Gij maakt mij het pad des levens bekend; overvloed van vreugde is bij uw aangezicht, liefelijkheid is in uw rechterhand, voor eeuwig. | U wijst me de weg naar het leven. Het is heerlijk om dicht bij U te zijn. U bent voor altijd een goede God! |
Goed en waarachtig is de Here; daarom onderwijst Hij de zondaars aangaande de weg. Ootmoedigen doet Hij wandelen in het recht, en Hij leert ootmoedigen zijn weg. | De Heer is goed en rechtvaardig. Daarom leert Hij ongehoorzame mensen hoe ze moeten leven. Nederige mensen helpt Hij te leven zoals Hij het wil. Hij vertelt hun wat Hij van hen vraagt. |
Welzalig ieder die de Here vreest, die in zijn wegen wandelt. | Het is heerlijk voor je om diep ontzag voor God te hebben. Het is heerlijk voor je als je Hem in alles gehoorzaamt. |
De vreze des Heren is het begin der kennis; de dwazen verachten wijsheid en tucht. | Maar alle wijsheid begint bij een diep ontzag voor de Heer. Wie geen ontzag heeft voor God, wil niets van wijsheid weten. |
En onderhoud de geboden van de Here, uw God, door in zijn wegen te wandelen en Hem te vrezen. | Houd je dus aan de wetten en leefregels van jullie Heer God. Doe wat Hij zegt en heb diep ontzag voor Hem. |
En neem uw plicht jegens de Here, uw God, in acht: wandel op zijn wegen en onderhoud zijn inzettingen, geboden, verordeningen en getuigenissen, zoals geschreven staat in de wet van Mozes, opdat gij voorspoedig volvoeren moogt alles wat gij doet en alles wat gij onderneemt. | Dien je Heer God en leef zoals Hij het wil. Houd je aan al zijn wetten en leefregels zoals die staan opgeschreven in de wet van Mozes. Want dan zal het goed met je gaan in alles wat je doet. |
Doorgrond mij, o God, en ken mijn hart, toets mij en ken mijn gedachten; zie, of bij mij een heilloze weg is, en leid mij op de eeuwige weg. | God, ik wil dat U alles van me weet. Kijk in mijn hart, onderzoek mijn gedachten. Zeg het me als ik iets verkeerds doe, en help me om weer te leven zoals U het wil. |
Alleen, volbrengt zeer nauwgezet het gebod en de wet, welke Mozes, de knecht des Heren, u geboden heeft: dat gij de Here, uw God, zoudt liefhebben, in al zijn wegen wandelen, zijn geboden onderhouden, Hem aanhangen, en Hem dienen met geheel uw hart en met geheel uw ziel. | Denk er alleen om dat jullie je heel precies blijven houden aan de wetten en leefregels die Mozes jullie heeft gegeven. Houd met je hele hart van jullie Heer God. Doe alles wat Hij zegt. Wees trouw aan Hem. Dien Hem met je hele hart en je hele ziel. |
Nu dan, Israël, wat vraagt de Here, uw God, van u dan de Here, uw God, te vrezen door in al zijn wegen te wandelen; Hem lief te hebben; de Here, uw God, te dienen met uw ganse hart en met uw ganse ziel; de geboden en de inzettingen des Heren, die ik u heden opleg, te onderhouden, opdat het u wèl ga. | Israël, luister. Jullie Heer God vraagt één ding van jullie: dat jullie diep ontzag voor Hem hebben. Hij wil dat jullie doen wat Hij zegt en van Hem houden. Dien de Heer God met je hele hart en met je hele ziel. Houd je aan de wetten en leefregels van de Heer die ik jullie nu geef. Want dan zal het goed met jullie gaan. |
Laat ons oog daarbij (alleen) gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs, die, om de vreugde, welke vóór Hem lag, het kruis op Zich genomen heeft, de schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods. | Daarbij moeten we alleen op Jezus letten, want Hij is onze Leider. Hij wijst ons de weg en gaat voor ons uit. Hij is ons voorbeeld in het geloof. Hij verdroeg de dood aan het kruis en alle schande, omdat Hij wist hoe blij Hij daarna zou zijn. Nu zit Hij naast God op de troon. |
Laat niemand zichzelf misleiden! Indien iemand onder u meent wijs te zijn in deze tijd, hij worde dwaas, om wijs te worden. | Houd jezelf niet voor de gek! Als jullie denken dat jullie heel wijs zijn in de dingen van deze wereld, moeten jullie eerst dwaas worden. Pas dan zullen jullie écht wijs worden. |
Leer ons zó onze dagen tellen, dat wij een wijs hart bekomen. | Leer ons zó te leven, dat wij er wijs van worden. |
Het begin der wijsheid is: verwerf wijsheid en verwerf inzicht bij al wat gij bezit. | Naar wijsheid verlangen is het begin van alle wijsheid. Van alles wat je hebt, is wijsheid het belangrijkste. |
Doordat ik u heden gebied de Here, uw God, lief te hebben door in zijn wegen te wandelen en zijn geboden, inzettingen en verordeningen te onderhouden, opdat gij leeft en talrijk wordt en de Here, uw God, u zegene in het land, dat gij in bezit gaat nemen. | Vandaag zeg ik jullie: houd van jullie Heer God, leef zoals Hij het wil en houd je aan zijn wetten en leefregels. Dan zal het goed met jullie gaan en zullen jullie een groot volk worden. Dan zal de Heer God jullie zegenen in het land dat jullie gaan veroveren. |
Mijn zoon, indien uw hart wijs is, dan zal ook mijn hart zich verheugen. | Mijn zoon, als je wijs en verstandig bent, zal ik daar blij over zijn. |
Wie met wijzen omgaat, wordt wijs; maar wie met dwazen verkeert, wordt slecht. | Als je met wijze mensen omgaat, word je wijs. Maar als je bevriend bent met dwazen, loopt het slecht met je af. |
Wie wijs van hart is, neemt geboden aan, maar wie dwaas van lippen is, komt ten val. | Een wijs mens is bereid om naar goede raad te luisteren. Maar door zijn eigen dwaze woorden loopt het met een dwaas slecht af. |
Een wijs zoon verheugt zijn vader, maar een dwaas zoon is een bekommering voor zijn moeder. | Een wijze zoon maakt zijn ouders blij. Maar over een dwaze zoon hebben ze veel verdriet. |
Zelfs een dwaas die zwijgt, gaat door voor wijs; als hij zijn lippen gesloten houdt, voor verstandig. | Zelfs een dwaas die zijn mond houdt, lijkt wijs. Zolang hij niets zegt, lijkt hij verstandig. |
Wie is wijs en verstandig onder u? Hij tone uit zijn goede wandel zijn werken met wijze zachtmoedigheid. | Vinden jullie jezelf zo wijs en verstandig? Laat dat dan maar eens zien door jullie manier van leven: wees wijs en vriendelijk in alles wat jullie doen. |
Als overmoed komt, komt schande mee, maar wijsheid is bij de ootmoedigen. | Overmoedige mensen staan uiteindelijk voor schut. Daarom is het wijs om bescheiden te zijn. |
Ik onderricht u in de weg der wijsheid, ik doe u treden op rechte paden. | Ik leer je hoe je wijs kan worden. Dan zul je op het rechte pad blijven. |
Want de Here geeft wijsheid, uit zijn mond komen kennis en verstandigheid. | Want de Heer geeft wijsheid. Alles wat Hij zegt, is wijs en verstandig. |
Welzalig de mens die wijsheid vindt, de mens die verstandigheid verkrijgt. | Het is heerlijk als je wijsheid vindt. Het is heerlijk als je verstandig wordt. |
De vreze des Heren voedt op tot wijsheid, en ootmoed gaat vooraf aan de eer. | Van diep ontzag voor de Heer word je wijs. Als je bescheiden bent, zul je worden geprezen. |