God is liefdevol en goed. Daarom moedig ik jullie aan, broeders en zusters, om jezelf aan God te geven. Geef jezelf als een levend en heilig offer waar God blij mee is. Het is goed om God op die manier te dienen. | Broeders en zusters, met een beroep op Gods barmhartigheid vraag ik u om uzelf als een levend, heilig en God welgevallig offer in zijn dienst te stellen. Dat is de ware eredienst die van u wordt gevraagd. |
Jullie moeten niet meer op dezelfde manier leven als de ongelovige mensen. Maar leef als nieuwe mensen, doordat jullie op een nieuwe manier gaan denken, namelijk op Gods manier. Dan zullen jullie ook anders gaan leven. Dan zullen jullie weten wat Gods wil is. En alles wat Hij wil is goed, mooi en volmaakt. | U moet uzelf niet aanpassen aan deze wereld, maar u veranderen door uw gezindheid te vernieuwen, om zo te ontdekken wat God wil en wat goed, volmaakt en Hem welgevallig is. |
God heeft mij de taak gegeven om jullie geloof op te bouwen. Daarom zeg ik tegen jullie allemaal: vind jezelf niet belangrijker dan je bent. Wees bescheiden. Gedraag je op een manier die past bij de hoeveelheid geloof die God jou op dit moment heeft gegeven. Die hoeveelheid is bij iedereen verschillend. | Met een beroep op de genade die mij geschonken is, zeg ik u allen dat u zichzelf niet hoger moet aanslaan dan u kunt verantwoorden. U moet verstandig over uzelf denken, in overeenstemming met het geloof, de maatstaf die God ieder van u geschonken heeft. |
Je zou het zó kunnen zeggen: Eén lichaam heeft veel lichaamsdelen, en die lichaamsdelen doen niet allemaal hetzelfde soort werk. Zo zijn wij met elkaar ook één lichaam in Christus. Wij zijn allemaal verschillende lichaamsdelen van dat ene lichaam. | Zoals ons ene lichaam vele delen heeft en die delen niet allemaal dezelfde functie hebben, zo zijn we samen één lichaam in Christus en zijn we, ieder apart, elkaars lichaamsdelen. |
Jullie liefde moet écht zijn. Heb dus een hekel aan het kwaad en doe je best om te doen wat goed is. | Laat uw liefde oprecht zijn. Verafschuw het kwaad en wees het goede toegedaan. |
Houd als broeders en zusters van elkaar. Laat elkaar zien dat je respect voor elkaar hebt. Wees daarin een voorbeeld voor elkaar. | Heb elkaar lief met de innige liefde van broeders en zusters en acht de ander hoger dan uzelf. |
Word niet lui in het dienen van de Heer, maar dien Hem vol vuur. | Laat uw enthousiasme niet bekoelen, maar laat u aanvuren door de Geest en dien de Heer. |
Wees blij over de dingen die nog zullen komen. Wees geduldig als je wordt vervolgd. Stop nooit met bidden. | Wees verheugd door de hoop die u hebt, wees standvastig wanneer u tegenspoed ondervindt, en bid onophoudelijk. |
Zegen de mensen door wie jullie worden vervolgd, en vervloek hen niet. | Zegen uw vervolgers; zegen hen, vervloek hen niet. |
Leef mee met andere mensen, of ze nu blij of verdrietig zijn. | Wees blij met wie zich verblijdt, heb verdriet met wie verdriet heeft. |
Wees één met elkaar. Verlang niet naar steeds belangrijkere taken, maar wees ook tevreden met eenvoudige taken. Wees niet eigenwijs. | Wees eensgezind; wees niet hoogmoedig, maar zet uzelf aan tot nederigheid. Ga niet af op uw eigen inzicht. |
Doe ook zoveel mogelijk je best om met alle mensen vrede te houden. | Stel, voor zover het in uw macht ligt, alles in het werk om met alle mensen in vrede te leven. |
Laat je niet overwinnen door het kwaad, maar overwin het kwaad door goed te doen. | Laat u niet overwinnen door het kwade, maar overwin het kwade door het goede. |