Bijbelteksten over 'Van'
Heer, red mij van de mensen die leugens over me rondvertellen. | Heer, bescherm mij tegen mijn vijanden, bevrijd mij van bedriegers en leugenaars! |
God heeft ons geen geest van angst gegeven, maar een geest van kracht, liefde en zelfbeheersing. | God heeft ons zijn Geest gegeven. Niet om bange mensen van ons te maken, maar moedige mensen, vol liefde en geduld. |
Jezus antwoordde: "Wat Ik zeg, weet Ik niet van Mijzelf. Ik weet het van Hem die Mij heeft gestuurd." | Jezus zei tegen hen: ‘Wat ik aan de mensen leer, heb ik niet van mijzelf. Het is de boodschap van God, hij heeft mij gestuurd.’ |
Er bestaat dus nog steeds een belofte van rust voor het volk van God. Want wie Gods rust is binnen gegaan, rust zelf ook van zijn werk, net zoals God rustte van zijn werk. | De echte rust moet dus nog komen voor het volk van God. Want als je Gods nieuwe wereld binnengaat, dan mag je uitrusten van al je werk. Net zoals God uitrustte van zijn werk. |
Huis en bezit erf je van je ouders. Maar een verstandige vrouw is een geschenk van de Heer. | Een huis en een erfenis krijg je van je ouders, maar een wijze vrouw krijg je van de Heer. |
Als iemand iets van je wil lenen of van je afpakt, geef het hem dan en vraag het niet terug. | Als iemand iets van je wil hebben, geef het hem dan. En als iemand iets van je pakt, vraag het dan niet terug. |
Geef de Heer van wat je bezit. Geef Hem het eerste deel van je oogst. | Je moet offers aan de Heer brengen, en hem het beste van je oogst geven. |
Ik bid dat God de Vader in alles goed voor jullie zal zijn. En dat jullie vol zullen zijn van de vrede van God de Vader en van de Heer Jezus Christus. | Ik wens jullie toe dat God, onze Vader, en de Heer Jezus Christus goed voor jullie zijn en jullie vrede geven. |
Hij zei tegen hen: "Volg Mij. Dan maak Ik van jullie vissers van mensen." | Jezus zei tegen hen: ‘Kom, ga met mij mee. Ik zal jullie leren om mensen te vangen in plaats van vissen.’ |
Daarom heeft Jezus ons bevolen: als je van Hem houdt, moet je ook van je broeders en zusters houden. | Dit is de regel die we van God gekregen hebben: Wie van God houdt, moet ook van andere gelovigen houden. |
Op diezelfde manier moet ook elke man van zijn vrouw houden. Hij moet van haar net zoveel houden als van zichzelf. Een man die van zijn vrouw houdt, houdt van zichzelf. | Een man moet van zijn vrouw houden zoals hij van zijn eigen lichaam houdt. Als je van je vrouw houdt, dan houd je van jezelf. |
Hij tilt onze ongehoorzaamheid van ons af en zo ver als het oosten is van het westen, zó ver werpt Hij die bij ons vandaan. | Hij doet onze schuld ver weg, zo ver als het westen is van het oosten. Want zijn liefde voor ons is groot, zo groot als de hele wereld. |
Mijn leven is in uw handen. Red mij van mijn vijanden! | U beslist over mijn leven. Red mij van mijn vijanden, red mij van de mannen die op me jagen. |
Zet de helm van je redding op je hoofd. Neem het zwaard van de Geest in je hand. Dat is het woord van God. | Vertrouw erop dat God je zal redden, want dat vertrouwen beschermt je als een helm. En de boodschap van God is je zwaard. De heilige Geest zal je helpen om die boodschap kracht te geven. |
Alleen als je gelooft dat Jezus de Zoon van God is, kun je de dingen van de wereld overwinnen. | Alleen mensen die geloven dat Jezus de Zoon van God is, kunnen het kwaad van deze wereld overwinnen. |
Al deze kennis komt van de Heer van de hemelse legers. Gods wijsheid is groot. Zijn plannen zijn wijs. Met alles wat God doet heeft Hij een plan. | Ook dat weet de boer omdat de machtige Heer het hem geleerd heeft. Niemand is zo wijs als de Heer. Hij heeft voor alles een plan. |
Help elkaar met de moeilijke dingen in het leven. Want dan doe je wat de wet van Christus van jullie wil. | Help elkaar altijd. Dan leef je volgens de wet van Christus. |
Houd niet van de wereld en van de dingen die van de wereld zijn. Als je van de wereld houdt, houd je niet werkelijk van de Vader. | Jullie mogen de wereld en alles wat daar normaal is, niet liefhebben. Want als iemand de wereld liefheeft, dan is de liefde van de Vader niet in hem. |
Elk geschenk dat goed en volmaakt is, komt uit de hemel, van de Vader van het licht. Hij blijft altijd en eeuwig Dezelfde. Hij verandert nooit. Er zal nooit een spoortje duisternis in Hem te vinden zijn. | Al het goede dat wij krijgen, elk volmaakt geschenk, komt van God. Dat zal altijd zo zijn, want God verandert niet. Het licht van de zon en van de maan verandert voortdurend. Maar God, die het licht gemaakt heeft, blijft altijd dezelfde. |
En dan bid ik dat de God van Jezus Christus, de Vader van wie alle macht en majesteit is, aan jullie de Geest van wijsheid en begrip zal geven. Want dan zullen jullie Hem pas echt goed kunnen leren kennen. | Ik vraag dan aan God of hij jullie door de heilige Geest nog meer wijsheid en inzicht wil geven. Dan kunnen jullie hem steeds beter leren kennen. Hij is de God van onze Heer Jezus Christus, en hij is onze machtige Vader. |
Ook jullie worden door het water heen gered. Namelijk door het water van de doop. De doop is niet iets wat het vuil van je lichaam afwast. Maar de doop is een gebed tot God, een gebed van een geweten dat zuiver is geworden. Jullie worden gered door de doop, doordat Jezus uit de dood is opgestaan. | Nu worden jullie ook uit een slechte wereld gered door water. Want door het water van de doop kun je gaan leven zoals God het wil. Het water van de doop wast niet het vuil van je lichaam, maar laat zien dat je bij Christus hoort. |
Jullie zijn ontrouw aan God! Weten jullie niet, dat je geen vriend kan zijn van de wereld én van God? Als je dus een vriend van de wereld wil zijn, ben je vanzelf een vijand van God. | Jullie zijn God ontrouw geworden. Omdat jullie luisteren naar je slechte verlangens, zijn jullie vrienden van deze wereld geworden. Maar een vriend van deze wereld is een vijand van God! |
God zegende de zevende dag en maakte er een heilige dag van, omdat Hij toen uitrustte van het maken van de hemel en de aarde. | God zegende de zevende dag. Hij maakte van die dag een bijzondere dag. Want op die dag was hij klaar met de schepping en rustte hij uit van al zijn werk. |
Mijn zoon, luister naar de goede raad van je ouders. Doe iets met hun wijze lessen. | Luister goed! Onthoud de lessen van je vader en moeder. Vergeet niet wat zij je geleerd hebben. |
Johannes droeg een mantel die van kameelhaar was gemaakt, met een leren gordel om zijn middel. Hij leefde van sprinkhanen en honing van wilde bijen. | Johannes liep in een jas van kameelhaar, en hij had een leren riem om. Hij leefde van sprinkhanen en honing. |
Gerelateerde onderwerpen
Jezus
Jezus keek hen aan...
Redding
Niemand anders dan Hij...
Liefde
De liefde is geduldig...
Geest
De Heer is de...
Vader
Net zoals een vader...
Zonde
Weten jullie dan niet...