Bijbelteksten over 'Gerechtigheid'
Laat het recht stromen als water, de gerechtigheid als een altijd stromende beek. | Maar laat het recht als water golven, en gerechtigheid als een immer vloeiende beek. |
Hij heeft gerechtigheid en gericht lief, de aarde is vol van de goedertierenheid van de HEERE. | Hij heeft gerechtigheid en recht lief, de aarde is vol van de goedertierenheid des Heren. |
En de vrucht van de gerechtigheid wordt in vrede gezaaid voor hen die vrede stichten. | Maar gerechtigheid is een vrucht, die in vrede wordt gezaaid voor hen, die vrede stichten. |
Zalig zijn zij die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden. | Zalig die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden. |
Zalig zijn zij die vervolgd worden om de gerechtigheid, want van hen is het Koninkrijk der hemelen. | Zalig de vervolgden om der gerechtigheid wil, want hunner is het Koninkrijk der hemelen. |
Wie gerechtigheid en goedertierenheid najaagt, vindt het leven, rechtvaardigheid en eer. | Wie gerechtigheid en liefde najaagt, vindt leven, gerechtigheid en eer. |
En als Die gekomen is, zal Hij de wereld overtuigen van zonde, van gerechtigheid en van oordeel. | En als Hij komt, zal Hij de wereld overtuigen van zonde en van gerechtigheid en van oordeel. |
Maar zoek eerst het Koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u erbij gegeven worden. | Maar zoekt eerst Zijn Koninkrijk en Zijn gerechtigheid en dit alles zal u bovendien geschonken worden. |
Gerechtigheid en recht te doen is voor de HEERE verkieslijker dan een offer. | Gerechtigheid en recht doen, is de Here welgevalliger dan offers. |
Gerechtigheid verhoogt een volk, maar zonde is een schandvlek voor de natiën. | Gerechtigheid verhoogt een volk, maar zonde is een schandvlek der natiën. |
Schatten aan goddeloosheid baten niet, maar gerechtigheid redt van de dood. | Schatten, door goddeloosheid verkregen, doen geen nut, maar gerechtigheid redt van de dood. |
Dan zul je gerechtigheid en recht begrijpen, en billijkheid, op elk goed spoor. | Dan zult gij gerechtigheid en recht verstaan, ook rechtschapenheid, elke goede weg. |
Beter is een weinig met gerechtigheid, dan een veelheid aan inkomsten zonder recht. | Beter een weinig met gerechtigheid, dan grote inkomsten met onrecht. |
Bezit baat niet op de dag van de verbolgenheid, maar gerechtigheid redt van de dood. | Rijkdom baat niet ten dage des toorns, maar gerechtigheid redt van de dood. |
Want het einddoel van de wet is Christus, tot gerechtigheid voor ieder die gelooft. | Want Christus is het einde der wet, tot gerechtigheid voor een ieder, die gelooft. |
Maar nu is zonder de wet gerechtigheid van God geopenbaard, waarvan door de Wet en de Profeten is getuigd: namelijk gerechtigheid van God door het geloof in Jezus Christus, tot allen en over allen die geloven, want er is geen onderscheid. | Thans is echter buiten de wet om gerechtigheid Gods openbaar geworden, waarvan de wet en de profeten getuigen, en wel gerechtigheid Gods door het geloof in Jezus Christus, voor allen, die geloven; want er is geen onderscheid. |
Want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot zaligheid. | Want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot behoudenis. |
De goddeloze doet een bedrieglijk werk, maar wie gerechtigheid zaait, oogst betrouwbaar loon. | De goddeloze maakt winst die niet gedijt, maar wie gerechtigheid zaait, heeft blijvend gewin. |
Want de gerechtigheid van God wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, zoals geschreven is: Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven. | Want gerechtigheid Gods wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, gelijk geschreven staat: De rechtvaardige zal uit geloof leven. |
Maar als u ook zou moeten lijden vanwege de gerechtigheid, dan bent u zalig. En wees niet bevreesd zoals zij bevreesd zijn, laat u niet in verwarring brengen. | Al moest gij lijden om de gerechtigheid, toch zijt gij zalig. Doch vreest niet voor hun dreiging, en laat u niet verschrikken. |
HEERE, luister naar mijn gebed, neem mijn smeekbeden ter ore. Verhoor mij naar Uw trouw, naar Uw gerechtigheid. | O Here, hoor mijn gebed, neem mijn smekingen ter ore; antwoord mij naar uw trouw, naar uw gerechtigheid. |
Doe recht aan de geringe en de wees, bewijs de ellendige en de arme gerechtigheid. | Richt de geringe en de wees, doet recht de ellendige en de behoeftige. |
Vorm geen ongelijk span met ongelovigen, want wat heeft gerechtigheid gemeenschappelijk met wetteloosheid, en welke gemeenschap is er tussen licht en duisternis? | Vormt geen ongelijk span met ongelovigen, want wat heeft gerechtigheid gemeen met wetteloosheid, of welke gemeenschap heeft het licht met de duisternis? |
Wentel uw weg op de HEERE en vertrouw op Hem: Híj zal het doen. Hij zal uw gerechtigheid tevoorschijn doen komen als het morgenlicht, uw recht doen stralen als de middagzon. | Wentel uw weg op de Here en vertrouw op Hem, en Hij zal het maken; Hij zal uw gerechtigheid doen opgaan als het licht, en uw recht als de middag. |
Tot U, HEERE, heb ik de toevlucht genomen, laat mij niet beschaamd worden, voor eeuwig; bevrijd mij door Uw gerechtigheid. | Bij U, Here, schuil ik, laat mij nimmer beschaamd worden. Doe mij ontkomen door uw gerechtigheid. |
Gerelateerde onderwerpen
Rechtvaardigheid
Wie gerechtigheid en goedertierenheid...
Wet
Deze woorden, die ik...
Eerlijkheid
Mijn lieve kinderen, laten...
Geloof
Daarom zeg Ik u...
Zonde
Of weet u niet...
Geld
Laat uw handelwijze zonder...