Want de dood van een mens maakt mij niet blij. Ga dus op een goede manier leven, zodat jullie in leven blijven! | Want Ik heb geen welgevallen aan de dood van wie sterven moet, luidt het woord van de Here Here; daarom bekeert u, opdat gij leeft. |
Iemand die niet wil zorgen voor zijn familie, en zelfs niet voor zijn eigen ouders, die is geen christen. Zo iemand leeft nog slechter dan een ongelovige. | Maar indien een vrouw voor de haren, en nog wel voor haar huisgenoten, niet zorgt, dan heeft zij haar geloof verloochend en is zij erger dan een ongelovige. |
Stel dat een man nog maar kort met een vrouw getrouwd is. Dan hoeft hij niet het leger in om oorlog te voeren. Hij hoeft ook geen ander werk voor het leger te doen. Een jaar lang mag hij thuisblijven om zijn vrouw gelukkig te maken. | Wanneer iemand pas een vrouw gehuwd heeft, zal hij in het leger niet uitrukken en men zal hem in geen enkel opzicht bezwaren; gedurende één jaar zal hij vrijgesteld zijn ten behoeve van zijn huis, en de vrouw die hij gehuwd heeft, verheugen. |
Jezus zei: ‘Luister naar mijn woorden: God wil alles vergeven wat mensen verkeerd doen. Zelfs als ze God beledigen. Maar iemand die de heilige Geest beledigt, krijgt geen vergeving.’ | Daarom zeg Ik u: Alle zonde en lastering zal de mensen vergeven worden, maar de lastering van de Geest zal niet vergeven worden. |
Dan zal er een weg lopen naar Jeruzalem, de Heilige Weg. Mensen die niet doen wat God wil, kunnen die weg niet gebruiken. Want die weg is alleen voor de mensen die bevrijd zijn door de Heer. Er zullen geen leeuwen of andere wilde dieren zijn. | Daar zal een gebaande weg zijn, die de heilige weg genaamd wordt; geen onreine zal die betreden; maar hij zal alleen voor hen zijn; reizigers noch dwazen zullen erop dolen. |
Daarna komt deze regel: «Van de mensen om je heen moet je evenveel houden als van jezelf.» Dat zijn de twee belangrijkste regels. | Het tweede is dit: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. Een ander gebod, groter dan deze, bestaat niet. |
Van hard werken alleen word je niet rijk, je hebt de zegen van de Heer nodig. | De zegen des Heren, die maakt rijk, zwoegen voegt er niets aan toe. |
Beste vrienden, neem geen wraak op anderen. Laat het straffen over aan God. Want in de heilige boeken zegt God: «Ik ben het die straft. Ik geef ieder mens wat hij verdient.» | Wreekt uzelf niet, geliefden, maar laat plaats voor de toorn, want er staat geschreven: Mij komt de wraak toe, Ik zal het vergelden, spreekt de Here. |
En niemand wordt gered doordat hij zich aan de Joodse wet houdt. Want het lukt niemand om alles te doen wat er in de wet staat. De wet leert ons juist dat ieder mens verkeerde dingen doet. | Daarom, dat uit werken der wet geen vlees voor Hem gerechtvaardigd zal worden, want wet doet zonde kennen. |
Ook als ik geen kracht meer heb, als ik heel zwak ben, dan bent u er, God. Altijd ben ik veilig bij u, u bent alles wat ik nodig heb. | Al zou mijn vlees en mijn hart bezwijken, mijns harten rots en mijn erfdeel is God voor eeuwig. |
Satan zal zeker proberen jullie te laten zondigen, net zoals hij dat bij alle mensen probeert. Maar God is trouw. Hij zal jullie altijd helpen. En hij zal ervoor zorgen dat jullie het kunnen volhouden, en dat jullie geen verkeerde keuzes maken. | Gij hebt geen bovenmenselijke verzoeking te doorstaan. En God is getrouw, die niet zal gedogen, dat gij boven vermogen verzocht wordt, want Hij zal met de verzoeking ook voor de uitkomst zorgen, zodat gij ertegen bestand zijt. |
De sabbat is een heilige dag. Op die dag moet je uitrusten, je mag dan geen zaken doen. De sabbat is een vrolijke dag, het is een dag om mij te vereren. Op die dag mag je niet bezig zijn met van alles. Je mag geen spullen kopen of verkopen, en je moet geen belangrijke zaken willen bespreken. Als jullie op die dag uitrusten, zal ik jullie vreugde geven. Jullie zullen het land dat ik aan jullie voorvader Jakob gegeven heb, weer in bezit nemen. En jullie zullen genieten van alles wat op dat land groeit. Dat beloof ik. | Indien gij niet over de sabbat heenloopt door uw zaken te doen op mijn heilige dag, maar de sabbat een verlustiging noemt, de heilige dag des Heren van gewicht, en die eert door noch uw gewone bezigheden te doen, noch uw zaken te behartigen, of ijdele taal uit te slaan, dan zult gij u verlustigen in de Here en Ik zal u doen rijden over de hoogten der aarde en u doen genieten het erfdeel van uw vader Jakob, want de mond des Heren heeft het gesproken. |
Misschien vinden de mensen het niet prettig wat ik zeg. Maar dat maakt me niet uit. Ik doe alleen wat God wil. Ik ben alleen maar bezig met mijn werk voor Christus. | Tracht ik thans mensen te winnen, of God? Of zoek ik mensen te behagen? Indien ik nog mensen trachtte te behagen, zou ik geen dienstknecht van Christus zijn. |
Jullie mogen alle dieren eten die in het water leven, als ze maar vinnen en schubben hebben. Waterdieren zonder vinnen of schubben mag je niet eten. Die dieren zijn onrein voor jullie. | Dit moogt gij eten van al wat in het water leeft: al wat vinnen en schubben heeft, moogt gij eten, maar gij zult niets eten dat geen vinnen of schubben heeft; onrein zal dat voor u zijn. |
Maar God wil de mensen redden. Dat wordt al verteld in de heilige boeken. En nu mag het aan iedereen bekendgemaakt worden: Mensen worden gered, niet doordat ze zich aan de wet houden, maar doordat ze geloven. Want God redt iedereen die gelooft in Jezus Christus. God maakt geen verschil tussen Joden en niet-Joden. | Thans is echter buiten de wet om gerechtigheid Gods openbaar geworden, waarvan de wet en de profeten getuigen, en wel gerechtigheid Gods door het geloof in Jezus Christus, voor allen, die geloven; want er is geen onderscheid. |
De Heer helpt mij altijd, hij is als een licht in het donker. Ik ben voor niemand bang. Bij de Heer ben ik veilig, daarom heb ik geen angst. | De Here is mijn licht en mijn heil, voor wie zou ik vrezen? De Here is mijns levens veste, voor wie zou ik vervaard zijn? |
Als je door water heen moet, zal ik bij je zijn. Als je rivieren oversteekt, zul je niet verdrinken. Als je door vuur loopt, zul je niet verbranden. De vlammen zullen je geen pijn doen. | Wanneer gij door het water trekt, ben Ik met u; gaat gij door rivieren, zij zullen u niet wegspoelen; als gij door het vuur gaat, zult gij niet verteren en zal de vlam u niet verbranden. |
Blijf toch wakker! Bid God om kracht, zodat je geen verkeerde keuze maakt. Want jullie willen wel het goede kiezen, maar jullie zijn zwak. | Waakt en bidt, dat gij niet in verzoeking komt; de geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak. |
Zo iemand heeft geen plaats bij God. Maar de Zoon van God kan je bevrijden. En als je bevrijd bent, heb je voor altijd een plaats bij God. | Wanneer dan de Zoon u vrijgemaakt heeft, zult gij werkelijk vrij zijn. |
Want ook al kun je God niet zien, je kunt wel zien wat hij gedaan heeft. God heeft de wereld gemaakt. Zo kan iedereen die verstand heeft, Gods eeuwige macht zien, en begrijpen dat hij God is. Daarom hebben mensen die God niet eren, geen enkel excuus! | Want hetgeen van Hem niet gezien kan worden, zijn eeuwige kracht en goddelijkheid, wordt sedert de schepping der wereld uit zijn werken met het verstand doorzien, zodat zij geen verontschuldiging hebben. |
Wees niet eigenwijs, maar heb eerbied voor de Heer. Blijf uit de buurt van slechte mensen en doe geen kwaad. Dan zul je sterk en gezond zijn. | Wees niet wijs in eigen ogen, vrees de Here en wijk van het kwaad; het zal medicijn wezen voor uw vlees, en lafenis voor uw gebeente. |
Ik ben niet bang, ook al is er gevaar, ook al is het donker om mij heen. Want u bent bij mij, Heer. U beschermt me, u geeft mij moed. | Zelfs al ga ik door een dal van diepe duisternis, ik vrees geen kwaad, want Gij zijt bij mij; uw stok en uw staf, die vertroosten mij. |
Omdat jullie in Jezus Christus geloven, vormen jullie een eenheid: Joden en niet-Joden, slaven en vrije mensen, mannen en vrouwen. Verschillen zijn niet belangrijk meer. | Hierbij is geen sprake van Jood of Griek, van slaaf of vrije, van mannelijk en vrouwelijk: gij allen zijt immers één in Christus Jezus. |
Jullie mogen ook hun vlees eten. Ik heb jullie al planten gegeven om te eten. Nu mogen jullie ook alle dieren eten. Maar jullie mogen geen vlees eten waar nog bloed in zit. Want bloed betekent leven. | Alles wat zich roert, wat leeft, zal u tot spijze zijn; Ik heb het u alles gegeven evenals het groene kruid. Alleen vlees met zijn ziel, zijn bloed, zult gij niet eten. |
Leer hoe je goed moet doen, en zorg dat er eerlijk rechtgesproken wordt. Geef slechte leiders geen kans. Help weduwen, en bescherm kinderen zonder vader. | Leert goed te doen, tracht naar recht, houdt de geweldenaar in toom, doet recht aan de wees, verdedigt de rechtszaak der weduwe. |
Gerelateerde onderwerpen
Rechtvaardigheid
Als je eerlijk en...
Wet
Vandaag zal ik jullie...
Lichaam
Jullie weten dat je...
Verslaving
Jullie zeggen: ‘Wij mogen...
Overlijden
Jezus zei: ‘Ik ben...
Relaties
Als iemand alleen is...
Bijbeltekst van de dag
Help elkaar altijd. Dan leef je volgens de wet van Christus.Willekeurige Bijbeltekst
Waarom ben ik zo bedroefd,waarom zo onrustig van binnen?
Ik moet op God vertrouwen.
Eens zal ik hem weer danken.
Hij zal mij redden,
hij is mijn God.Volgende tekst!Met afbeelding