De tweede, die net zo belangrijk is, is deze: 'Houd net zoveel van je broeders als van jezelf.' | En het tweede, hieraan gelijk, is: U zult uw naaste liefhebben als uzelf. |
Misbruik mijn naam niet. Iemand die mijn naam misbruikt, is schuldig. Ik zal hem straffen. | U zult de Naam van de HEERE, uw God, niet ijdel gebruiken, want de HEERE zal niet voor onschuldig houden wie Zijn Naam ijdel gebruikt. |
Want er is maar één Wetgever en Rechter. Dat is Hij die de macht heeft om te redden of te veroordelen. Wat verbeelden jullie je wel, dat jullie denken over andere mensen te mogen oordelen? | Er is één Wetgever, namelijk Hij Die kan zalig maken én te gronde richten. Maar wie bent u, die over de ander oordeelt? |
Nooit zal ik uw wetten vergeten, want door uw wetten heeft U mij leven gegeven. | Ik zal Uw bevelen voor eeuwig niet vergeten, want daardoor hebt U mij levend gemaakt. |
Jullie denken dat jullie kunnen worden vrijgesproken van schuld door je aan de wet van Mozes te houden. Maar dan hebben jullie niets aan Christus! Want Hij vergeeft niet omdat je dat verdient met je goede gedrag, maar omdat je op Hem vertrouwt. | U bent van Christus losgeraakt, u die door de wet gerechtvaardigd wilt worden; en daarmee bent u uit de genade gevallen. |
Wíj zijn als Jood geboren en hebben de wet van Mozes gekregen. Maar we weten dat een mens niet kan worden vrijgesproken van schuld door zich aan de wet van Mozes te houden. Hij kan alleen worden vrijgesproken door in Jezus Christus te geloven. Daarom zijn ook wij, Joden, in Jezus Christus gaan geloven. Want alleen zó konden we worden vrijgesproken van schuld: door ons geloof in Christus. Want niemand kan worden vrijgesproken van schuld door zich aan de wet van Mozes te houden. | Wij, die van nature Joden zijn, en geen zondaars uit de heidenen, weten dat een mens niet gerechtvaardigd wordt uit werken van de wet, maar door het geloof in Jezus Christus. En ook wij zijn in Christus Jezus gaan geloven, opdat wij gerechtvaardigd zouden worden uit het geloof van Christus en niet uit werken van de wet. Immers, uit werken van de wet wordt geen vlees gerechtvaardigd. |
Want dit is de boodschap die jullie vanaf het begin hebben gehoord: dat we van elkaar moeten houden. | Want dit is de boodschap die u vanaf het begin gehoord hebt, dat wij elkaar moeten liefhebben. |
Jezus zei tegen zijn leerlingen: "Denk niet dat Ik ben gekomen om de Boeken van de Wet en de Profeten af te schaffen. Ik ben niet gekomen om ze af te schaffen, maar om alles te doen wat er in staat." | Denk niet dat Ik gekomen ben om de Wet of de Profeten af te schaffen; Ik ben niet gekomen om die af te schaffen, maar te vervullen. |
Als je wijs wil worden, heb dan ontzag voor de Heer. Dat is het begin van alle wijsheid. De Heer moet voor eeuwig geprezen worden. | De vreze des HEEREN is het beginsel van wijsheid, allen die ernaar handelen, hebben een goed inzicht; Zijn lof houdt voor eeuwig stand. |
Jullie moeten je precies aan deze regels houden. Want Ik ben de Heer. | U moet Mijn geboden in acht nemen en ze houden. Ik ben de HEERE. |
Laat mijn hart verlangen naar uw wetten, en niet naar rijkdom. | Neig mijn hart naar Uw getuigenissen en niet naar winstbejag. |
Verander niets aan de wetten van de Heer God die ik jullie geef. Je mag er niets aan toevoegen en je mag er niets vanaf halen. Houd je er heel precies aan. | U mag aan het woord dat ik u gebied, niets toevoegen en er ook niets van afdoen, opdat u de geboden van de HEERE, uw God, die ik u gebied, in acht neemt. |
Ík ben jullie Heer God. Houd je aan míjn wetten en leefregels. Houd je aan mijn heilige rustdagen en mijn feesten. Daaraan kunnen jullie onthouden dat Ik jullie Heer God ben. | Ik ben de HEERE, uw God: ga in Mijn verordeningen, neem Mijn bepalingen in acht en houd die. Heilig Mijn sabbatten, zodat ze tot een teken zijn tussen Mij en u, zodat u weet dat Ik, de HEERE, uw God ben. |
De bevelen van de Heer zijn goed en maken de mensen blij. De wetten van de Heer zijn zuiver en geven de mensen raad. | De bevelen van de HEERE zijn recht, zij verblijden het hart; het gebod van de HEERE is zuiver, het verlicht de ogen. |
De wetten van de Heer zijn een zegen voor de mensen die ze gehoorzamen. Maar voor slechte mensen betekenen ze ellende. | De weg van de HEERE is kracht voor de oprechte, maar de ondergang voor hen die onrecht bedrijven. |
De wet van de Heer is volmaakt en richt de mensen op God. De woorden van de Heer zijn te vertrouwen en geven de mensen wijsheid. | De wet van de HEERE is volmaakt, zij bekeert de ziel; de getuigenis van de HEERE is betrouwbaar, zij geeft de eenvoudige wijsheid. |
Ik zal in vrijheid kunnen leven als ik U gehoorzaam ben. | Ik zal wandelen op ruime baan, omdat ik Uw bevelen gezocht heb. |
Ik prijs U uit het diepst van mijn hart als ik zie hoe goed uw wetten zijn. | Ik zal U loven met een oprecht hart, wanneer ik Uw rechtvaardige bepalingen geleerd heb. |
Als iemand ongehoorzaam is aan God, houdt hij zich niet aan de wet van God. Ongehoorzaamheid aan God is hetzelfde als ongehoorzaamheid aan de wet. | Ieder die de zonde doet, doet ook de wetteloosheid; want de zonde is de wetteloosheid. |
En ik zal niet doen alsof dat niet zo is. Want stel dat de mensen van hun schuld vrijgesproken hadden kunnen worden door zich aan de wet van Mozes te houden. Dan had Christus niet hoeven sterven! Dan zou Hij alles voor niets hebben gedaan. | Ik doe de genade van God niet teniet; want als er gerechtigheid door de wet zou zijn, dan was Christus tevergeefs gestorven. |
Nu heeft God een manier gegeven om de mensen vrij te spreken van hun schuld. Maar buiten de wet om. In de wet van Mozes en in de boeken van de profeten wordt daar al over gesproken. Iedereen kan nu vrijgesproken worden, door te geloven in Jezus Christus. Het maakt voor God niet uit wie of wat je bent. | Maar nu is zonder de wet gerechtigheid van God geopenbaard, waarvan door de Wet en de Profeten is getuigd: namelijk gerechtigheid van God door het geloof in Jezus Christus, tot allen en over allen die geloven, want er is geen onderscheid. |
De Heer zei tegen Mozes: "Kom naar Mij toe op de top van de berg en blijf daar. Ik zal je twee platte stenen geven waarop Ik de wetten en leefregels van mijn verbond heb geschreven. Jij moet het volk die wetten en leefregels leren." | De HEERE zei tegen Mozes: Klim naar boven, naar Mij toe, de berg op, en blijf daar. Dan zal Ik u de stenen tafelen geven, de wet en de geboden, die Ik opgeschreven heb om hun te onderwijzen. |
Ik heb uw wetten voor altijd van U gekregen. Ik ben er heel erg blij mee. | Uw getuigenissen heb ik voor eeuwig in erfelijk bezit genomen, want zij zijn de vreugde van mijn hart. |
Het is heerlijk voor je als je leeft zoals de Heer het wil, als je leeft volgens de wet van God. | Welzalig zijn de oprechten van wandel, die in de wet van de HEERE gaan. |
Ik haast me om U te gehoorzamen. Ik aarzel geen moment. | Ik heb mij gehaast en niet geaarzeld Uw geboden in acht te nemen. |
Gerelateerde onderwerpen
Gehoorzaamheid
Jezus antwoordde hem: "Iemand...
Liefde
De liefde is geduldig...
Rechtvaardigheid
Als je probeert om...
Zonde
Weten jullie dan niet...
Zegen
Ik wens jullie toe...
Naaste
De tweede wet, die...