Toen zei Jezus tegen hem: ‘Of Ik iets kan doen? Alles is mogelijk voor wie gelooft.’ | Jezus zei tegen hem: " 'Als U iets kan doen?' Alles kan, als je maar geloof hebt." |
Hij ging zitten en riep de twaalf bij zich. Hij zei tegen hen: ‘Wie de belangrijkste wil zijn, moet de minste van allemaal zijn en ieders dienaar.’ | Hij ging zitten, riep de twaalf leerlingen bij Zich en zei tegen hen: "Als je de belangrijkste wil zijn, moet je de minst belangrijke worden. Je moet een dienaar worden van alle anderen." |