal het eeuwige leven krijgen. | Maar daarom is mij barmhartigheid bewezen, opdat Jezus Christus in mij, de voornaamste van de zondaars, al Zijn geduld zou tonen, tot een voorbeeld voor hen die later in Hem zouden geloven tot het eeuwige leven. |
Daarna zei Paulus: ‘Johannes doopte de mensen om te laten zien dat ze een nieuw leven begonnen. Maar Johannes zei ook: ‘Geloof in de man die na mij komt.’ En dat is Jezus.’ | Maar Paulus zei: Johannes doopte wel een doop van bekering, maar hij zei ook tegen het volk dat zij moesten geloven in Hem Die na hem kwam, dat is in Christus Jezus. |
Jezus zei: ‘Ik ben de weg. Bij mij is de waarheid, en bij mij is het leven. Je kunt alleen bij de Vader komen als je in mij gelooft.’ | Jezus zei tegen hem: Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij. |
Laten wij dan ons uiterste best doen om dat land van rust binnen te gaan! Laten we vasthouden aan ons geloof. En laten we niet ongehoorzaam zijn, zoals het volk in de woestijn. | Laten wij ons dan beijveren om die rust binnen te gaan, opdat niemand door het volgen van dit voorbeeld van ongehoorzaamheid ten val zal komen. |
Vrienden, ik dank God altijd voor jullie. Ik kan niet anders, want er is een goede reden voor. Jullie geloof wordt namelijk steeds sterker, en jullie gaan steeds meer van elkaar houden. | Wij moeten God altijd voor u danken, broeders, zoals het behoort, omdat uw geloof buitengewoon sterk groeit en de liefde van ieder van u allen tot elkaar steeds toeneemt. |
Wie beoordeelt of een slaaf zijn werk goed doet? Alleen zijn eigen meester. Net zo worden wij alleen door onze Heer beoordeeld. En hij zorgt ervoor dat ieder van ons vasthoudt aan zijn geloof. | Wie bent u, dat u de huisslaaf van een ander oordeelt? Of hij staat of valt, gaat alleen zijn eigen heer aan. Hij zal echter staande gehouden worden, want God is bij machte hem staande te houden. |
Ik heb gevochten voor het ware geloof. Ik heb de opdracht die ik van God gekregen heb, helemaal uitgevoerd. En ik heb mijn geloof niet verloren. Het enige waar ik nog op wacht, is het eeuwige leven. Dat zal de Heer mij als beloning geven op de dag dat hij komt als rechtvaardige rechter. Dan geeft hij het eeuwige leven niet alleen aan mij, maar aan alle mensen die naar zijn komst verlangd hebben. | Ik heb de goede strijd gestreden. Ik heb de loop tot een einde gebracht. Ik heb het geloof behouden. Verder is voor mij weggelegd de krans van de rechtvaardigheid die de Heere, de rechtvaardige Rechter, mij op die dag geven zal. En niet alleen mij, maar ook allen die Zijn verschijning hebben liefgehad. |
Het verlangen naar geld is de oorzaak van alles wat slecht is. Sommige christenen wilden zo graag rijk worden, dat ze het geloof kwijtgeraakt zijn. En zo brengen ze zichzelf in grote problemen. | Want geldzucht is een wortel van alle kwaad. Door daarnaar te verlangen, zijn sommigen afgedwaald van het geloof, en hebben zich met vele smarten doorstoken. |
Want Gods liefde voor de mensen was zo groot, dat hij zijn enige Zoon gegeven heeft. Iedereen die in hem gelooft, zal niet sterven, maar voor altijd leven. | Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. |
Ook nu zal de Heer de mensen redden die eerbied voor hem hebben en die hun geloof niet verliezen. Maar slechte mensen zal hij gevangen houden tot de dag dat hij zal rechtspreken. Dan zal hij hen straffen. | Dan weet de Heere ook nu de godvruchtigen uit de verzoeking te verlossen, maar de onrechtvaardigen te bewaren tot de dag van het oordeel, om gestraft te worden. |
Mijn dood brengt redding. Als je dat gelooft, dan is het alsof je mijn lichaam eet en mijn bloed drinkt. Dan ben ik in je, en dan hoor je voor altijd bij mij. | Wie Mijn vlees eet en Mijn bloed drinkt, blijft in Mij en Ik in hem. |
Als je het moeilijk hebt, als je geloof getest wordt, houd dan vol! Dan zul je gelukkig zijn. Want God zal je het eeuwige leven geven. Dat is de beloning die hij beloofd heeft aan de mensen die van hem houden. | Zalig is de man die verzoeking verdraagt, want als hij beproefd gebleken is, zal hij de kroon van het leven ontvangen, die de Heere beloofd heeft aan hen die Hem liefhebben. |
Jezus zei: ‘Ik ben het brood dat eeuwig leven geeft. Als je bij mij komt, zul je nooit meer honger hebben. Als je in mij gelooft, zul je nooit meer dorst hebben.’ | En Jezus zei tegen hen: Ik ben het Brood des levens; wie tot Mij komt, zal beslist geen honger hebben, en wie in Mij gelooft, zal nooit meer dorst hebben. |
Luister goed naar mijn woorden: Als je iets aan God vraagt, twijfel dan niet, maar geloof dat het zal gebeuren. Dan gebeurt het ook. Zelfs als je tegen die berg daar zegt: ‘Kom van je plaats en laat je in de zee vallen.’ | Want, voorwaar, Ik zeg u: wie tegen deze berg zal zeggen: Word opgeheven en in de zee geworpen, en niet zal twijfelen in zijn hart, maar zal geloven dat wat hij zegt, gebeuren zal, het zal hem gebeuren wat hij zegt. |
Vrienden, luister naar wat ik van jullie vraag. Jullie moeten samen een volmaakte eenheid vormen. Dat is wat onze Heer Jezus Christus wil. Vorm geen aparte groepen, en zeg niet allemaal iets anders over het geloof. | Maar ik roep u ertoe op, broeders, door de Naam van onze Heere Jezus Christus, dat u allen eensgezind bent in uw spreken, en dat er onder u geen scheuringen zijn, maar dat u hecht aaneengesmeed bent, één van denken en één van gevoelen. |
Gerelateerde onderwerpen
Geloof
Daarom zeg ik: Als...
Redding
Hij is de redder...
Jezus
Jezus keek hen aan...
Veroordeling
Misschien zegt iemand: ‘Al...
Liefde
Liefde is: geduldig en...
Hoop
Dit is mijn besluit...
Bijbeltekst van de dag
Dwaze kinderen luisteren niet naar de lessen van hun ouders.Kinderen die wel luisteren, zijn verstandig.