Want door één Geest zijn wij allen tot één lichaam gedoopt, hetzij Joden, hetzij Grieken, hetzij slaven, hetzij vrijen, en allen zijn wij met één Geest gedrenkt. | Wij zijn allen gedoopt in één Geest en zijn daardoor één lichaam geworden; of we nu Joden of Grieken zijn, slaven of vrije mensen, we zijn allen van één Geest doordrenkt. |
Onthoudt dat elkander niet, tenzij met onderling goedvinden (en) voor een bepaalde tijd, om u te wijden aan het gebed, maar om daarna weder samen te komen, opdat niet de satan u verzoeke wegens uw gemis aan zelfbeheersing. | Weiger elkaar de gemeenschap niet, of het moest zijn dat u er wederzijds mee instemt u enige tijd aan het gebed te wijden. Kom daarna echter weer samen; anders zal Satan uw gebrek aan zelfbeheersing gebruiken om u te verleiden. |
Want gelijk het lichaam één is en vele leden heeft, en al de leden van het lichaam, hoe vele ook, één lichaam vormen, zo ook Christus. | Een lichaam is een eenheid die uit vele delen bestaat; ondanks hun veelheid vormen al die delen samen één lichaam. Zo is het ook met het lichaam van Christus. |
Petrus dan werd in de gevangenis in bewaring gehouden, maar door de gemeente werd voortdurend tot God voor hem gebeden. | Terwijl Petrus onder zware bewaking zat opgesloten, bleef de gemeente vol vuur voor hem bidden tot God. |
Houd als weduwen in ere, wie waarlijk weduwen zijn. | Ondersteun weduwen die alleen staan. |
Weet gij niet, dat gij Gods tempel zijt en dat de Geest Gods in u woont? | U weet toch dat u een tempel van God bent en dat de Geest van God in uw midden woont? |
Zo iemand Gods tempel schendt, God zal hem schenden. Want de tempel Gods, en dat zijt gij, is heilig! | Als iemand Gods tempel vernietigt, zal God hem vernietigen, want Gods tempel is heilig – en die tempel bent u zelf. |
En Ik zeg u, dat gij Petrus zijt, en op deze petra zal Ik mijn gemeente bouwen en de poorten van het dodenrijk zullen haar niet overweldigen. | En Ik zeg je: jij bent Petrus, en op die rots zal Ik mijn kerk bouwen; de poorten van het dodenrijk zullen haar niet overweldigen. |