De HEERE is immers onze Rechter, de HEERE is onze Wetgever, de HEERE is onze Koning; Híj zal ons verlossen. | Want de Heer is onze Rechter, onze Wetgever, onze Koning. Hij zal ons redden. |
Och HEERE, breng toch heil; och HEERE, geef toch voorspoed. Gezegend wie komt in de Naam van de HEERE! Wij zegenen u vanuit het huis van de HEERE. | Heer, red ons alstublieft! Heer, zorg er alstublieft voor dat het goed met ons gaat! Gezegend is de man die namens de Heer komt. In het heiligdom van de Heer bidden we dat God goed voor jullie zal zijn. |
De HEERE opent de ogen van de blinden. De HEERE richt de gebogenen op, de HEERE heeft de rechtvaardigen lief. | Hij maakt dat blinde mensen weer kunnen zien. Hij troost de bedroefde mensen. De Heer houdt van de mensen die leven zoals Hij het wil. |
De HEERE zal Zijn volk kracht geven, de HEERE zal Zijn volk zegenen met vrede. | De Heer zal zijn volk sterk maken. De Heer zal zijn volk vrede geven. |
De Heere nu is de Geest; en waar de Geest van de Heere is, daar is vrijheid. | De Heer is de Geest. En waar de Geest van de Heer is, is vrijheid. |
Daarom, zeg tegen hen: Zo zegt de Heere HEERE: Geen van Mijn woorden zal nog uitgesteld worden. Het woord dat Ik gesproken heb, zal in vervulling gaan, spreekt de Heere HEERE. | Zeg daarom tegen hen: Dit zegt de Heer: Niets van wat Ik gezegd heb, zal Ik nog langer uitstellen. Wat Ik heb gezegd, gaat nú gebeuren, zegt de Heer. |
Wacht op de HEERE, wees sterk en Hij zal uw hart sterk maken; ja, wacht op de HEERE. | Vertrouw op de Heer. Houd moed en Hij zal je weer hoop geven. Ja, verwacht hulp van de Heer. |
Mijn ziel, u hebt tegen de HEERE gezegd: U bent de Heere; mijn goedheid is niet voor U. | Heer, ik heb tegen U gezegd: "U bent mijn Heer. Niemand is zó belangrijk voor mij als U." |
Want als wij leven, leven wij voor de Heere en als wij sterven, sterven wij voor de Heere. Of wij dan leven of sterven, wij zijn van de Heere. | Want als we leven, leven we voor de Heer. En als we sterven, sterven we voor de Heer. Of we nu leven of sterven, we zijn altijd van de Heer. |
De HEERE zegene u en behoede u! De HEERE doe Zijn aangezicht over u lichten en zij u genadig! De HEERE verheffe Zijn aangezicht over u en geve u vrede! | Ik wens jullie toe dat de Heer met jullie zal zijn en jullie zal beschermen. Dat Hij goed voor jullie zal zijn en voor jullie zal zorgen. Dat Hij over jullie zal waken en jullie vrede zal geven. |
Uit de benauwdheid heb ik tot de HEERE geroepen, de HEERE heeft mij verhoord en in de ruimte gezet. | Toen ik in moeilijkheden was, heb ik de Heer om hulp geroepen. En de Heer heeft mij geantwoord en me gered. |
Luister, Israël! De HEERE, onze God, de HEERE is één! Daarom zult u de HEERE, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw kracht. | Luister, Israël, de Heer is onze God. De Heer is Eén. Houd van Hem met je hele hart, je hele ziel en alles wat je hebt. |
Ik schep immers geen behagen in de dood van een stervende, spreekt de Heere HEERE, dus bekeer u en leef! | Want Ik ben er niet blij over als iemand moet sterven, zegt de Heer. Heb dus spijt en verander, zodat jullie in leven zullen blijven. |
HEERE, maak mij Uw wegen bekend, leer mij Uw paden. | Heer, laat me weten wat U met mij van plan bent. Vertel me wat ik moet doen. |
Verneder u voor de Heere, en Hij zal u verhogen. | Laat zien dat jullie spijt hebben en de Heer willen gaan gehoorzamen. Dan zal Hij ervoor zorgen dat het weer goed met jullie gaat. |
Voorzeker, de Heere HEERE doet niets tenzij Hij Zijn geheimenis heeft geopenbaard aan Zijn dienaren, de profeten. | Maar als Ik iets ga doen, doe Ik dat nooit onverwachts. Altijd maak Ik mijn plannen eerst aan mijn profeten bekend. |
De HEERE zal Koning worden over heel de aarde. Op die dag zal de HEERE de Enige zijn en Zijn Naam de enige. | En de Heer zal Koning worden van de hele aarde. In die tijd zal de Heer de Enige zijn. Hij zal Eén zijn. |
De HEERE zal voor u strijden, en ú moet stil zijn. | De Heer zal voor jullie strijden. Wees maar rustig, jullie hoeven zelf niets te doen. |
Moge de Heere van de vrede Zelf u voortdurend vrede geven op allerlei wijze. De Heere zij met u allen. | Ik bid dat de Heer van vrede jullie aldoor en altijd zijn vrede zal geven, wát er ook gebeurt. Ook dat Hij met jullie allemaal zal zijn. |
De bevelen van de HEERE zijn recht, zij verblijden het hart; het gebod van de HEERE is zuiver, het verlicht de ogen. | De bevelen van de Heer zijn goed en maken de mensen blij. De wetten van de Heer zijn zuiver en geven de mensen raad. |
Laat alles wat adem heeft de HEERE loven. Halleluja! | Laat alles wat adem heeft de Heer prijzen! Halleluja! |
De HEERE Heere is mijn kracht, Hij maakt mijn voeten als die van de hinden, en Hij doet mij treden op mijn hoogten. | Want de Heer is mijn kracht. Dankzij Hem zal ik rondspringen als een hert. Hij zal ervoor zorgen dat ik stevig blijf staan. |
De HEERE is mijn licht en mijn heil, voor wie zou ik vrezen? De HEERE is mijn levenskracht, voor wie zou ik angst hebben? | De Heer is mijn licht en mijn redding. Daarom ben ik voor niemand bang. De Heer is mijn kracht. Daarom hoef ik voor niemand bang te zijn. |
Het heil is van de HEERE; Uw zegen is over Uw volk. Sela | Ik weet dat U mij zal redden. Heer, wees goed voor uw volk. |
Uit de diepten roep ik tot U, o HEERE; Heere, hoor naar mijn stem. Laat Uw oren opmerkzaam zijn op mijn luide smeekbeden. | Uit de diepste ellende roep ik tot U, Heer. Heer, luister naar mij. Hoor hoe ik smekend tot U roep! |