Uw woord leidt mij. Het is als een lamp voor mijn voeten, een licht op mijn pad. | Uw woord is een lamp voor mijn voet, een licht op mijn pad. |
Hij zal ervoor zorgen dat je niets overkomt. Je Beschermer slaapt nooit. | Hij zal je voet niet laten wankelen, Hij zal niet sluimeren, je wachter. |
Maar steeds als ik dacht: "Nu ga ik vallen," hield U me overeind met uw liefde, Heer. | Toen ik dacht: Mijn voet glijdt weg, hield uw trouw mij staande, HEER. |
Zorg dat je altijd op de goede weg blijft en dat je altijd te vertrouwen bent. | Weet welke weg je wilt inslaan, dan loop je met vaste tred. |
Ik, jullie Heer en Meester, heb dus jullie voeten gewassen. Daarom moeten jullie ook elkaars voeten wassen. | Als Ik, jullie Heer en jullie meester, je voeten gewassen heb, moet je ook elkaars voeten wassen. |
Wijk niet van het rechte pad af. Blijf ver bij het kwaad vandaan. | Wijk niet af naar rechts, wijk niet af naar links, wijk alleen uit voor het kwaad. |
Kun je op gloeiende kolen lopen, zonder dat je je voeten brandt? | Of als hij over gloeiende kolen loopt, brandt hij dan zijn voeten niet? |
God zal mijn eer redden. Hij is de rots onder mijn voeten. Bij Hem ben ik veilig. | Bij God is mijn redding en mijn eer, mijn machtige rots, mijn schuilplaats is God. |
Maar Ik zeg dat jullie helemaal niet moeten zweren. Niet bij de hemel, omdat die de troon van God is. Niet bij de aarde, omdat die zijn voetenbankje is. Niet bij Jeruzalem, omdat daar de grote Koning woont. | Dit zeg Ik daarover: zweer helemaal niet, noch bij de hemel, want dat is de troon van God, noch bij de aarde, want dat is zijn voetenbank, noch bij Jeruzalem, want dat is de stad van de grote koning. |
Er is geen andere God dan de Heer! Er is geen andere rots dan onze God! Hij is de rots onder onze voeten. | Wie anders is God dan de HEER, wie anders een rots dan onze God? |
Er is geen andere God dan de Heer! Er is geen andere rots dan onze God! Alleen Hij is de rots onder onze voeten. | Wie anders is God dan de HEER, wie anders een rots dan onze God? |
Zelfs als ik zou sterven, bent U alles voor mij. U bent de rots onder mijn voeten. Voor eeuwig bent U alles voor mij. | Al bezwijkt mijn hart en vergaat mijn lichaam, de rots van mijn bestaan, al wat ik heb, is God, nu en altijd. |
Maar Hij weet hoe ik leef. Als Hij me zou toetsen, zou Hij zien dat ik zo zuiver ben als zuiver goud. Ik heb altijd geleefd zoals Hij het wil. Ik ben Hem nooit ongehoorzaam geweest. | Maar Hij kent de wegen die ik kies; als Hij me toetste, zou ik puur als goud zijn. Ik ben in zijn spoor getreden, zonder af te buigen volgde ik zijn weg. |
Heer, ik wil dat U kan genieten van alles wat ik zeg of denk. Heer, U bent de rots onder mijn voeten. U bent mijn Redder. | Laten de woorden van mijn mond U behagen, de overpeinzingen van mijn hart U bekoren, HEER, mijn rots, mijn bevrijder. |
Hij is de rots onder mijn voeten. Hij is de burcht waarin ik veilig ben. Ik zal niet verslagen worden door mijn vijanden. | Hij alleen is mijn rots en mijn redding, mijn burcht, nooit zal ik wankelen. |
Hij is de rots onder mijn voeten. Hij is de burcht waarin ik veilig ben. Ik zal niet verslagen worden door mijn vijanden. | Hij alleen is mijn rots en mijn redding, mijn burcht, ik zal niet wankelen. |
De God van vrede zal binnenkort de duivel onder jullie voeten vertrappen. Ik bid dat onze Heer Jezus in alles goed voor jullie zal zijn. | De God van de vrede zal Satan nu spoedig te gronde richten en aan uw voeten leggen. De genade van onze Heer Jezus zij met u. |
De Heer is heel geduldig, maar ook heel machtig. Hij laat geen kwaad ongestraft. Waar Hij gaat, stormt een orkaan. De wolken zijn het stof rond zijn voeten. | De HEER is geduldig en zeer sterk, Hij laat nooit iets ongestraft. De HEER gaat zijn weg door storm en wervelwind, wolken zijn het stof van zijn voeten. |
Als je boos op iemand wordt, houd je boosheid dan niet vast, want dat is verkeerd. Zorg ervoor dat je vóór het eind van de dag je boosheid weer kwijt bent. Zo geef je de duivel geen kans. | Als u boos wordt, zondig dan niet: laat de zon niet ondergaan over uw boosheid, geef de duivel geen kans. |
Hij zei: Ik houd heel erg veel van U, mijn Heer. U geeft mij kracht. Heer, U bent de rots onder mijn voeten, de burcht waar ik veilig ben, mijn Bevrijder. U bent mijn God, de rots waarop ik kan vertrouwen, het schild dat mij beschermt, mijn Redder, mijn sterke toren waarin ik veilig ben. | Ik heb u lief, HEER, mijn sterkte, HEER, mijn rots, mijn vesting, mijn bevrijder, God, mijn steenrots, bij u kan ik schuilen, mijn schild, kracht die mij redt, mijn burcht. |
Jesaja zegt: Wat is het heerlijk om over de bergen de voeten te horen aankomen van iemand die goed nieuws komt brengen. Wat heerlijk om de boodschapper te horen aankomen die komt vertellen dat het weer vrede wordt en dat er spoedig redding komt. En die tegen Jeruzalem zegt: 'God is je Koning.' | Hoe welkom is de vreugdebode die over de bergen komt aangesneld, die vrede aankondigt en goed nieuws brengt, die redding aankondigt en tegen Sion zegt: ‘Je God is koning!’ |
Houd je weer aan de heilige rustdag. Doe op die dag niet langer wat jullie maar willen. Geniet van mijn heilige rustdag. Houd je eraan uit ontzag voor Mij. Stop op die dag met zaken doen en met jullie dagelijkse bezigheden. Stop met al jullie lege woorden. Dan zullen jullie van Mij genieten. Ik zal ervoor zorgen dat jullie weer zullen heersen over het land dat Ik aan jullie voorvader Jakob heb beloofd. Jullie zullen er weer van genieten. Ik, de Heer, heb het gezegd en Ik zal het ook doen. | Wanneer je je voeten rust gunt op sabbat en geen handel drijft op mijn heilige dag, wanneer je de sabbat als een dag van vreugde ziet, de dag van de HEER als een heilige dag, wanneer je hem in ere houdt door niet je gang te gaan, geen handel te drijven of zaken te bespreken, dan vind je vreugde in de HEER. Ik zal je voeren over de hoogste bergen en je laten genieten van het land dat Ik je voorvader Jakob in bezit heb gegeven. De HEER heeft gesproken! |
De zegen van de Heer maakt rijk. Hij voegt er geen verdriet aan toe. | Alleen de zegen van de HEER maakt rijk, zwoegen voegt daar niets aan toe. |
De mensen van wie Ik houd, voed Ik ook streng op. Wees dus ijverig en ga weer leven zoals Ik het wil. | Iedereen die Ik liefheb wijs Ik terecht en bestraf Ik. Zet u dus volledig in en kom tot inkeer. |
Vaders, maak jullie kinderen niet boos en irriteer ze niet. Voed hen op Gods manier op en vertel hun over Hem. | Vaders, maak uw kinderen niet verbitterd, maar vorm en vermaan hen, zodat u ze opvoedt zoals de Heer dat wil. |