Slechte mensen worden niet onmiddellijk gestraft. Daarom denken de mensen dat ze ongestraft slechte dingen kunnen doen. | Omdat het vonnis over een slechte daad niet snel geveld wordt, daarom blijft het hart van de mensenkinderen in hen vervuld van kwaaddoen. |
Net zo haalt een goed mens goede dingen tevoorschijn uit de goede voorraad in zijn hart. Maar een slecht mens haalt slechte dingen tevoorschijn uit de slechte voorraad in zijn hart. Want iemands woorden verraden wat er in zijn hart is. | De goede mens brengt het goede voort uit de goede schat van zijn hart, en de slechte mens brengt het slechte voort uit de slechte schat van zijn hart, want uit de overvloed van het hart spreekt zijn mond. |
Houd jezelf niet voor de gek! Als jullie met slechte mensen omgaan, gaan jullie vanzelf net zulke slechte dingen doen als zij. | Dwaal niet: slecht gezelschap bederft goede zeden. |
Ga je wassen, zorg dat je schoon wordt! Zorg dat Ik geen slechte dingen meer zie! Stop met de slechte dingen die jullie doen! | Was u, reinig u! Doe uw slechte daden van voor Mijn ogen weg! Houd op met kwaad doen. |
Wat uít je mond komt, maakt je onrein. Want dat komt van binnenuit, uit je hart. Daar vandaan komen de slechte gedachten, verkeerde dingen op het gebied van seks, moord, diefstal, ontrouw aan je man of vrouw, hebzucht, slechtheid, bedrog, gebrek aan zelfbeheersing, roddel, kwaadsprekerij, trots, onverstandigheid. Al die slechte dingen komen van binnenuit naar buiten en maken je onrein. | En Hij zei: Wat uit de mens naar buiten komt, dat verontreinigt de mens. Want van binnenuit, uit het hart van de mensen, komen voort kwade overwegingen, alle overspel, ontucht, moord, diefstal, hebzucht, allerlei kwaadaardigheid, bedrog, losbandigheid, afgunst, lastering, hoogmoed, dwaasheid; al deze slechte dingen komen van binnenuit en verontreinigen de mens. |
God heeft zijn Zoon Jezus naar jullie toe gestuurd en uit de dood teruggeroepen en weer levend gemaakt. Dat heeft Hij in de eerste plaats voor júllie gedaan. Hij wil dat jullie allemaal stoppen met het doen van slechte dingen en weer gaan leven zoals Hij het wil. Want dan kan Hij goed voor jullie zijn. | God, Die Zijn Kind Jezus heeft doen opstaan, heeft Hem eerst naar u gezonden om u hierin te zegenen dat Hij ieder van u zou afbrengen van zijn slechte daden. |
Geniet wanneer het goed met je gaat. Maar bedenk in moeilijke tijden: "Ook deze dagen heeft God gemaakt, net zoals die andere dagen." Een mens heeft geen idee van wat er in de toekomst gebeuren zal. | Geniet op de dag van voorspoed van het goede, maar bedenk op de dag van tegenspoed dat God zowel de ene als de andere gemaakt heeft, zodat de mens niet kan doorgronden iets wat na hem zijn zal. |
Doe dus erg je best om te leven als verstandige mensen. Wees niet langer onverstandig. En gebruik je tijd goed. Want we leven in een slechte tijd. | Let er dan op dat u nauwgezet wandelt, niet als dwazen, maar als wijzen, en buit de geschikte tijd uit, omdat de dagen vol kwaad zijn. |
Doe niet dezelfde dingen als jullie voorouders. Mijn profeten hadden hen gewaarschuwd: 'Dit zegt de Heer van de hemelse legers: Stop met de slechte dingen die jullie doen.' Maar ze hebben niet willen luisteren. Ze trokken zich niets van Mij aan. | Wees niet als uw vaderen, tot wie de vroegere profeten gepredikt hebben: Zo zegt de HEERE van de legermachten: Bekeer u toch van uw slechte wegen en van uw slechte daden. Maar zij luisterden niet en sloegen geen acht op Mij, spreekt de HEERE. |
Maar Hij vernietigt de mensen die slechte dingen doen. Na hun dood worden ze door iedereen vergeten. | Het aangezicht van de HEERE is tegen hen die kwaad doen: Hij zal hun nagedachtenis van de aarde uitroeien. |
Goede mensen kunnen blijdschap verwachten. Maar waar slechte mensen naar verlangen, gebeurt nooit. | De verwachting van de rechtvaardigen is blijdschap, maar de hoop van de goddelozen zal vergaan. |
Voor goede mensen zal God goed zijn. Maar de woorden van slechte mensen zijn een bron van ellende. | Zegeningen rusten er op het hoofd van de rechtvaardige, maar geweld overdekt de mond van de goddelozen. |
Laten de mensen die zich niets van God aantrekken, een nieuw leven beginnen. En laten de slechte mensen van gedachten veranderen. Laten ze de Heer weer gaan dienen. Dan zal Hij goed voor hen zijn. Laten ze teruggaan naar onze God, want Hij vergeeft alles. | Laat de goddeloze zijn weg verlaten, de man van ongerechtigheid zijn gedachten. Laat hij zich bekeren tot de HEERE, dan zal Hij Zich over hem ontfermen, tot onze God, want Hij vergeeft veelvuldig. |
Aan goede mensen denken de anderen met dankbaarheid terug. Maar slechte mensen zijn al snel vergeten. | De herinnering aan de rechtvaardige is tot zegen, maar de naam van goddelozen zal wegteren. |
Stop dus met het doen van slechte dingen! Want anders zal het slecht met jullie aflopen! | Keer terug en bekeer u van al uw overtredingen, dan zal de ongerechtigheid u geen struikelblok worden. |
Ik ben niet gekomen om goede mensen te roepen, maar om slechte mensen te zeggen dat ze moeten gaan leven zoals God het wil. | Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen tot bekering te roepen, maar zondaars. |
Hoe zit het dan? Zullen we dan maar veel slechte dingen doen, zodat God ons veel kan vergeven? Nee, natuurlijk niet! Hoe zouden we op de oude manier verder kunnen leven? Ons oude, slechte 'ik' is toch dood? | Wat zullen wij dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade toeneemt? Volstrekt niet! Hoe zullen wij, die met betrekking tot de zonde gestorven zijn, nog daarin leven? |
Slechte mensen vragen wel te leen, maar geven nooit iets terug. Maar goede mensen geven weg uit medelijden en vragen niets terug. | De goddeloze leent en betaalt niet terug, maar de rechtvaardige ontfermt zich en geeft. |
Want door jaloersheid en geruzie ontstaat verwarring en worden er allerlei slechte dingen gedaan. | Want waar afgunst en eigenbelang is, daar heersen wanorde en allerlei kwade praktijken. |
En als je iets goeds doet voor iemand die iets goeds doet voor jou, wat is daar dan voor bijzonders aan? Ook slechte mensen doen dat. | En als u goeddoet aan hen die u goeddoen, wat voor dank komt u daarvoor toe? Immers, ook de zondaars doen hetzelfde. |
Het is heerlijk als je niet luistert naar de raad van mensen die zich niets van God aantrekken, als je niet omgaat met slechte mensen, als je niet meedoet met mensen die lachen om God. | Welzalig de man die niet wandelt in de raad van de goddelozen, die niet staat op de weg van de zondaars, die niet zit op de zetel van de spotters. |
Slechte mensen zitten vol leugens en bedrog. Maar mensen die op vrede uit zijn, zijn vol blijdschap. | Bedrog is in het hart van wie kwaad smeden, maar wie vrede aanraden, hebben blijdschap. |
Denk aan je Maker zolang je nog jong bent. Denk aan Hem vóórdat de tijden komen dat je niet meer van het leven genieten kan. | Denk aan uw Schepper in de dagen van uw jeugd, voordat de kwade dagen komen en de jaren naderen waarvan u zeggen zult: Ik vind er geen vreugde in. |
Ga naar God toe, dan zal Hij naar jou toe komen. Stop met het doen van slechte dingen, ongehoorzame mensen! Leef voortaan zoals God het wil, twijfelaars! | Nader tot God, en Hij zal tot u naderen. Reinig de handen, zondaars, en zuiver de harten, dubbelhartigen! |
Laat je gedachten niet afdwalen naar slechte dingen. Kijk vastberaden recht voor je uit, naar het rechte pad. | Laten je ogen recht vooruitkijken en je oogleden zich recht vóór je houden. |