Bij ons leven op aarde gaat het om geloof. Want we kunnen de Heer nog niet zien. | Want wij wandelen door geloof, niet door aanschouwen. |
Je moet eerbied hebben voor de Heer. Je moet eerlijk zijn tegen hem. En je moet hem trouw blijven en niet twijfelen. Want hij heeft bijzondere dingen voor jullie gedaan. | Vrees alleen de HEERE, en dien Hem trouw met uw hele hart, want zie welke grote dingen Hij bij u gedaan heeft. |
Hij heeft jullie uitgekozen. En hij is heilig. Leid daarom zelf ook een heilig leven. Want in de heilige boeken staat: «Jullie moeten heilig zijn, omdat ik heilig ben.» | Maar zoals Hij Die u geroepen heeft, heilig is, word zo ook zelf heilig in heel uw levenswandel, want er staat geschreven: Wees heilig, want Ik ben heilig. |
Als jullie weer trouw zijn aan de Heer, jullie God, dan zal hij ook trouw zijn aan jullie. Dan zal hij ervoor zorgen dat de Assyriërs medelijden krijgen met de Israëlieten die zij gevangengenomen hebben. En dan zullen die Israëlieten weer naar Israël mogen teruggaan. Want de Heer is goed, en vol liefde. | De HEERE, uw God, is immers genadig en barmhartig, en zal het aangezicht niet van u afwenden als u zich tot Hem bekeert. |
Moeten we de conclusie trekken dat de wet en de zonde hetzelfde zijn? Nee, natuurlijk niet! Maar het zit zo: Door de wet leerden de mensen wat zonde is. Want de wet verbiedt alle verkeerde verlangens. Zo leerden de mensen die verlangens kennen. | Wat zullen wij dan zeggen? Is de wet zonde? Volstrekt niet! Ja, ik zou de zonde niet hebben leren kennen dan door de wet. Ik zou immers ook niet geweten hebben dat begeerte zonde was, als de wet niet zei: U zult niet begeren. |
En in de heilige boeken staat ook: «Iedereen die in hem gelooft, zal gered worden.» | Want de Schrift zegt: Ieder die in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden. |
Dit is de boodschap die we kennen sinds we christenen zijn: houd van elkaar. | Want dit is de boodschap die u vanaf het begin gehoord hebt, dat wij elkaar moeten liefhebben. |
Dit is de boodschap waarop we vertrouwen: Als wij met Christus verbonden zijn in zijn dood, dan zijn we ook met hem verbonden in het eeuwige leven. | Dit is een betrouwbaar woord. Want als wij met Hem gestorven zijn, zullen wij ook met Hem leven. |
Vroeger waren we vijanden van God. Wijzelf konden dat niet veranderen, maar Christus wel: hij is voor ons gestorven. | Want toen wij nog krachteloos waren, is Christus op de bestemde tijd voor goddelozen gestorven. |
De zonde zal geen macht meer over ons hebben. Want ons leven wordt niet bepaald door de Joodse wet, maar door Gods goedheid. | Want de zonde zal over u niet heersen. U bent namelijk niet onder de wet, maar onder de genade. |
Mensen luisteren graag naar roddels, net zoals ze graag zoete dingen eten. | De woorden van een lasteraar zijn als lekkernijen, die dalen af in de schuilhoeken van zijn binnenste. |
Maar de Heer zei tegen Samuel: ‘Let niet op zijn uiterlijk. Kijk niet hoe groot hij is. Ik heb hem niet uitgekozen. Wat je van buiten ziet, is niet belangrijk. Daar kijken mensen altijd het eerst naar, maar ik let erop hoe een mens van binnen is.’ | Maar de HEERE zei tegen Samuel: Kijk niet naar zijn uiterlijk en ook niet naar de hoogte van zijn gestalte, want Ik heb hem verworpen. Het is namelijk niet wat de mens ziet, want de mens ziet aan wat voor ogen is, maar de HEERE ziet het hart aan. |
De machtige God heeft aan jullie en mij alles gegeven wat nodig is om te leven zoals hij het wil. Hij heeft ons uitgekozen om bij hem te horen, en hij heeft ervoor gezorgd dat wij hem kennen. Daardoor weten we hoe machtig en hoe volmaakt hij is. | Immers, Zijn Goddelijke kracht heeft ons alles geschonken wat tot het leven en de godsvrucht behoort, door de kennis van Hem Die ons geroepen heeft door Zijn heerlijkheid en Zijn deugd. |
Jullie zijn uitgekozen om samen één kerk te vormen. Christus heeft jullie vrede gegeven. Laat zijn vrede jullie nu leiden bij jullie beslissingen. En wees dankbaar! | En laat de vrede van God heersen in uw harten, waartoe u ook in één lichaam geroepen bent; en wees dankbaar. |
Voor sommigen van jullie zijn bepaalde dagen heilig. Voor anderen zijn alle dagen gelijk. Houd vast aan de overtuiging die je hebt. | De een acht de ene dag boven de andere dag, maar de ander acht al de dagen gelijk. Laat ieder in zijn eigen geest ten volle overtuigd zijn. |
Dus eigenlijk zijn we gestorven, net als Christus. Maar dan zullen we ook opstaan en eeuwig leven, net als Christus. Dit is zeker: ons oude ik is samen met Christus aan het kruis gestorven. Alleen zo kon er een eind komen aan ons zondige bestaan. Nu wordt ons leven niet meer beheerst door de zonde. | Want als wij met Hem één plant zijn geworden, gelijkgemaakt aan Hem in Zijn dood, dan zullen wij ook aan Hem gelijk zijn in Zijn opstanding. Dit weten wij toch, dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam van de zonde tenietgedaan zou worden en wij niet meer als slaaf de zonde zouden dienen. |
Luister heel goed naar mijn woorden: Als jullie in mij geloven, zullen jullie net zulke wonderen doen als ik. Ja, zelfs nog grotere wonderen. Want ik ga naar de Vader. | Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie in Mij gelooft, zal de werken die Ik doe, ook doen, en hij zal grotere doen dan deze, want Ik ga heen naar Mijn Vader. |
Wij weten dat u in de hemel bent. U kunt alles doen wat u wilt. | Onze God is immers in de hemel, Hij doet al wat Hem behaagt. |
Omdat jullie in Jezus Christus geloven, vormen jullie een eenheid: Joden en niet-Joden, slaven en vrije mensen, mannen en vrouwen. Verschillen zijn niet belangrijk meer. | Daarbij is het niet van belang dat men Jood is of Griek; daarbij is het niet van belang dat men slaaf is of vrije; daarbij is het niet van belang dat men man is of vrouw; want allen bent u één in Christus Jezus. |
Dat laat zien dat Henoch geloofde. Want om bij God te kunnen komen, moet je geloven dat God bestaat. En dat hij je zal belonen als je hem echt zoekt. | Zonder geloof is het echter onmogelijk God te behagen. Want wie tot God komt, moet geloven dat Hij is, en dat Hij beloont wie Hem zoeken. |
Al deze mensen hebben de heilige Geest gekregen, net zoals wij. Dat betekent dat we hen nu ook mogen dopen. | Kan iemand soms het water weren, zodat deze mensen, die evenals wij de Heilige Geest ontvangen hebben, niet gedoopt zouden worden? |
De Heer geeft wijsheid. Zijn woorden geven kennis en inzicht. | De HEERE geeft immers wijsheid, uit Zijn mond komen kennis en inzicht. |
Leef niet alleen voor het geld, en wees tevreden met wat je hebt. God zorgt voor je, want hij heeft zelf gezegd: «Ik zal bij je blijven, ik zal je niet in de steek laten.» | Laat uw handelwijze zonder geldzucht zijn. Wees tevreden met wat u hebt, want Hij heeft Zelf gezegd: Ik zal u beslist niet loslaten en Ik zal u beslist niet verlaten. |
De redding die God wil geven, is nu al op aarde te zien. Want steeds meer mensen geloven het goede nieuws over Jezus Christus. En in de heilige boeken staat: «Als je gelooft, ziet God je als een goed mens. Dan zul je leven.» | Want de gerechtigheid van God wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, zoals geschreven is: Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven. |
Wees blij op de dagen dat het goed met je gaat. Maar bedenk dat God ook de slechte dagen gemaakt heeft. En niemand weet wat er in de toekomst zal gebeuren. | Geniet op de dag van voorspoed van het goede, maar bedenk op de dag van tegenspoed dat God zowel de ene als de andere gemaakt heeft, zodat de mens niet kan doorgronden iets wat na hem zijn zal. |