
Toch, HEER, bent U onze vader, wij zijn de klei, door U gevormd, wij zijn het werk van uw handen. | Maar nu, Here, Gij zijt onze Vader; wij zijn het leem, Gij zijt onze Formeerder en wij allen zijn het werk van uw hand. |
Toch, HEER, bent U onze vader, wij zijn de klei, door U gevormd, wij zijn het werk van uw handen. | Maar nu, Here, Gij zijt onze Vader; wij zijn het leem, Gij zijt onze Formeerder en wij allen zijn het werk van uw hand. |