Wees net zo bescheiden als Jezus Christus was. | Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. |
Maar wíj geloven dat Jezus is gestorven en weer uit de dood is opgestaan. Daarom weten we dat God ook de mensen die in Jezus geloofden toen ze stierven, weer met Jezus zal samenbrengen. | Want als wij geloven dat Jezus is gestorven en is opgestaan, moeten wij ook geloven dat God door Jezus de doden bij zich zal halen, samen met Jezus zelf. |
Ik bid dat de Heer Jezus Christus in alles goed voor je zal zijn. | De genade van de Heer Jezus Christus zij met u. |
Jezus Christus is gisteren, vandaag en voor eeuwig Dezelfde. | Jezus Christus blijft dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid! |
Ik bid dat onze Heer Jezus Christus in alles goed voor jullie zal zijn. | De genade van onze Heer Jezus zij met u allen. |
Ik bid dat de Heer Jezus Christus in alles goed voor jullie zal zijn. | De genade van de Heer Jezus Christus zij met u. |
Timoteüs, mijn zoon, wees sterk door Jezus' liefde en kracht voor jou. | Mijn kind, wees sterk door de genade in Christus Jezus. |
Jezus zei tegen hem: " 'Als U iets kan doen?' Alles kan, als je maar geloof hebt." | Toen zei Jezus tegen hem: ‘Of Ik iets kan doen? Alles is mogelijk voor wie gelooft.’ |
Ze bleven eensgezind met elkaar bidden, samen met een paar vrouwen. Ook Jezus' moeder Maria en Jezus' broers waren daar. | Eensgezind wijdden ze zich aan het gebed, samen met de vrouwen en met Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broers. |
Hij die deze dingen gesproken heeft, zegt: "Ja, Ik kom gauw!" Amen! Zo is het! Ja kom, Heer Jezus! | Hij die van deze dingen getuigt, zegt: ‘Ja, Ik kom spoedig!’ Amen. Kom, Heer Jezus! |
Maar Jezus hoorde het en zei: "Wees niet bang, maar geloof! Dan zal ze worden gered." | Maar Jezus hoorde het en zei: ‘Wees niet bang, maar geloof, dan zal ze worden gered.’ |
Jezus antwoordde: "God wil dat jullie geloven in de Man die Hij heeft gestuurd." | ‘Dit moet u voor God doen: geloven in Hem die Hij gezonden heeft,’ antwoordde Jezus. |
Maar prijs God, Hij heeft ons de overwinning gegeven door onze Heer Jezus Christus. | Maar laten we God danken, die ons de overwinning geeft door onze Heer Jezus Christus. |
Hij wil dat iedereen hardop zal toegeven dat Jezus de Heer is. Want dat eert God de Vader! | En elke tong zal belijden: ‘Jezus Christus is Heer,’ tot eer van God, de Vader. |
Jezus zei tegen hem: "Ga naar huis, je geloof heeft je gered." Onmiddellijk kon hij zien en hij volgde Hem op de weg. | Jezus zei tegen hem: ‘Ga heen, uw geloof heeft u gered.’ En meteen kon hij zien en hij volgde Hem op zijn weg. |
Alleen als je gelooft dat Jezus de Zoon van God is, kun je de dingen van de wereld overwinnen. | Wie anders kan de wereld overwinnen dan iemand die gelooft dat Jezus de Zoon van God is? |
Want voor mij is de boodschap van de gekruisigde Jezus Christus het enige belangrijke. | Ik had besloten u geen andere kennis te brengen dan die over Jezus Christus – de gekruisigde. |
Trouwens, alle mensen die in Jezus Christus geloven en God willen dienen, zullen worden vervolgd. | Allen die vroom en in eenheid met Christus Jezus willen leven, zullen worden vervolgd. |
Jezus keek hen aan en zei: "Bij mensen is dat onmogelijk, maar bij God is alles mogelijk." | Jezus keek hen aan en antwoordde hun: ‘Bij mensen is dat onmogelijk, maar bij God is alles mogelijk.’ |
Jezus antwoordde: "Wat Ik zeg, weet Ik niet van Mijzelf. Ik weet het van Hem die Mij heeft gestuurd." | Jezus zei: ‘Wat Ik onderwijs heb Ik niet van mijzelf, maar van Hem die Mij gezonden heeft.’ |
Jezus zei: "Ik ben nog maar korte tijd bij jullie. Daarna ga Ik terug naar Hem die Mij heeft gestuurd." | Jezus zei: ‘Ik zal nog een korte tijd bij u zijn, dan ga Ik naar Hem die Mij gezonden heeft.’ |
Boven zijn hoofd hingen ze een bord waarop stond waarom Hij de doodstraf had gekregen. Er stond op: 'Jezus, de koning van de Joden.' | Boven zijn hoofd bevestigden ze de aanklacht, die luidde: ‘Dit is Jezus, de koning van de Joden’. |
Toen Jezus van de zure wijn had gedronken, zei Hij: "Alles is gedaan!" En Hij boog zijn hoofd en stierf. | Nadat Jezus ervan gedronken had zei Hij: ‘Het is volbracht.’ Hij boog zijn hoofd en gaf de geest. |
Paulus antwoordde: "Geloof in de Heer Jezus. Dan zul je worden gered, met iedereen die in je huis woont." | Ze antwoordden: ‘Geloof in de Heer Jezus en u zult gered worden, u en uw huisgenoten.’ |
Want er is maar één God en er is ook maar één persoon die voor de mensen opkomt bij God: de mens Jezus Christus. | Want er is maar één God, en maar één bemiddelaar tussen God en mensen, de mens Christus Jezus. |