Bijbelteksten over 'Hen'
Hij stuurde zijn woord en Hij genas hen. Hij redde hen van de dood. | Hij zond Zijn woord uit, genas hen en bevrijdde hen uit hun grafkuilen. |
Zegen de mensen door wie jullie worden vervolgd, en vervloek hen niet. | Zegen wie u vervolgen. Zegen hen en vervloek hen niet. |
Hij nam hen mee naar buiten tot bij Betanië. Hij hief zijn handen op en zegende hen. En terwijl Hij hen zegende, ging Hij bij hen vandaan, naar de hemel. | Hij leidde hen naar buiten tot bij Bethanië. En Hij hief Zijn handen op en zegende hen. En het geschiedde, terwijl Hij hen zegende, dat Hij Zich van hen verwijderde. En Hij werd opgenomen in de hemel. |
Ik vraag U niet dat U hen uit de wereld weghaalt. Maar Ik vraag U dat U hen goed zal beschermen tegen de duivel. | Ik bid niet dat U hen uit de wereld wegneemt, maar dat U hen bewaart voor de boze. |
Maar omdat U van hen hield heeft U hen niet helemaal vernietigd. U heeft hen niet voorgoed verlaten. Want U bent een goede en liefdevolle God. | Door Uw grote barmhartigheid hebt U hen niet vernietigd en hebt U hen niet verlaten, want U bent een genadig en barmhartig God. |
Ik zal het koninkrijk Juda sterk maken. Ik zal het koninkrijk Israël redden. Ik zal hen terugbrengen omdat Ik medelijden met hen heb. Ik zal weer voor hen zorgen. Het zal weer net als vroeger worden, alsof Ik hen nooit heb verlaten. Want Ik ben hun Heer God. Ik zal hen redden als ze Mij om hulp roepen. | Ik zal het huis van Juda versterken, en het huis van Jozef zal Ik verlossen. Ik zal hen terugbrengen, want Ik heb Mij over hen ontfermd. Zij zullen zijn alsof Ik hen niet verstoten had. Ik ben immers de HEERE, hun God: Ik zal hen verhoren! |
Ik heb hun laten zien wie U bent. En Ik zal U nog verder bekend maken. Zo zal dezelfde grote liefde die U voor Mij heeft, ook in hen zijn. En Ik zal één met hen zijn. | En Ik heb hun Uw Naam bekendgemaakt, en zal die bekendmaken, opdat de liefde waarmee U Mij hebt liefgehad, in hen is, en Ik in hen. |
Heer, U bent goed voor de mensen die U gehoorzamen. Omdat U van hen houdt, beschermt U hen als een schild. | U immers zegent de rechtvaardige, HEERE; U omringt hem met goedgunstigheid als met een schild. |
Hij zei tegen hen: "Volg Mij. Dan maak Ik van jullie vissers van mensen." | En Hij zei tegen hen: Kom achter Mij aan, en Ik zal u vissers van mensen maken. |
Niet met hun wapens hebben ze dit land veroverd. Niet hun eigen kracht heeft hen geholpen. Maar úw handen en úw kracht en úw liefde hebben dat gedaan, omdat U van hen houdt. | Want zij hebben het land niet door hun zwaard in bezit genomen en hún arm heeft hun geen verlossing gegeven, maar Uw rechterhand, Uw arm en het licht van Uw aangezicht, omdat U hun goedgezind was. |
Ze baden de hele dag en legden hun daarna de handen op om hen te zegenen voor het werk dat ze gingen doen. Daarna lieten ze hen gaan. | Toen vastten en baden zij, en nadat zij hun de handen opgelegd hadden, lieten zij hen gaan. |
Jezus keek hen aan en zei: "Bij mensen is dat onmogelijk, maar bij God is alles mogelijk." | Maar Jezus keek hen aan en zei tegen hen: Bij de mensen is dat onmogelijk, maar bij God zijn alle dingen mogelijk. |
Ze zullen nooit meer honger of dorst hebben. Ze zullen nooit meer last hebben van de hitte van de zon. Want het Lam op de troon zal hen als schapen leiden. Hij zal hen meenemen naar de waterbronnen van het leven. En God zal alle tranen van hun ogen afvegen. | Zij zullen geen honger of dorst meer hebben, en geen zonnesteek of enige hitte zal hen treffen. Want het Lam, Dat in het midden van de troon is, zal hen weiden en zal hen geleiden naar de levende waterbronnen. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen. |
Jezus keek hen aan en zei: "Bij mensen is dat onmogelijk, maar niet bij God. Want bij God zijn alle dingen mogelijk." | Maar Jezus keek hen aan en zei: Bij de mensen is het onmogelijk, maar niet bij God, want bij God zijn alle dingen mogelijk. |
En Jezus zei tegen hen: "Ga nu de hele wereld in en vertel het goede nieuws aan iedereen." | En Hij zei tegen hen: Ga heen in heel de wereld, predik het Evangelie aan alle schepselen. |
God zegende hen en zei tegen hen: "Krijg veel kinderen, zodat er heel veel mensen komen. Ga over de hele aarde wonen en heers over de aarde. Zorg voor de vissen in de zee, de vogels in de lucht en de kruipende dieren." | En God zegende hen en God zei tegen hen: Wees vruchtbaar, word talrijk, vervul de aarde en onderwerp haar, en heers over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht en over al de dieren die over de aarde kruipen! |
Als je van de Heer houdt, haat dan het kwaad. Hij beschermt zijn vrienden. Hij redt hen van de mensen die zich niets van Hem aantrekken. | U die de HEERE liefhebt, haat het kwade. Hij bewaart de ziel van Zijn gunstelingen, Hij redt hen uit de hand van de goddelozen. |
De Heer zegt: Die mensen die in mijn boek opgeschreven staan, zullen van Mij zijn op de dag dat Ik over de mensen ga rechtspreken. Ik zal goed voor hen zijn en hen vergeven. Net zoals een vader goed is voor een zoon die hem graag gehoorzaam wil zijn. Hij vergeeft zijn zoon wat hij verkeerd heeft gedaan. | En zij zullen voor Mij, zegt de HEERE van de legermachten, op de dag die Ik maken zal, een persoonlijk eigendom zijn. Ik zal hen sparen, zoals een man zijn zoon spaart die hem dient. |
Genees er de zieken en zeg: 'Het Koninkrijk van God is bij jullie gekomen.' | Genees de zieken die daar zijn, en zeg tegen hen: Het Koninkrijk van God is dicht bij u gekomen. |
Vaders, maak jullie kinderen niet boos en irriteer ze niet. Voed hen op Gods manier op en vertel hun over Hem. | En vaders, wek geen toorn bij uw kinderen op, maar voed hen op in de onderwijzing en de terechtwijzing van de Heere. |
Jezus zei opnieuw tegen hen: "Ik wens jullie vrede toe! Net zoals de Vader Mij heeft gestuurd, stuur Ik ook jullie." | Jezus dan zei opnieuw tegen hen: Vrede zij u! Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zend Ik ook u. |
En toen ik begon te spreken, werd de Heilige Geest op hen uitgestort. Net zoals Hij in het begin ook op ons werd uitgestort. | En toen ik begon te spreken, viel de Heilige Geest op hen, evenals op ons in het begin. |
Toen de Heer Jezus dit tegen hen had gezegd, werd Hij meegenomen naar de hemel. Daar is Hij naast God gaan zitten. | De Heere dan is, nadat Hij tot hen gesproken had, opgenomen in de hemel en heeft Zich gezet aan de rechterhand van God. |
Alles op mijn heuvel zal voor hen zijn, en het zal goed met hen gaan. Ik zal op tijd regen geven, heerlijk zachte regenbuien in de regentijd. | Ik zal hun en het gebied rond Mijn heuvel een zegen geven, en Ik zal de regen op zijn tijd doen neerdalen. Regens van zegen zullen er zijn. |
Daarom kan Hij ook álle mensen redden die door Hem naar God toe komen. Want Hij leeft voor altijd om bij God voor hen op te komen. | Daarom kan Hij ook volkomen zalig maken wie door Hem tot God gaan, omdat Hij altijd leeft om voor hen te pleiten. |
Gerelateerde onderwerpen
Jezus
Jezus keek hen aan...
Zegen
Ik wens jullie toe...
Evangelisatie
Want de Heer heeft...
Redding
Niemand anders dan Hij...
Wereld
Houd niet van de...
Bidden
Wees altijd blij. Bid...
Bijbeltekst van de dag
Het is beter om geduldig te zijn, dan een held te zijn.Het is knapper om jezelf te beheersen, dan om een stad te veroveren.