Bekeert u tot Mij, luidt het woord van de Here der heerscharen, dan zal Ik tot u wederkeren, zegt de Here der heerscharen. | Keer terug naar Mij, spreekt de HEERE van de legermachten, dan zal Ik naar u terugkeren, zegt de HEERE van de legermachten. |
Zijn heer zeide tot hem. Wèl gedaan, gij goede en getrouwe slaaf, over weinig zijt gij getrouw geweest, over veel zal ik u stellen; ga in tot het feest van uw heer. | Zijn heer zei tegen hem: Goed gedaan, goede en trouwe dienaar, over weinig bent u trouw geweest, over veel zal ik u aanstellen; ga in, in de vreugde van uw heer. |
Door het woord des Heren zijn de hemelen gemaakt, door de adem van zijn mond al hun heer. | Door het Woord van de HEERE is de hemel gemaakt, door de Geest van Zijn mond heel hun legermacht. |
Wie is Hij toch, de Koning der ere? De Here der heerscharen, Hij is de Koning der ere. sela | Wie is Hij, deze Koning der ere? De HEERE van de legermachten, Hij is de Koning der ere. Sela |
Here, God der heerscharen, herstel ons, doe uw aanschijn lichten, opdat wij verlost worden. | HEERE, God van de legermachten, breng ons terug; doe Uw aangezicht lichten, dan zullen wij verlost worden. |
Ook dit gaat van de Here der heerscharen uit; Hij is wonderbaar van raad, groot van beleid. | Ook dit gaat uit van de HEERE van de legermachten. Hij is wonderbaar van raad, Hij is groot in wijsheid. |
Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, een slaaf staat niet boven zijn heer, noch een gezant boven zijn zender. | Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Een dienaar is niet meer dan zijn heer, en een gezant niet meer dan hij die hem gezonden heeft. |
Immers, de zonde zal over u geen heerschappij voeren, want gij zijt niet onder de wet, maar onder de genade. | Want de zonde zal over u niet heersen. U bent namelijk niet onder de wet, maar onder de genade. |
Dit is het woord des Heren tot Zerubbabel: niet door kracht noch geweld, maar door mijn Geest! zegt de Here der heerscharen. | Dit is het woord van de HEERE tot Zerubbabel: Niet door kracht en niet door geweld, maar door Mijn Geest, zegt de HEERE van de legermachten. |
Zoekt het goede en niet het kwade, opdat gij leeft en aldus de Here, de God der heerscharen, met u zij, gelijk gij zegt. | Zoek het goede en niet het kwade, opdat u leeft! Dan zal de HEERE, de God van de legermachten, met u zijn, zoals u altijd zegt. |
Van U, o Here, is de grootheid en de kracht, de heerlijkheid, de roem en de majesteit, ja, alles wat in de hemel en op de aarde is; van U is de heerschappij, o Here, en Gij zijt als hoofd boven alles verheven. | Van U, HEERE, is de grootheid, de macht, de luister, de kracht en de majesteit. Want alles wat in de hemel en op de aarde is, is van U. Van U, HEERE, is het Koninkrijk, en U hebt Zich verheven tot een Hoofd boven alles. |
Opdat, gelijk de zonde als koning heerste in de dood, zo ook de genade zou heersen door rechtvaardigheid ten eeuwigen leven door Jezus Christus, onze Here. | Opdat, evenals de zonde geregeerd heeft tot de dood, zo ook de genade zou regeren door gerechtigheid tot het eeuwige leven, door Jezus Christus, onze Heere. |
En wij allen, die met een aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is. | Wij allen nu, die met onbedekt gezicht de heerlijkheid van de Heere als in een spiegel aanschouwen, worden van gedaante veranderd naar hetzelfde beeld, van heerlijkheid tot heerlijkheid, zoals dit door de Geest van de Heere bewerkt wordt. |
Want indien gij met uw mond belijdt, dat Jezus Heer is, en met uw hart gelooft, dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult gij behouden worden. | Als u met uw mond de Heere Jezus belijdt en met uw hart gelooft dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult u zalig worden. |
De hand der vlijtigen zal heersen, maar traagheid voert tot dienstbaarheid. | De hand van de vlijtigen zal heersen, maar bedrog leidt tot herendienst. |
Mijn God zal in al uw behoeften naar zijn rijkdom heerlijk voorzien, in Christus Jezus. | Maar mijn God zal u, overeenkomstig Zijn rijkdom, voorzien van alles wat u nodig hebt, in heerlijkheid, door Christus Jezus. |
Hun heeft God willen bekendmaken, hoe rijk de heerlijkheid van dit geheimenis is onder de heidenen: Christus onder u, de hoop der heerlijkheid. | Aan hen heeft God willen bekendmaken wat de rijkdom is van de heerlijkheid van dit geheimenis onder de heidenen: Christus onder u, de hoop op de heerlijkheid. |
Wat gij ook doet, verricht uw werk van harte, als voor de Here en niet voor mensen; gij weet toch, dat gij van de Here tot vergelding de erfenis zult ontvangen. Gij dient Christus als heer. | En alles wat u doet, doe dat van harte, als voor de Heere en niet voor mensen, in de wetenschap dat u van de Heere als vergelding de erfenis zult ontvangen, want u dient de Heere Christus. |
Sta op, word verlicht, want uw licht komt en de heerlijkheid des Heren gaat over u op. | Sta op, word verlicht, want uw licht komt en de heerlijkheid van de HEERE gaat over u op. |
Bevestig mijn schreden naar uw toezegging, laat generlei onrecht over mij heersen. | Laat mijn voetstappen vaststaan in Uw woord, laat geen enkel onrecht over mij heersen. |
Onze God en Vader nu zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid! Amen. | Onze God en Vader nu zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen. |
Verhef U boven de hemelen, o God; uw heerlijkheid zij over de ganse aarde. | Verhef U boven de hemel, o God; Uw eer zij over de hele aarde. |
Verhef U boven de hemelen, o God, uw heerlijkheid zij over de ganse aarde. | Verhef U boven de hemel, o God, en Uw eer over de hele aarde. |
Zij zullen Mij ten eigendom zijn, zegt de Here der heerscharen, op de dag die Ik bereiden zal. En Ik zal hen sparen, zoals iemand zijn zoon spaart, die hem dient. | En zij zullen voor Mij, zegt de HEERE van de legermachten, op de dag die Ik maken zal, een persoonlijk eigendom zijn. Ik zal hen sparen, zoals een man zijn zoon spaart die hem dient. |
Want een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij rust op zijn schouder en men noemt hem Wonderbare Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst. | Want een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij rust op Zijn schouder. En men noemt Zijn Naam Wonderlijk, Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst. |