Toen zei hij: ‘Als je bij mij hoort, dan moet je juist voor de minst belangrijke mensen aandacht hebben. Zoals voor zo’n kind. Want wat je voor de minst belangrijke mensen doet, dat doe je voor mij. En wat je voor mij doet, dat doe je ook voor God, die mij gestuurd heeft. Weet je wie van jullie echt belangrijk is? Dat is degene die zichzelf het minst belangrijk vindt.’ | Hij zei tegen hen: ‘Wie dit kind in mijn naam ontvangt, ontvangt Mij; en wie Mij ontvangt, ontvangt Hem die Mij gezonden heeft. Want wie de kleinste onder jullie allen is, die is werkelijk groot.’ |
Jezus is een veel belangrijkere hogepriester dan de hogepriesters op aarde, want hij is hogepriester in de hemel. Dankzij Jezus geldt voortaan Gods nieuwe, betere afspraak met de mensen. God had beloofd dat het zo zou gebeuren. | Maar Jezus is dus aangesteld voor een eerbiedwaardiger dienst, in die zin dat Hij bemiddelaar is van een beter verbond, dat zijn wettelijke grondslag heeft gekregen in betere beloften. |
Ik heb nooit naar jonge vrouwen gekeken, dat had ik mezelf plechtig beloofd. | Ik heb een verbond gesloten met mijn ogen: nooit zal ik naar jonge vrouwen kijken. |
Op de laatste, belangrijkste dag van het feest was Jezus in de tempel. Hij riep tegen de mensen: ‘Als je dorst hebt, kom dan bij mij om te drinken!’ | Op de laatste dag, het hoogtepunt van het feest, stond Jezus in de tempel, en Hij riep: ‘Laat wie dorst heeft bij Mij komen en drinken!’ |
De Heer maakte toen zijn tien belangrijkste regels bekend, en schreef ze op twee stenen platen. Hij wilde dat jullie je daaraan zouden houden. | Hij maakte u de regels van het verbond bekend, de tien geboden. Hij schreef ze op twee stenen platen en eiste dat u zich eraan zou houden. |
Bij u ben ik veilig, u beschermt me. Ik hoop dat u doet wat u beloofd hebt. | Bij U schuil ik, U bent mijn schild, in uw woord stel ik mijn hoop. |
Als je roddelt over anderen, ben je schijnheilig. Als je iemand beledigt, ben je een dwaas. | Wie heimelijk haat is een huichelaar, wie openlijk lastert een dwaas. |
Dit is dus waar het om gaat: geloof, vertrouwen en liefde. Dat moet steeds het belangrijkste in ons leven zijn. Maar het allerbelangrijkste is de liefde. | Dit is wat blijft: geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de grootste daarvan is de liefde. |
Houd vol en doe wat God wil. Dan zullen jullie krijgen wat God beloofd heeft. | Blijf juist volharden, want als u de wil van God doet, zult u ontvangen wat u beloofd is. |
Liefde is: geduldig en vriendelijk zijn. Liefde is: niet jaloers zijn, niet vertellen hoe goed je bent, jezelf niet belangrijker vinden dan een ander. Liefde is: een ander niet beledigen, niet alleen aan jezelf denken, geen ruzie maken en geen wraak willen nemen. | De liefde is geduldig en vol goedheid. De liefde kent geen afgunst, geen ijdel vertoon en geen zelfgenoegzaamheid. Ze is niet grof en niet zelfzuchtig, ze laat zich niet boos maken en rekent het kwaad niet aan. |
Jezus antwoordde: ‘De eerste en belangrijkste regel is deze: «De Heer is je God. Je moet van hem houden met je hele hart, met je hele ziel, en met je hele verstand.»’ | Hij antwoordde: ‘Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand.’ |
God wil dat jullie bij hem horen. Hij is trouw, en hij doet wat hij belooft. | Hij die u roept is trouw en komt zijn belofte na. |
Jezus ging zitten en riep de twaalf leerlingen bij zich. Hij zei: ‘Wie de belangrijkste wil zijn, moet zichzelf op de laatste plaats zetten. En hij moet alle anderen dienen.’ | Hij ging zitten en riep de twaalf bij zich. Hij zei tegen hen: ‘Wie de belangrijkste wil zijn, moet de minste van allemaal zijn en ieders dienaar.’ |
Jullie moeten jezelf niet beter vinden dan een ander, of opscheppen over jezelf. Nee, jullie moeten bescheiden zijn, en een ander belangrijker vinden dan jezelf. | Handel niet uit geldingsdrang of eigenwaan, maar acht in alle nederigheid de ander belangrijker dan uzelf. |
Als je het moeilijk hebt, als je geloof getest wordt, houd dan vol! Dan zul je gelukkig zijn. Want God zal je het eeuwige leven geven. Dat is de beloning die hij beloofd heeft aan de mensen die van hem houden. | Gelukkig is de mens die in de beproeving staande blijft. Want wie de proef doorstaat, ontvangt als lauwerkrans het leven, zoals God heeft beloofd aan iedereen die Hem liefheeft. |
Boze mensen worden rustig als je vriendelijk tegen hen bent, maar ze worden woedend als je hen beledigt. | Een vriendelijk antwoord doet drift bedaren, krenkende woorden wakkeren woede aan. |
Kijk eens naar de vogels. Ze werken niet op het land en ze hebben geen kelder of schuur. God geeft ze te eten. En jullie zijn voor hem veel belangrijker dan de vogels. | Kijk naar de raven: ze zaaien niet en oogsten niet, ze hebben geen voorraadkamer en geen schuur, het is God die ze voedt. Hoeveel meer zijn jullie niet waard dan de vogels! |
Ik ga dus door met mijn werk, ik geef niet op. Dat kan me mijn leven kosten, maar dat is niet erg. Want het belangrijkste is dat ik van binnen een nieuw mens word, elke dag meer. | Daarom verzaken wij onze plicht niet, want ook al gaat ons uiterlijke bestaan verloren, ons innerlijke bestaan wordt van dag tot dag vernieuwd. |
Als dwaze mensen boos zijn, laten ze dat meteen merken, maar als wijze mensen beledigd worden, zwijgen ze. | Een dwaas toont onmiddellijk zijn woede, wie verstandig is, zwijgt als hij beledigd wordt. |
Maar zo mag het bij jullie niet gaan. Als je de belangrijkste wilt zijn, moet je de anderen dienen. Als je de voornaamste wilt zijn, moet je de anderen dienen zoals een slaaf doet. | Zo mag het bij jullie niet gaan. Wie van jullie de belangrijkste wil zijn, moet dienaar van de anderen zijn, en wie van jullie de eerste wil zijn, moet slaaf van de anderen zijn. |
Mozes bleef weer veertig dagen en nachten daar bij de Heer. Hij at en dronk niets. Hij schreef op de stenen platen de tien belangrijke regels die de Heer gegeven had. | Veertig dagen en veertig nachten bleef Mozes daar bij de HEER, zonder te eten of te drinken. En de HEER schreef de tekst van het verbond, de tien geboden, op de platen. |
Vergeet nooit dat jullie als christenen allemaal gelijk zijn. Je moet jezelf niet belangrijker vinden dan anderen. Wees tevreden met een onbelangrijke plaats, en wees niet eigenwijs. | Wees eensgezind; wees niet hoogmoedig, maar zet uzelf aan tot nederigheid. Ga niet af op uw eigen inzicht. |
God wil mij naar de hemel halen omdat ik Jezus Christus dien. Ik doe mijn uiterste best om die beloning te krijgen. | Ik ga recht op mijn doel af: de hemelse prijs waartoe God in Christus Jezus roept. |
Jeremia, vraag me wat er gaat gebeuren, dan zal ik je antwoord geven. Ik ga je belangrijke dingen vertellen. Dingen die voor mensen verborgen zijn, en die ook jij niet weet. | Roep Mij aan, en Ik zal je antwoorden, Ik zal je grote, wonderlijke dingen bekendmaken, dingen die je volkomen onbekend zijn. |
De moeilijkheden die we meemaken, gaan voorbij. Die zijn niet belangrijk. Maar ze brengen ons iets wat juist wel belangrijk is: het eeuwige leven bij God. | En de geringe last die we tijdelijk te dragen hebben, brengt ons een eeuwige luister, die alles omvat en alles overtreft. |