Een dwaas laat het onmiddellijk merken als hij kwaad is. Maar een verstandig mens verbergt het. | Als dwaze mensen boos zijn, laten ze dat meteen merken, maar als wijze mensen beledigd worden, zwijgen ze. |
Maar Hij vernietigt de mensen die slechte dingen doen. Na hun dood worden ze door iedereen vergeten. | Maar slechte mensen vernietigt hij, niemand zal nog aan hen denken. |
Bescherm mij, God, want ik vertrouw op U. | Bescherm mij, God, bij u ben ik veilig. |
God zag wat ze deden. Hij zag hoeveel spijt ze hadden van alle verkeerde dingen die ze hadden gedaan. Daarom veranderde Hij zijn plannen. Hij besloot om de stad niet te vernietigen. | God zag wat de inwoners van Nineve deden. Hij zag dat ze een eind maakten aan hun slechte gedrag. En hij kreeg medelijden en veranderde zijn plan. Hij had gedreigd de stad te verwoesten, maar hij deed het niet. |
Zorg dat je wijs en verstandig wordt. Vergeet mijn woorden niet, maar doe wat ik je heb geleerd. | Je moet altijd zoeken naar wijsheid en kennis. Je mag nooit vergeten wat ik gezegd heb. |
Vertrouw op de Heer. Houd moed en Hij zal je weer hoop geven. Ja, verwacht hulp van de Heer. | Iedereen moet op de Heer vertrouwen. Wees daarom sterk en houd moed. Vertrouw op de Heer! |
Ik steek mijn handen naar U uit. Ik verlang naar U, zoals droog land verlangt naar water. | Ik wil bij u zijn, ik verlang naar u, zoals droog land verlangt naar regen. |
De wijnstruiken zijn verdroogd en de vijgenbomen hangen slap van droogte. De granaatappelbomen, de palmen, de appelbomen, alle bomen zijn verdroogd. Alle vreugde is verdwenen. | De oogst is helemaal verwoest, en ook in de wijngaard is geen werk meer. Want alle druivenplanten en fruitbomen zijn dood, alle vruchten zijn verdwenen. En ook het plezier van de mensen is verdwenen. |
De Heer is met u, zolang u Hem wil dienen. Maar als u Hem verlaat, zal Hij u ook verlaten. | De Heer helpt jullie zolang jullie op hem vertrouwen. Als jullie hem zoeken, zal hij zorgen dat jullie hem vinden. Maar als jullie hem in de steek laten, dan zal hij jullie ook in de steek laten. |
Wat een slecht mens verdient met zijn slechtheid, zal weer verdwijnen. Maar de beloning van een goed mens blijft bestaan. | Slechte mensen zijn hun winst weer snel kwijt, maar goede mensen blijven rijk. |
Leef mee met andere mensen, of ze nu blij of verdrietig zijn. | Jullie moeten altijd met elkaar meeleven, in vreugde en in verdriet. |
Hij tilt onze ongehoorzaamheid van ons af en zo ver als het oosten is van het westen, zó ver werpt Hij die bij ons vandaan. | Hij doet onze schuld ver weg, zo ver als het westen is van het oosten. Want zijn liefde voor ons is groot, zo groot als de hele wereld. |
Uw woorden verspreiden licht. Ze geven wijsheid aan eenvoudige mensen. | Uw woorden brengen licht in het donker. Zo weten mensen hoe ze moeten leven. |
Hij laat dingen zien die tot dan toe verborgen waren. Hij weet wat er in het donker verborgen is, want bij Hem is alles licht. | Voor u is niets verborgen. Bij u is alles licht. U kent alles wat in het donker is. |
Iedereen die in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld. Maar iedereen die níet gelooft, ís al veroordeeld. Want hij heeft niet geloofd in de enige Zoon van God. | Want wie in de Zoon gelooft, zal niet veroordeeld worden. Maar de mensen die niet in hem willen geloven, die zijn al veroordeeld. Zij zullen gestraft worden, omdat ze niet willen geloven in de enige Zoon van God. |
Want als iemand verdriet heeft omdat hij verkeerd heeft gedaan tegen God, kan God dat verdriet gebruiken om hem te veranderen. Zo wordt hij erdoor gered. Maar als iemand gewoon verdriet heeft op de manier van de ongelovige mensen, brengt hem dat alleen maar ellende en dood. | Er bestaat inderdaad verdriet waar God blij mee is. Zulk verdriet zorgt ervoor dat mensen hun leven veranderen. Daar krijgen ze geen spijt van. Want het heeft als gevolg dat ze gered worden. Maar het verdriet van slechte mensen brengt niets goeds. Zulk verdriet leidt tot de dood. |
Wees verstandig en let goed op. Jullie vijand, de duivel, loopt rond als een brullende leeuw die een prooi zoekt. Hij zoekt wie hij kan verslinden. | De duivel is jullie vijand. Hij zoekt altijd iemand die hij kan vernietigen. Hij is op jacht, als een brullende leeuw. Wees dus verstandig en let goed op. |
Als je op de Heer vertrouwt, hoef je nooit wanhopig te zijn. | Jullie die vertrouwen op de Heer, wees sterk en moedig! |
Oordeel niemand. Dan zul jij ook niet geoordeeld worden. Veroordeel niemand. Dan zul jij ook niet veroordeeld worden. Laat los, dan zul jij ook losgelaten worden. | Veroordeel andere mensen niet, dan zal God jou ook niet veroordelen. Zeg niet dat andere mensen slecht zijn, dan zegt God dat ook niet over jou. Vergeef mensen als ze fouten maken, dan doet God dat ook. |
Want de Heer geeft wijsheid. Alles wat Hij zegt, is wijs en verstandig. | De Heer geeft wijsheid. Zijn woorden geven kennis en inzicht. |
Laat mijn hart verlangen naar uw wetten, en niet naar rijkdom. | Ik wil niet zoeken naar rijkdom, maar bezig zijn met uw wetten. |
Mijn zoon, als je wijs en verstandig bent, zal ik daar blij over zijn. | Luister goed! Als je je verstand gebruikt, maak je je leraar blij. |
Geef iedereen waar hij recht op heeft, voor zo ver je dat kan. | Als je iemand ergens mee kunt helpen, doe dat dan ook. En geef hem waar hij recht op heeft. |
Maar als we het aan God vertellen als we verkeerd hebben gedaan en Hem om vergeving vragen, dan vergeeft Hij ons. Dan wast Hij ons weer schoon van elke ongehoorzaamheid, zoals Hij heeft beloofd. Want Hij doet altijd wat Hij heeft gezegd. | Maar als we onze zonden eerlijk aan God vertellen, zal hij ons vergeven. Hij zal al het kwaad uit ons weghalen, zodat we helemaal rein worden. Want God is trouw en rechtvaardig. |
Hij troost de bedroefde mensen. Hij verbindt hun wonden. | Hij geeft mensen weer hoop, hij neemt hun pijn weg. |