Bijbelteksten over 'Vesting'
Want U bent mijn rots en mijn burcht. U zal mij leiden omdat U bent wie U bent. | Want Gij zijt mijn steenrots en mijn vesting, en om uws naams wil zult Gij mij voeren en leiden. |
De Heer is goed. Hij is een sterke Helper in tijd van nood. Hij zorgt voor de mensen die op Hem vertrouwen. | De Here is goed, een sterkte ten dage der benauwdheid; Hij kent hen die bij Hem schuilen. |
Voor mensen in nood is de Heer een veilige burcht. Bij Hem zijn ze veilig in moeilijke tijden. | Daarom is de Here een burcht voor de verdrukte, een burcht in tijden van nood. |
Hij zei: Ik houd heel erg veel van U, mijn Heer. U geeft mij kracht. Heer, U bent de rots onder mijn voeten, de burcht waar ik veilig ben, mijn Bevrijder. U bent mijn God, de rots waarop ik kan vertrouwen, het schild dat mij beschermt, mijn Redder, mijn sterke toren waarin ik veilig ben. | Hij zeide: Ik heb U hartelijk lief, Here, mijn sterkte, o Here, mijn steenrots, mijn vesting en mijn bevrijder, mijn God, mijn Rots, bij wie ik schuil, mijn schild, hoorn mijns heils, mijn burcht. |
Hij is de rots onder mijn voeten. Hij is de burcht waarin ik veilig ben. Ik zal niet verslagen worden door mijn vijanden. | Waarlijk, Hij is mijn rots en mijn heil, mijn burcht, ik zal niet wankelen. |
Als je bescherming zoekt bij de Allerhoogste God, ben je helemaal veilig. Ik zeg tegen de Heer: "Bij U ben ik zo veilig als in een schuilplaats, zo veilig als in een burcht. U bent mijn God. Ik vertrouw op U." | Wie in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, vernacht in de schaduw des Almachtigen. Ik zeg tot de Here: Mijn toevlucht en mijn vesting, mijn God, op wie ik vertrouw. |
Hij is de rots onder mijn voeten. Hij is de burcht waarin ik veilig ben. Ik zal niet verslagen worden door mijn vijanden. | Waarlijk, Hij is mijn rots en mijn heil, mijn burcht, ik zal niet te zeer wankelen. |
Dankzij zijn geld is een rijk mens helemaal veilig. Zo veilig als in een stad met hoge muren – denkt hij. | Het bezit van de rijke is zijn sterke stad, en als een hoge muur – in zijn verbeelding. |
De wetten van de Heer zijn een zegen voor de mensen die ze gehoorzamen. Maar voor slechte mensen betekenen ze ellende. | De weg des Heren is een beschutting voor de oprechten, maar onheil voor de bedrijvers van ongerechtigheid. |
Als je bang bent voor wat mensen van je vinden, zet je een val op voor jezelf. Maar als je op de Heer vertrouwt, kan niemand je iets doen. | Vrees voor mensen spant een strik, maar wie op de Here vertrouwt, is onaantastbaar. |
De Heer is als een sterke toren. Rechtvaardige mensen rennen daarheen en zijn veilig. | De naam des Heren is een sterke toren; de rechtvaardige ijlt daarheen en is onaantastbaar. |
Maar ik zal zingen over uw kracht. Elke morgen zal ik vrolijk zingen over uw liefde. Want bij U ben ik zo veilig als in een burcht. U bent mijn veilige plaats in moeilijkheden. | Ik echter bezing uw sterkte, des morgens jubel ik over uw goedertierenheid; want Gij waart mij een burcht, een toevlucht ten dage toen ik benauwd was. |
Gerelateerde onderwerpen
Bescherming
Doe de hele wapenrusting...
Veiligheid
Maar de Heer is...
Vertrouwen
Vertrouw met je hele...
Betrouwbaarheid
Maar de Heer is...
God
Je Heer God woont...
Redding
Niemand anders dan Hij...