Wie in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, vernacht in de schaduw des Almachtigen. Ik zeg tot de Here: Mijn toevlucht en mijn vesting, mijn God, op wie ik vertrouw. | Bij de Heer ben ik veilig, hij is de allerhoogste God. Bij hem vind ik rust, hij is de machtige God. Daarom zeg ik tegen hem: ‘U beschermt me, ik hoef niet bang te zijn. Op u vertrouw ik.’ |
Met zijn vlerken beschermt Hij u, en onder zijn vleugelen vindt gij een toevlucht; zijn trouw is schild en pantser. | De Heer beschermt je, zoals een vogel haar jongen beschermt onder haar vleugels. De Heer is trouw. Hij is zo sterk als een schild, hij houdt elke aanval tegen. |
Gerelateerde onderwerpen
Veiligheid
Maar wèl getrouw is...
Vertrouwen
Vertrouw op de HERE...
Rust
Komt tot Mij, allen...
Almachtig
Van U, o HERE...
Bescherming
Doet de wapenrusting Gods...
Betrouwbaarheid
Maar wèl getrouw is...