Bijbelteksten over 'Jezus'
De genade van onze Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen. | De genade van onze Heer Jezus zij met u allen. |
De genade van onze Heere Jezus Christus zij met uw geest. Amen. | De genade van de Heer Jezus Christus zij met u. |
De genade van onze Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen. | De genade van de Heer Jezus Christus zij met u. |
Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid. | Jezus Christus blijft dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid! |
Laat daarom die gezindheid in u zijn die ook in Christus Jezus was. | Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. |
Want als wij geloven dat Jezus gestorven en opgestaan is, zal ook God op dezelfde wijze hen die in Jezus ontslapen zijn, terugbrengen met Hem. | Want als wij geloven dat Jezus is gestorven en is opgestaan, moeten wij ook geloven dat God door Jezus de doden bij zich zal halen, samen met Jezus zelf. |
U dan, mijn zoon, word gesterkt in de genade die in Christus Jezus is. | Mijn kind, wees sterk door de genade in Christus Jezus. |
En Jezus zei tegen hem: Ga heen, uw geloof heeft u behouden. En meteen werd hij ziende en volgde Jezus op de weg. | Jezus zei tegen hem: ‘Ga heen, uw geloof heeft u gered.’ En meteen kon hij zien en hij volgde Hem op zijn weg. |
Hij Die van deze dingen getuigt, zegt: Ja, Ik kom spoedig. Amen. Ja, kom, Heere Jezus! | Hij die van deze dingen getuigt, zegt: ‘Ja, Ik kom spoedig!’ Amen. Kom, Heer Jezus! |
En Jezus zei tegen hem: Als u kunt geloven, alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft. | Toen zei Jezus tegen hem: ‘Of Ik iets kan doen? Alles is mogelijk voor wie gelooft.’ |
Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heere Jezus Christus. | Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heer Jezus Christus. |
Maar God zij dank, Die ons de overwinning geeft door onze Heere Jezus Christus. | Maar laten we God danken, die ons de overwinning geeft door onze Heer Jezus Christus. |
Al wie belijdt dat Jezus de Zoon van God is, God blijft in hem, en hij in God. | Als iemand belijdt dat Jezus de Zoon van God is, blijft God in hem en blijft hij in God. |
En elke tong zou belijden dat Jezus Christus de Heere is, tot heerlijkheid van God de Vader. | En elke tong zal belijden: ‘Jezus Christus is Heer,’ tot eer van God, de Vader. |
En ook allen die godvruchtig willen leven in Christus Jezus, zullen vervolgd worden. | Allen die vroom en in eenheid met Christus Jezus willen leven, zullen worden vervolgd. |
Wie anders is het die de wereld overwint dan hij die gelooft dat Jezus de Zoon van God is? | Wie anders kan de wereld overwinnen dan iemand die gelooft dat Jezus de Zoon van God is? |
Want er is één God. Er is ook één Middelaar tussen God en mensen, de mens Christus Jezus. | Want er is maar één God, en maar één bemiddelaar tussen God en mensen, de mens Christus Jezus. |
Maar toen Jezus dat hoorde, antwoordde Hij hem: Wees niet bevreesd, geloof alleen, en zij zal behouden worden. | Maar Jezus hoorde het en zei: ‘Wees niet bang, maar geloof, dan zal ze worden gered.’ |
Jezus antwoordde en zei tegen hen: Dit is het werk van God: dat u gelooft in Hem Die Hij gezonden heeft. | ‘Dit moet u voor God doen: geloven in Hem die Hij gezonden heeft,’ antwoordde Jezus. |
Want ik had mij voorgenomen niets anders onder u te weten dan Jezus Christus, en Die gekruisigd. | Ik had besloten u geen andere kennis te brengen dan die over Jezus Christus – de gekruisigde. |
Jezus antwoordde hun en zei: Mijn onderricht is niet van Mij, maar van Hem Die Mij gezonden heeft. | Jezus zei: ‘Wat Ik onderwijs heb Ik niet van mijzelf, maar van Hem die Mij gezonden heeft.’ |
Of weet u niet dat wij allen die in Christus Jezus gedoopt zijn, in Zijn dood gedoopt zijn? | Weet u niet dat wij die gedoopt zijn in Christus Jezus, zijn gedoopt in zijn dood? |
En zij brachten boven Zijn hoofd een opschrift aan met de beschuldiging tegen Hem: DIT IS JEZUS, DE KONING VAN DE JODEN. | Boven zijn hoofd bevestigden ze de aanklacht, die luidde: ‘Dit is Jezus, de koning van de Joden’. |
En zij zeiden: Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden, u en uw huisgenoten. | Ze antwoordden: ‘Geloof in de Heer Jezus en u zult gered worden, u en uw huisgenoten.’ |
Jezus zei tegen haar: Heb Ik u niet gezegd dat u, als u gelooft, de heerlijkheid van God zult zien? | Jezus zei tegen haar: ‘Ik heb je toch gezegd dat je Gods grootheid zult zien als je gelooft?’ |
Bijbeltekst van de dag
Moge de HEERE, onze God, met ons zijn, zoals Hij met onze vaderen is geweest. Moge Hij ons niet verlaten en ons niet in de steek laten.Willekeurige Bijbeltekst
De HEERE zegene uen behoede u!
De HEERE doe Zijn aangezicht over u lichten
en zij u genadig!
De HEERE verheffe Zijn aangezicht over u
en geve u vrede!Volgende tekst!Met afbeelding