Want Ú doet mijn lamp schijnen, HEERE; mijn God doet mijn duisternis opklaren. | Heer, mijn God, u brengt licht in mijn leven. U helpt me als ik het moeilijk heb. |
Ieder die de zonde doet, doet ook de wetteloosheid; want de zonde is de wetteloosheid. | Iedereen die zondigt, komt in opstand tegen God. Want zondigen is hetzelfde als tegen God in opstand komen. |
Onze God is immers in de hemel, Hij doet al wat Hem behaagt. | Wij weten dat u in de hemel bent. U kunt alles doen wat u wilt. |
Of u dus eet of drinkt of iets anders doet, doe alles tot eer van God. | Als jullie eten of drinken of andere dingen doen, doe dat dan steeds tot eer van God. |
En de wereld gaat voorbij met haar begeerte; maar wie de wil van God doet, blijft tot in eeuwigheid. | De wereld gaat voorbij. En ook het verlangen naar dingen in de wereld gaat voorbij. Maar wie doet wat God wil, zal eeuwig leven. |
Bemoedig elkaar daarom, en bouw de één de ander op, zoals u trouwens al doet. | Blijf elkaar daarom moed inspreken, en blijf elkaar helpen. |
Voorzeker, de Heere HEERE doet niets tenzij Hij Zijn geheimenis heeft geopenbaard aan Zijn dienaren, de profeten. | Zo is het met alles wat God, de Heer, doet: hij doet niets zomaar, zonder een plan. Dat plan heeft hij bekendgemaakt aan zijn profeten. |
De liefde doet de naaste geen kwaad. Daarom is de liefde de vervulling van de wet. | Als je van de ander houdt, zul je hem geen kwaad doen. Het gaat er dus om dat jullie elkaar liefhebben. Dat is alles wat de wet van je vraagt. |
U gelooft dat God één is; daar doet u goed aan. Maar ook de demonen geloven dit, en zij sidderen. | Stel dat je gelooft dat onze God de enige God is. Dat is natuurlijk goed, maar dat is niet genoeg. Want dat geloven de kwade geesten ook! Daarom zijn ze zo vreselijk bang voor God. |
Jezus antwoordde hun: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Ieder die de zonde doet, is een slaaf van de zonde. | Toen zei Jezus tegen hen: ‘Luister heel goed naar mijn woorden: Iedereen die verkeerde dingen doet, is een slaaf van de zonde.’ |
Hij dan Die u de Geest verleent en krachten onder u werkt, doet Hij dat uit de werken van de wet, of uit de prediking van het geloof? | God geeft jullie de heilige Geest en hij doet wonderen bij jullie. Maar dat doet hij omdat jullie in Christus geloven, niet omdat jullie je aan de Joodse wet houden. |
Maar wie de waarheid doet, komt tot het licht, opdat van zijn werken openbaar wordt dat ze in God gedaan zijn. | Maar iemand die goed leeft en trouw is, zoekt het licht juist op. Dan wordt duidelijk dat hij dicht bij God leeft. |
En alles wat u doet met woorden of met daden, doe dat alles in de Naam van de Heere Jezus, terwijl u God en de Vader dankt door Hem. | Bedenk bij alles wat jullie doen en zeggen, dat jullie bij de Heer Jezus horen. En vraag hem steeds om God, de Vader, te danken namens jullie. |
In vrede zal ik gaan liggen en weldra slapen, want U alleen, HEERE, doet mij veilig wonen. | Heer, u laat mij veilig wonen. Ik hoef niet bang te zijn, ik kan rustig slapen. |
Hij die oprecht wandelt en gerechtigheid beoefent, die met zijn hart de waarheid spreekt. Die met zijn tong niet lastert, zijn vrienden geen kwaad doet en geen smaad jegens zijn naaste op de lippen neemt. | Mensen die eerlijk leven, mensen die doen wat goed is en zeggen wat waar is. Ze spreken geen kwaad over anderen. Ze behandelen iedereen goed, en ze beledigen niemand. |
Alles dan wat u wilt dat de mensen u doen, doet u hun ook zo, want dat is de Wet en de Profeten. | Behandel andere mensen net zoals je zelf behandeld wilt worden. Daar gaat het om in de wet en in de andere heilige boeken. |
Een blij hart bevordert de genezing, maar een neerslachtige geest doet de beenderen verdorren. | Vrolijke gedachten houden je gezond, maar sombere gedachten maken je ziek. |
De goddeloze doet een bedrieglijk werk, maar wie gerechtigheid zaait, oogst betrouwbaar loon. | Slechte mensen zijn hun winst weer snel kwijt, maar goede mensen blijven rijk. |
Het pad ten leven is voor hem die vermaning in acht neemt, maar wie bestraffing achter zich laat, doet dwalen. | Als je luistert naar kritiek, zul je een gelukkig leven hebben, maar als je daar niet naar luistert, loopt het verkeerd met je af. |
De HEERE Heere is mijn kracht, Hij maakt mijn voeten als die van de hinden, en Hij doet mij treden op mijn hoogten. | De Heer is God, hij geeft mij kracht. Hij redt me als er gevaar dreigt, hij helpt me als ik in nood ben. |
Wanneer u aan God een gelofte doet, stel dan niet uit die na te komen, want Hij heeft geen welgevallen aan dwazen. Kom na wat u belooft. | Als je God toch iets belooft, dan moet je het ook doen. En je moet het snel doen. God houdt niet van mensen die iets beloven en het niet doen. Houd je dus aan je belofte. |
En alles wat u doet, doe dat van harte, als voor de Heere en niet voor mensen, in de wetenschap dat u van de Heere als vergelding de erfenis zult ontvangen, want u dient de Heere Christus. | Doe alles wat je doet, zo goed mogelijk. Doe alsof je voor Christus werkt, en niet voor mensen. Want Christus is je echte meester. Als jullie je zo gedragen, dan zullen jullie als beloning door hem gered worden. Dat is zeker! |
De HEERE is mijn Herder, mij ontbreekt niets. Hij doet mij neerliggen in grazige weiden, Hij leidt mij zachtjes naar stille wateren. | De Heer zorgt voor mij, zoals een herder voor zijn schapen zorgt. Hij geeft me alles wat ik nodig heb. Hij leidt mij, zoals een herder zijn schapen leidt naar groen gras en fris water. |
De HEERE is rechtvaardig in al Zijn wegen, goedertieren in al Zijn werken. | De Heer is altijd rechtvaardig, alles wat hij doet, is goed. |
Vlucht weg van de hoererij. Elke zonde die een mens doet, is buiten het lichaam, maar wie hoererij bedrijft, zondigt tegen zijn eigen lichaam. | Heb dus geen verboden seks! Veel verkeerde dingen die mensen doen, hebben geen gevolgen voor hun lichaam. Maar van verboden seks wordt je lichaam slecht. |