Bijbelteksten over 'Jezus'
Ik wens jullie toe dat de Heer Jezus Christus goed voor jullie is. | De genade van onze Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen. |
Ik wens jullie toe dat de Heer Jezus Christus goed voor jullie is. | De genade van onze Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen. |
Want Jezus Christus blijft dezelfde, vroeger, nu, en altijd. | Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid. |
Ik wens jou en alle anderen toe dat onze Heer Jezus Christus goed voor jullie zal zijn. | De genade van onze Heere Jezus Christus zij met uw geest. Amen. |
Timoteüs, mijn zoon, vertrouw erop dat Jezus Christus goed voor je is. | U dan, mijn zoon, word gesterkt in de genade die in Christus Jezus is. |
Boven Jezus’ hoofd hingen ze een bordje. Daar stond op waarom Jezus gedood werd: ‘Dit is Jezus, de koning van de Joden.’ | En zij brachten boven Zijn hoofd een opschrift aan met de beschuldiging tegen Hem: DIT IS JEZUS, DE KONING VAN DE JODEN. |
Jezus Christus heeft de plannen van God bekendgemaakt. Hij zegt: ‘Ik zal snel komen!’ Ja, kom, Heer Jezus! | Hij Die van deze dingen getuigt, zegt: Ja, Ik kom spoedig. Amen. Ja, kom, Heere Jezus! |
Bedenk wat Jezus Christus gedaan heeft. Daaraan zien jullie hoe jullie met elkaar om moeten gaan. | Laat daarom die gezindheid in u zijn die ook in Christus Jezus was. |
Jezus zei: ‘Je vraagt of ik iets kan doen? Als je gelooft, kan alles!’ | En Jezus zei tegen hem: Als u kunt geloven, alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft. |
Vrienden, ik wil jullie vertellen wat er gebeurt met de doden. Mensen zijn verdrietig als er iemand sterft. Maar wij geloven dat Jezus gestorven is en uit de dood is opgestaan. En dus geloven we ook dat God alle gestorven christenen bij zich zal halen. Daarom hoeven jullie niet verdrietig te zijn als er iemand van jullie sterft. | Want als wij geloven dat Jezus gestorven en opgestaan is, zal ook God op dezelfde wijze hen die in Jezus ontslapen zijn, terugbrengen met Hem. |
Jezus zei: ‘Dat is goed. Je bent beter geworden dankzij je geloof.’ Op datzelfde moment kon de man weer zien. Hij ging met Jezus mee, op weg naar Jeruzalem. | En Jezus zei tegen hem: Ga heen, uw geloof heeft u behouden. En meteen werd hij ziende en volgde Jezus op de weg. |
Dan zal iedereen zeggen: ‘Jezus Christus is de Heer.’ En zo zal iedereen God, de Vader, eren. | En elke tong zou belijden dat Jezus Christus de Heere is, tot heerlijkheid van God de Vader. |
Maar onze Heer Jezus Christus zal voor ons de dood overwinnen. Laten we God daarvoor danken! | Maar God zij dank, Die ons de overwinning geeft door onze Heere Jezus Christus. |
Ik wens jullie toe dat God, onze Vader, en de Heer Jezus Christus goed voor jullie zijn en jullie vrede geven. | Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heere Jezus Christus. |
Jezus hoorde dat en zei tegen Jaïrus: ‘Wees niet bang! Blijf geloven, dan zal je dochter gered worden.’ | Maar toen Jezus dat hoorde, antwoordde Hij hem: Wees niet bevreesd, geloof alleen, en zij zal behouden worden. |
Alleen mensen die geloven dat Jezus de Zoon van God is, kunnen het kwaad van deze wereld overwinnen. | Wie anders is het die de wereld overwint dan hij die gelooft dat Jezus de Zoon van God is? |
Ik wilde jullie alleen maar vertellen over Jezus Christus, en over zijn dood aan het kruis! | Want ik had mij voorgenomen niets anders onder u te weten dan Jezus Christus, en Die gekruisigd. |
Alle mensen die bij Jezus Christus horen en daarom willen leven zoals God het wil, zullen vervolgd worden. | En ook allen die godvruchtig willen leven in Christus Jezus, zullen vervolgd worden. |
Jezus zei tegen hen: ‘God vraagt maar één ding, namelijk dat jullie in mij geloven. Want God heeft mij gestuurd.’ | Jezus antwoordde en zei tegen hen: Dit is het werk van God: dat u gelooft in Hem Die Hij gezonden heeft. |
In het huis waren ook de vrouwen die met Jezus meegegaan waren naar Jeruzalem. En ook Maria, de moeder van Jezus, en zijn broers waren er. Ze waren voortdurend aan het bidden, samen met de apostelen. | Dezen bleven allen eensgezind volharden in het bidden en smeken, met de vrouwen en Maria, de moeder van Jezus, en met Zijn broers. |
Iedereen die gelooft dat Jezus de Zoon van God is, hoort voor altijd bij God. En God blijft voor altijd in hem. | Al wie belijdt dat Jezus de Zoon van God is, God blijft in hem, en hij in God. |
Jezus dronk van de wijn, en zei: ‘Mijn werk is klaar.’ Toen boog hij zijn hoofd en stierf. | Toen Jezus dan de zure wijn genomen had, zei Hij: Het is volbracht! En Hij boog het hoofd en gaf de geest. |
Dit is de waarheid: Er is maar één God. En de enige die mensen bij God kan brengen, is de mens Jezus Christus. | Want er is één God. Er is ook één Middelaar tussen God en mensen, de mens Christus Jezus. |
Jezus zei tegen hen: ‘Wat ik aan de mensen leer, heb ik niet van mijzelf. Het is de boodschap van God, hij heeft mij gestuurd.’ | Jezus antwoordde hun en zei: Mijn onderricht is niet van Mij, maar van Hem Die Mij gezonden heeft. |
Toen zei Jezus tegen haar: ‘Denk aan wat ik je gezegd heb! Als je gelooft, zul je Gods hemelse macht zien.’ | Jezus zei tegen haar: Heb Ik u niet gezegd dat u, als u gelooft, de heerlijkheid van God zult zien? |
Gerelateerde onderwerpen
Jezus
Jezus keek hen aan...
Geloof
Daarom zeg ik: Als...
Genade
Laten we daarom vol...
Zegen
De Heer zal jullie...
Genezing
Jezus zei: ‘Je vraagt...
God
De Heer, jullie God...
Bijbeltekst van de dag
De Heer is heel sterk. Hij is geduldig, hij straft niet snel. Maar als mensen schuldig zijn, worden ze gestraft.Overal waar de Heer komt, begint het te stormen. Waar hij loopt, ontstaan wolken.