Bijbelteksten over 'Terwijl'
Jesaja zegt: Zoek de Heer terwijl Hij Zich laat vinden. Roep Hem om hulp, terwijl Hij dichtbij is. | Volk van Israël! Zoek de Heer, want nu kun je hem nog vinden. Roep de Heer, hij is niet ver weg. |
Terwijl Petrus in de gevangenis zat, bleef de gemeente aldoor voor hem bidden. | Terwijl Petrus in de gevangenis zat, waren de christenen steeds voor hem aan het bidden. |
Soms denk je dat je op de goede weg bent, terwijl die weg uiteindelijk bij de dood uitkomt. | Soms denken mensen dat ze goed leven, maar als ze sterven, blijkt dat ze slecht geleefd hebben. |
Hij nam hen mee naar buiten tot bij Betanië. Hij hief zijn handen op en zegende hen. En terwijl Hij hen zegende, ging Hij bij hen vandaan, naar de hemel. | Toen nam Jezus de leerlingen mee de stad uit, tot bij het dorp Betanië. Hij stak zijn armen uit en zegende hen. En terwijl hij dat deed, ging hij weg. God haalde hem naar de hemel. |
Waarom aarzel je nog? Sta op en laat je dopen. Laat zo je ongehoorzaamheid aan God van je afwassen, terwijl je Hem aanbidt. | Waarom twijfel je nog? Sta op en laat je dopen. Als je tot Jezus bidt, dan zal het water van je doop je zonden wegwassen. |
Terwijl ze zo baden, beefde het huis waar ze waren. En ze werden allemaal vol van de Heilige Geest. En vol geloof en zonder vrees vertelden ze het woord van God aan de mensen. | Na dat gebed begon de aarde te schudden op de plaats waar ze bij elkaar waren. En de heilige Geest kwam in alle apostelen. Ze begonnen zonder angst het goede nieuws over Jezus te vertellen. |
Geef iedereen waar hij recht op heeft, voor zo ver je dat kan. | Als je iemand ergens mee kunt helpen, doe dat dan ook. En geef hem waar hij recht op heeft. |
Maar als je bidt, ga dan je kamer in en doe de deur dicht. Bid dan tot je Vader terwijl niemand het ziet. En je Vader, die de verborgen dingen ziet, zal je er openlijk voor belonen. | Als je gaat bidden, ga dan je huis in en doe de deur dicht. Dan kun je in het geheim tot je Vader bidden. Je Vader ziet wat er in het geheim gebeurt. En hij zal je belonen. |
Hierna zagen ze hoe Hij opsteeg naar de hemel. Toen kwam er een wolk en ze zagen Hem niet meer. | Toen Jezus dat gezegd had, zagen de apostelen hem naar de hemel gaan. Een wolk nam hem mee, zodat ze hem niet meer konden zien. |
Op datzelfde moment kwam er een stralende wolk om hen heen. En een stem zei vanuit de wolk: "Dit is mijn Zoon, van wie Ik heel veel houd. Ik ben erg blij met Hem. Luister naar Hem." | Terwijl Petrus dat zei, kwam er een stralend lichte wolk boven hen. En uit die wolk klonk Gods stem, die zei: ‘Hij alleen is mijn Zoon. Mijn liefde voor hem is groot. Luister naar hem!’ |
En alles wat jullie zeggen en doen, moeten jullie doen namens de Heer Jezus. Dank ook God de Vader door Hem. | Bedenk bij alles wat jullie doen en zeggen, dat jullie bij de Heer Jezus horen. En vraag hem steeds om God, de Vader, te danken namens jullie. |
Want nu God jullie heeft geroepen, zullen jullie ook moeten lijden. Dat hoort erbij. Want ook Christus heeft voor ons geleden terwijl Hij niets slechts had gedaan. Zo is Hij een voorbeeld voor ons. En Hij wil dat we zijn voorbeeld volgen. | Jullie zijn uitgekozen om, net als Christus, goede dingen te doen. Ook al word je ervoor gestraft. Christus heeft voor jullie geleden. Daarmee gaf hij jullie een voorbeeld, hij liet zien hoe je moet leven als zijn volgeling. |
Toen ze aan het eten waren, nam Jezus een brood. Hij zegende het, brak het in stukken en gaf het aan zijn leerlingen. Hij zei: "Neem dit en eet het. Het is mijn lichaam." | Tijdens het eten nam Jezus een brood. Hij dankte God, brak het brood in stukken en deelde het uit. Hij zei: ‘Kijk, dit is mijn lichaam. Eet ervan.’ |
Ze bleven naar de lucht staan staren. Plotseling stonden er twee mannen in witte kleren bij hen. Ze zeiden: "Mannen uit Galilea, waarom staan jullie naar de lucht te staren? Jullie hebben gezien hoe deze Jezus bij jullie is weggegaan naar de hemel. Op dezelfde manier zal Hij weer terugkomen." | Terwijl de apostelen nog omhoog stonden te kijken, waren er opeens twee engelen bij hen. Ze hadden witte kleren aan. Ze zeiden: ‘Mannen uit Galilea, jullie moeten niet naar de lucht blijven kijken. Jezus is naar de hemel gegaan, maar hij zal terugkomen op de wolken.’ |
Op een dag, toen zij zonder te eten de hele dag aan het bidden waren, zei de Heilige Geest tegen hen: "Ik heb een speciale taak voor Barnabas en Saulus." | Op een dag waren ze allemaal bij elkaar om de Heer te eren. Dat deden ze door te bidden en te vasten. Toen zei de heilige Geest: ‘Barnabas en Saulus moeten weggaan uit Antiochië. Ze moeten het werk gaan doen waarvoor ik hen uitgekozen heb.’ |
Jezus zei tegen zijn leerlingen: "Pas op voor leugen-profeten. Zij beweren dat ze namens God spreken terwijl dat helemaal niet zo is. Je kan hen vergelijken met wolven die zich vermomd hebben als schapen. Ze zien er onschuldig uit, maar van binnen zijn ze verslindende wolven." | Pas op voor valse profeten. Ze lijken goed, maar ze zijn slecht. Ze lijken zo onschuldig als schapen, maar ze zijn zo gevaarlijk als wolven. |
Dit is het verhaal van de geboorte van Jezus Christus. Maria was verloofd met Jozef. Omdat ze nog niet getrouwd waren, waren ze nog nooit met elkaar naar bed geweest. Maar op een dag wist Maria dat ze in verwachting was. Dat was ze door de kracht van de Heilige Geest. | Dit is het verhaal over de geboorte van Jezus Christus. Maria zou trouwen met Jozef, dat was afgesproken. Maar nog voordat ze getrouwd waren, werd Maria zwanger, door de heilige Geest. |
Hij zorgt ervoor dat ze rechtvaardig zijn. Hij beschermt zijn vrienden. | Hij zorgt voor mensen die goed leven, hij beschermt hen tegen gevaar. |
Daarom moeten we, wanneer we de kans hebben, voor iedereen goed zijn. Maar vooral voor de mensen die bij Gods gezin horen. | Zolang we daarop wachten, moeten we dus goed zijn voor iedereen, en zeker voor andere christenen. |
Golf na golf slaat over mij heen. Bruisend en schuimend spoelen uw golven over mij heen. | Overal om mij heen is water. Overal hoor ik water stromen, met veel geweld komt het omlaag. Ik voel me door God verlaten. |
Jullie zien wél dat er een splinter zit in het oog van iemand anders. Maar jullie merken helemaal niet dat er een hele balk in je eigen oog zit! | Jullie letten goed op de fouten van anderen. Maar je eigen fouten zie je niet. Het is alsof je een splinter ziet in het oog van een ander, maar niet ziet dat er in je eigen oog een balk zit. Je zegt tegen die ander: ‘Kom, ik haal die splinter wel even uit je oog.’ Doe niet zo schijnheilig! Haal eerst die balk uit je eigen oog. Dan kun je zelf weer goed zien. En pas dan kun je de splinter uit het oog van de ander halen. |
Zo zullen jullie steeds veel hebben om veel te kunnen weggeven. En daar zullen de mensen God voor prijzen. | God heeft jullie op veel manieren rijk gemaakt. Nu moeten jullie ook klaarstaan om anderen te helpen. Dan zullen de christenen in Jeruzalem God danken voor de steun die ze via mij van jullie krijgen. |
De herders gingen terug naar hun schapen en prezen en dankten God voor alles wat ze gezien en gehoord hadden. Alles was zoals de engel tegen hen had gezegd. | De herders gingen terug naar hun schapen. Ze eerden God en dankten hem voor alles wat ze gezien en gehoord hadden. Want alles was precies zoals de engel gezegd had. |
Dus als we zeggen dat we één met Hem zijn, maar zelf in het donker leven omdat we Hem niet willen gehoorzamen, dan liegen we. Dan leven we niet vanuit Gods waarheid. | Stel dat we zeggen dat we met God verbonden zijn, maar intussen blijven we leven in de duisternis. Dan liegen we, en leven we niet volgens Gods waarheid. |
Want als ze vallen, helpt de één de ander weer overeind. Maar als iemand alleen is en valt, wie helpt hem dan weer overeind? | Als één van beiden valt, dan helpt de ander hem weer overeind. Maar als je alleen bent, kan niemand je weer overeind helpen. |
Gerelateerde onderwerpen
Jezus
Jezus keek hen aan...
Bidden
Wees altijd blij. Bid...
Zonde
Weten jullie dan niet...
Naaste
De tweede wet, die...
Hemel
Op een bepaald moment...
Hemelvaart
Hierna zagen ze hoe...