Want de droefheid die overeenkomstig de wil van God is, brengt een onberouwelijke bekering tot zaligheid teweeg, maar de droefheid van de wereld brengt de dood teweeg. | Er bestaat inderdaad verdriet waar God blij mee is. Zulk verdriet zorgt ervoor dat mensen hun leven veranderen. Daar krijgen ze geen spijt van. Want het heeft als gevolg dat ze gered worden. Maar het verdriet van slechte mensen brengt niets goeds. Zulk verdriet leidt tot de dood. |
De goede mens brengt het goede voort uit de goede schat van zijn hart, en de slechte mens brengt het slechte voort uit de slechte schat van zijn hart, want uit de overvloed van het hart spreekt zijn mond. | Zo zegt een goed mens goede dingen omdat hij van binnen goed is. En een slecht mens zegt slechte dingen omdat hij van binnen slecht is. Je woorden laten zien hoe je van binnen bent! |
Een verderfelijke man brengt ruzie teweeg, en een lasteraar maakt scheiding tussen de beste vrienden. | Mensen die roddelen, veroorzaken ruzie. Ze zorgen ervoor dat zelfs vrienden elkaar gaan haten. |
Want onze lichte verdrukking, die van korte duur is, brengt in ons een allesovertreffend eeuwig gewicht van heerlijkheid teweeg. | De moeilijkheden die we meemaken, gaan voorbij. Die zijn niet belangrijk. Maar ze brengen ons iets wat juist wel belangrijk is: het eeuwige leven bij God. |
Hoe lieflijk zijn op de bergen de voeten van hem die het goede boodschapt, die vrede laat horen, die een goede boodschap brengt van het goede, die heil laat horen, die tegen Sion zegt: Uw God is Koning. | Iedereen wacht op het goede nieuws. Iedereen wacht op de snelle boodschapper die over de bergen komt. De mensen zijn blij als hij komt. Hij zegt dat er vrede komt, en dat God de mensen zal bevrijden. Hij roept naar de inwoners van Jeruzalem: ‘Jullie God is koning!’ |
Want Ú doet mijn lamp schijnen, HEERE; mijn God doet mijn duisternis opklaren. | Heer, mijn God, u brengt licht in mijn leven. U helpt me als ik het moeilijk heb. |
Belijd elkaar de overtredingen en bid voor elkaar, opdat u gezond wordt. Een krachtig gebed van een rechtvaardige brengt veel tot stand. | Vertel elkaar wat je verkeerd gedaan hebt. En bid voor elkaar. Dan zullen jullie gered worden. Want als goede en eerlijke mensen tot God bidden en hem om iets vragen, zullen ze het zeker krijgen. |
Maar de godsvrucht is inderdaad een bron van grote winst, vergezeld van tevredenheid. | Het geloof brengt inderdaad grote rijkdom voor iedereen die tevreden is. |
Gerechtigheid en recht te doen is voor de HEERE verkieslijker dan een offer. | De Heer heeft liever dat je goed en eerlijk leeft, dan dat je offers aan hem brengt. |
De gift van een mens maakt ruimte voor hem, en leidt hem in de tegenwoordigheid van groten. | Mensen die geschenken uitdelen, krijgen daarmee aandacht van machtige mensen. |
Haat wekt twisten op, maar liefde bedekt alle overtredingen. | Haat zorgt voor ruzie. Liefde bedekt alle fouten. |
Breng dan vruchten voort in overeenstemming met de bekering. | Jullie moeten goede dingen doen. Dan zullen jullie lijken op een boom met goede vruchten. |
Draag elkaars lasten, en vervul zo de wet van Christus. | Help elkaar altijd. Dan leef je volgens de wet van Christus. |
Want de vrucht van de Geest bestaat in alle goedheid en rechtvaardigheid en waarheid. | Want alleen in dat licht kunnen goedheid, eerlijkheid en trouw groeien. |
De goddeloze leent en betaalt niet terug, maar de rechtvaardige ontfermt zich en geeft. | Slechte mensen lenen dingen van anderen, maar ze geven nooit iets terug. Goede mensen geven graag dingen weg, zij weten wat liefde is. |
De hoogmoed van een mens zal hem vernederen, maar de nederige van geest zal de eer vasthouden. | Mensen die zichzelf geweldig vinden, zullen het moeilijk hebben, maar mensen die bescheiden zijn, krijgen respect. |
En elke bestraffing schijnt op het moment zelf wel geen reden tot blijdschap te zijn, maar tot droefheid. Maar later geeft zij hun die erdoor geoefend zijn een vreedzame vrucht van gerechtigheid. | Niemand vindt het leuk om straf te krijgen. Op het moment dat het gebeurt, brengt het verdriet. Maar als je leert van je straf, heb je daar veel voordeel van. Dan zul je later in vrede leven, en goed zijn voor anderen. |
Want ik ben ervan overtuigd dat het lijden van de tegenwoordige tijd niet opweegt tegen de heerlijkheid die aan ons geopenbaard zal worden. | Dit weet ik zeker: hoe zwaar ons lijden ook wordt, het brengt ons eeuwige leven niet in gevaar. |
En de vrucht van de gerechtigheid wordt in vrede gezaaid voor hen die vrede stichten. | Mensen die goede dingen doen en in vrede leven met iedereen, zorgen overal voor recht en vrede. |
Wie de overtreding toedekt, zoekt liefde, maar wie de zaak weer oprakelt, maakt scheiding tussen de beste vrienden. | Als je je vrienden niet wilt verliezen, moet je hun fouten vergeven. Want anders raak je de vriendschap kwijt. |
Om die reden immers betaalt u ook belastingen. Het zijn namelijk dienaars van God, die juist daarmee voortdurend bezig zijn. | Daarom betaal je ook belasting. De mensen die belasting ophalen, staan in dienst van God. |
En Hij is een verzoening voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de zonden van de hele wereld. | Dankzij hem wil God onze zonden vergeven. En niet alleen onze eigen zonden, maar die van de hele wereld. |
Ik echter vertrouw op Uw goedertierenheid, mijn hart zal zich verheugen in Uw heil, ik zal voor de HEERE zingen, omdat Hij goed voor mij geweest is. | Heer, ik vertrouw op uw liefde. Ik zal juichen omdat u mij redt. Ik zal voor u zingen, want u bent goed voor mij. |
Maar ik, met dankzegging zal ik U offers brengen; wat ik beloofd heb, zal ik nakomen. Het heil is van de HEERE! | Maar ik niet! Ik zal u met offers danken, en een lied voor u zingen. Alles wat ik beloof, zal ik doen. Want alleen u, Heer, brengt redding! |
Woorden uit de mond van een wijze zijn aangenaam, maar de lippen van een dwaas verslinden hemzelf. | Als een wijs mens iets zegt, dan krijgt hij waardering. Maar als een dwaas iets gaat zeggen, dan brengt hij zichzelf in de problemen. |