Richt u op wat boven is, niet op wat op aarde is. | Geef de hemelse dingen de eerste plaats in je leven, en niet de aardse dingen. |
Laat dus wat aards in u is afsterven: ontucht, zedeloosheid, hartstocht, lage begeerten en ook hebzucht – hebzucht is afgoderij. | Reken daarom af met je aardse verlangens. Je moet die doden! Ik bedoel dit: Ga niet meer met allerlei mannen of vrouwen naar bed. Doe geen andere verkeerde dingen op het gebied van seks. Wees niet langer hebzuchtig, want hebzucht is een afgod. |
Bedrieg elkaar niet langer, nu u de oude mens en zijn leefwijze afgelegd hebt en de nieuwe mens hebt aangetrokken, die steeds vernieuwd wordt naar het beeld van zijn schepper en zo tot inzicht komt. | Lieg niet meer tegen elkaar, want jullie hebben je oude 'ik' met zijn oude manier van doen weggedaan. Jullie zijn nieuwe mensen geworden. En jullie zullen steeds verder volmaakt worden, totdat jullie helemaal op jullie Maker lijken. |
Omdat God u heeft uitgekozen, omdat u zijn heiligen bent en Hij u liefheeft, moet u zich kleden in innig medeleven, in goedheid, nederigheid, zachtmoedigheid en geduld. | Jullie zijn door God uitgekozen. Jullie zijn van Hem en Hij houdt heel veel van jullie. Wees daarom zelf ook vol medelijden, goedheid, bescheidenheid, vriendelijkheid en geduld. |
Verdraag elkaar en vergeef elkaar als iemand een ander iets te verwijten heeft; zoals de Heer u vergeven heeft, moet u elkaar vergeven. | Wees verdraagzaam. Vergeef elkaar als je iets tegen elkaar hebt. Net zoals Christus jullie vergeven heeft, moeten jullie ook elkaar vergeven. |
En bovenal, kleed u in de liefde, dat is de band die u tot een volmaakte eenheid maakt. | Wees vooral vol liefde. Want de liefde houdt alles met een volmaakte eenheid bij elkaar. |
Laat de vrede van Christus heersen in uw hart, want daartoe bent u geroepen als de leden van één lichaam. Wees ook dankbaar. | En laat de vrede van Christus in jullie hart regeren. Want dáárvoor zijn jullie geroepen, als leden van één lichaam. Wees ook dankbaar. |
Laat Christus’ woorden in al hun rijkdom in u wonen; onderricht en vermaan elkaar in alle wijsheid, zing voor God met heel uw hart psalmen, hymnen en liederen die de Geest u vol genade ingeeft. | Zorg dat jullie vol zijn van het woord van Christus. Dan kunnen jullie elkaar met wijsheid leren en helpen. Dan zullen jullie met je hele hart de Heer danken met psalmen, lofliederen en liederen in talen van de Geest. |
Doe alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus, terwijl u God, de Vader, dankt door Hem. | En alles wat jullie zeggen en doen, moeten jullie doen namens de Heer Jezus. Dank ook God de Vader door Hem. |
Vrouwen, erken het gezag van uw man, zoals het volgelingen van de Heer past. Mannen, heb uw vrouw lief en wees niet bitter tegen haar. | Vrouwen, dien bescheiden en liefdevol je man, zoals dat past als je bij de Heer hoort. Mannen, houd van je vrouw, en wees niet hard en liefdeloos tegen haar. |
Wat u ook doet, doe het van harte, alsof het voor de Heer is en niet voor de mensen, want u weet dat u van de Heer een erfenis als beloning zult ontvangen. Dien Christus: Hij is uw meester! | Wat je ook doet, doe het met je hele hart, alsof je het voor de Heer doet en niet voor mensen. Onthoud dat God je er als beloning zijn erfenis voor zal geven. Want je werkelijke Meester is Christus. |