Zalig zijn zij die treuren, want zij zullen vertroost worden. | Gelukkig de treurenden, want zij zullen getroost worden. |
Gezegend zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons gezegend heeft met alle geestelijke zegen in de hemelse gewesten in Christus. | Gezegend zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons in de hemelsferen, in onze eenheid met Christus, met talrijke geestelijke zegeningen heeft gezegend. |
Nu dan, Israël, wat vraagt de HEERE, uw God, van u dan de HEERE, uw God, te vrezen, in al Zijn wegen te gaan, Hem lief te hebben en de HEERE, uw God, te dienen, met heel uw hart en met heel uw ziel, en de geboden van de HEERE en Zijn verordeningen, die ik u heden gebied, in acht te nemen, u ten goede? | Israël, bedenk dus dat de HEER, uw God, niets anders van u vraagt dan dat u ontzag voor Hem toont, dat u de weg volgt die Hij u wijst, dat u Hem liefhebt, Hem met hart en ziel dient en zijn geboden en wetten, die ik u vandaag voorhoud, naleeft; dan zal het u goed gaan. |
Welzalig het volk dat de HEERE tot zijn God heeft, het volk dat Hij Zich als eigendom verkozen heeft. | Gelukkig het volk dat de HEER als zijn God heeft, de natie die Hij verkoos als de zijne. |
Dood en leven zijn in de macht van de tong, wie hem liefheeft, zal de vrucht ervan eten. | Woorden hebben macht over leven en dood, wie zijn tong koestert, plukt daarvan de vruchten. |
Hij echter die zich in de volmaakte wet verdiept, die van de vrijheid, en daarbij blijft, die zal, omdat hij niet een vergeetachtige hoorder geworden is, maar een dader van het werk, zalig zijn in wat hij doet. | Wie zich daarentegen spiegelt in de volmaakte wet, die vrijheid brengt, en dat blijft doen, niet als iemand die hoort en vergeet, maar als iemand die ernaar handelt – hem valt geluk ten deel, juist in wat hij doet. |
U immers zegent de rechtvaardige, HEERE; U omringt hem met goedgunstigheid als met een schild. | U zegent de rechtvaardigen, HEER, als een schild beschut hen uw genade. |
Eer uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de HEERE, uw God, u geeft. | Toon eerbied voor uw vader en uw moeder. Dan zult u lang leven in het land dat de HEER, uw God, u geven zal. |
Doe Uw aangezicht over Uw dienaar lichten, verlos mij door Uw goedertierenheid. | Laat het licht van uw gelaat over mij schijnen, toon uw trouw en red uw dienaar. |
Hij houdt voor de oprechten wijsheid gereed, Hij is een schild voor hen die in oprechtheid hun weg gaan. | Aan wie rechtschapen is geeft Hij voorspoed, voor wie op rechte wegen gaat is Hij een schild. |
Luister, mijn zoon, en neem mijn woorden aan: de jaren van je leven zullen talrijk worden. | Mijn zoon, luister, neem mijn woorden aan, ze vermeerderen de jaren van je leven. |
Welzalig is hij van wie de overtreding vergeven, van wie de zonde bedekt is. | Gelukkig de mens wiens ontrouw wordt vergeven, wiens zonden worden bedekt. |
De herinnering aan de rechtvaardige is tot zegen, maar de naam van goddelozen zal wegteren. | De herinnering aan een rechtvaardige strekt tot zegen, de naam van goddelozen vergaat. |
Uit dezelfde mond komen zegen en vervloeking voort. Dit behoort niet zo te zijn, mijn broeders. | Uit dezelfde mond klinkt zegen en vervloeking. Dat kan toch niet goed zijn, broeders en zusters? |
Och HEERE, breng toch heil; och HEERE, geef toch voorspoed. Gezegend wie komt in de Naam van de HEERE! Wij zegenen u vanuit het huis van de HEERE. | Ach HEER, red ons toch, HEER, geef ons voorspoed. Gezegend wie komt in de naam van de HEER. Wij zegenen u vanuit het huis van de HEER. |
Hij leidde hen naar buiten tot bij Bethanië. En Hij hief Zijn handen op en zegende hen. En het geschiedde, terwijl Hij hen zegende, dat Hij Zich van hen verwijderde. En Hij werd opgenomen in de hemel. | Hij nam hen mee de stad uit, tot bij Betanië. Daar hief Hij zijn handen op en zegende hen. En terwijl Hij hen zegende, ging Hij van hen heen en werd opgenomen in de hemel. |
Wat is dan de sterveling, dat U aan hem denkt, en de mensenzoon, dat U naar hem omziet? | Wat is dan de sterveling dat U aan hem denkt, het mensenkind dat U naar hem omziet? |
Als u niet luistert en als u het niet ter harte neemt om Mijn Naam eer te geven, zegt de HEERE van de legermachten, zal Ik de vloek onder u zenden en uw zegeningen vervloeken. Ja, Ik heb ze al vervloekt, want u neemt het niet ter harte. | Als jullie niet luisteren, en als jullie niet ter harte nemen dat je mijn naam in ere moet houden – zegt de HEER van de hemelse machten –, dan zal Ik jullie met mijn vloek treffen en vervloek Ik alles waarmee jullie gezegend zijn; Ik zal jullie zéker vervloeken, want jullie nemen het toch niet ter harte. |
En het gebeurde, omdat de vroedvrouwen God vreesden, dat Hij aan hen nakomelingen schonk. | En omdat de vroedvrouwen ontzag voor God hadden, schonk Hij ook aan hen nakomelingen. |
Als u in Mijn verordeningen wandelt en Mijn geboden in acht neemt en ze houdt, dan zal Ik u op zijn tijd regen geven, zodat het land zijn opbrengst zal geven en de bomen van het veld hun vruchten zullen geven. | Als jullie mijn bepalingen opvolgen, je aan mijn geboden houden en ze naleven, zal Ik jullie op gezette tijden regen schenken, zodat het land opbrengst geeft en de bomen vrucht dragen. |
En de HEERE bracht een omkeer in het levenslot van Job, toen hij gebeden had voor zijn vrienden. De HEERE vermeerderde alles wat Job bezeten had tot het dubbele toe. | Nadat Job voor zijn vrienden had gebeden, bracht de HEER een keer in het lot van Job en Hij gaf hem het dubbele van wat hij eerder bezat. |
Zalig bent u, wanneer de mensen u haten, en wanneer zij u uitstoten en u smaden en uw naam als slecht verwerpen omwille van de Zoon des mensen. | Gelukkig zijn jullie wanneer de mensen jullie omwille van de Mensenzoon haten en buitensluiten en beschimpen en je naam door het slijk halen. |
Ik zal uw nageslacht zo talrijk maken als de sterren aan de hemel en uw nageslacht al deze landen geven. In uw Nageslacht zullen alle volken van de aarde gezegend worden, omdat Abraham Mijn stem gehoorzaamd heeft en Mijn voorschriften, Mijn geboden, Mijn verordeningen en Mijn wetten in acht genomen heeft. | Ik zal je zo veel nakomelingen geven als er sterren aan de hemel zijn en dit hele gebied aan hen geven, en dankzij jouw nakomelingen zullen alle volken op aarde zich gezegend noemen. Want Abraham heeft naar Mij geluisterd en zich gehouden aan wat Ik hem opdroeg, aan mijn geboden, voorschriften en regels. |
Zie, welzalig is de sterveling die door God gestraft wordt; verwerp daarom de bestraffing van de Almachtige niet. | Gelukkig de mens die door God wordt getuchtigd; wijs daarom de straf van de Ontzagwekkende niet af! |
En Jezus antwoordde: Voorwaar, Ik zeg u: er is niemand die huis of broers of zusters of vader of moeder of vrouw of kinderen of akkers verlaten heeft omwille van Mij en om het Evangelie, of hij ontvangt honderdvoudig, nu in deze tijd, huizen en broeders en zusters en moeders en kinderen en akkers, met vervolgingen, en in de wereld die komt, het eeuwige leven. | Jezus zei: ‘Ik verzeker jullie: iedereen die broers of zussen, moeder, vader of kinderen, huis of akkers heeft achtergelaten omwille van Mij en het evangelie, zal het honderdvoudige ontvangen: in deze tijd broers en zussen, moeders en kinderen, huizen en akkers, al zal dat gepaard gaan met vervolging, en in de tijd die komt het eeuwige leven.’ |
Bijbeltekst van de dag
Een geduldig man is beter dan een dappere held,en wie zijn geest beheerst, is beter dan wie een stad inneemt.
Willekeurige Bijbeltekst
De HEERE geeft immers wijsheid,uit Zijn mond komen kennis en inzicht.Volgende tekst!Met afbeelding