Ik zal voor de Heer zingen, zolang ik leef. Ik zal voor mijn God liederen zingen, zolang ik besta. | Ik zal zingen voor de Heer, zolang ik leef. Ik zal zingen voor mijn God, zolang ik besta. |
Ik zal voor U zingen en juichen, want U heeft mijn leven gered. | Ik zal voor u juichen en zingen, want u zult mij bevrijden. |
Ik zal U prijzen en voor U zingen. De landen en volken zullen het horen. | Heer, ik wil u danken, overal op aarde wil ik voor u zingen. |
Maar ik zal zingen over uw kracht. Elke morgen zal ik vrolijk zingen over uw liefde. Want bij U ben ik zo veilig als in een burcht. U bent mijn veilige plaats in moeilijkheden. | Maar ik, ik zal zingen over uw macht. Elke ochtend zal ik juichen over uw trouw. Want u beschermt mij tegen gevaar, bij u ben ik veilig. |
Ik vertrouw op uw goedheid en uw liefde. Mijn hart juicht omdat ik zeker weet dat U me zal redden. Ik zing voor de Heer omdat Hij goed voor me is geweest. | Heer, ik vertrouw op uw liefde. Ik zal juichen omdat u mij redt. Ik zal voor u zingen, want u bent goed voor mij. |
Ik ben blij met U en ik juich voor U. Ik zing voor U, de Allerhoogste God! | Vrolijk wil ik over u zingen, ik wil voor u juichen, allerhoogste God! |
Bij U kan ik me verbergen. U beschermt me in gevaar. Ik ben zó blij, dat ik voor U wil zingen. Want U heeft mij bevrijd. | Heer, u beschermt me, u bevrijdt me. Daarom zing ik en juich ik. |
Uw liefde is mij meer waard dan het leven. Ik zal U prijzen. Mijn leven lang wil ik U prijzen. Ik zal mijn handen naar U opsteken. | Ik wil voor u zingen, want uw liefde is meer waard dan mijn leven. Mijn leven lang wil ik u prijzen, met mijn handen omhoog tot u bidden. |
Je Heer God woont bij je. Hij is de held die jou bevrijdt. Hij zal van vreugde over je zingen. Uit liefde zal Hij zwijgen over alles wat je verkeerd hebt gedaan. Hij zal over je juichen van blijdschap. | De Heer, jullie God, zal bij jullie zijn. Hij is machtig, hij zal jullie bevrijden. Hij houdt van jullie en zal jullie vergeven. Hij zal blij zijn over jullie, en juichen van vreugde. |
Zorg dat jullie vol zijn van het woord van Christus. Dan kunnen jullie elkaar met wijsheid leren en helpen. Dan zullen jullie met je hele hart de Heer danken met psalmen, lofliederen en liederen in talen van de Geest. | Laat jullie leven vol zijn van het goede nieuws over Christus. Gebruik al je wijsheid om elkaar uitleg en goede raad te geven. Zing liederen om God te eren, zing alle liederen die de heilige Geest je laat zingen. Wees dankbaar, en zing voor God. |
Maar toen het ongeveer middernacht was, baden Paulus en Silas en zongen ze lofliederen om God te prijzen. De andere gevangenen luisterden naar hen. | Midden in de nacht waren Paulus en Silas aan het bidden. En ze zongen liederen voor God. De andere gevangenen luisterden ernaar. |
U bent geweldig. U verdient het te worden geprezen. U bent zó machtig, het is niet te begrijpen. | Heer, u bent machtig. Laat iedereen voor u zingen, want uw macht is oneindig groot. |
Zing voor God, zing dankliederen voor Hem. Maak de weg vrij voor Hem die over de vlakten rijdt. Zijn naam is Heer. Juich blij voor Hem. Hij is een Vader voor de weeskinderen. Hij komt op voor de weduwen. Hij is God in zijn heilige huis. | Zing voor God, zing een lied voor hem. Juich als hij komt op zijn wagen van wolken, maak je klaar voor zijn komst. Heer is zijn naam! Hij woont in zijn heilige tempel. Hij helpt weduwen, en hij beschermt kinderen zonder vader. |
Toch houdt de Heer elke dag van mij. Elke nacht heb ik een lied in mijn binnenste. Dat lied is een gebed tot de God die mijn leven leidt. | Eens zal de Heer mij weer zijn liefde geven! Dan zal ik dag en nacht voor hem zingen, ik zal bidden tot de God die mij leven geeft. |
Maar ik zal U prijzen. Wat ik U beloofd heb, zal ik ook doen. Want U redt mijn leven. | Maar ik niet! Ik zal u met offers danken, en een lied voor u zingen. Alles wat ik beloof, zal ik doen. Want alleen u, Heer, brengt redding! |
Want ik hielp arme mensen die mij om hulp vroegen. Weeskinderen werden door mij geholpen. Ze waren me allemaal dankbaar. Arme weduwen waren blij met mij. | Want ik hielp arme en machteloze mensen, ik beschermde kinderen zonder vader. Aan weduwen gaf ik steun, mensen met wie het slecht ging, waren mij dankbaar. |
Ik vertrouw op U, mijn God, en ik prijs uw woord. Omdat ik op U vertrouw, hoef ik voor niemand bang te zijn. Wat zou een mens mij kunnen doen? | Op u vertrouw ik, God. Ik wil voor u zingen, want u hebt beloofd om mij te helpen. Op u vertrouw ik. Ik zal niet bang zijn, want mensen kunnen mij geen kwaad doen. |
En alle levende wezens in de hemel en op de aarde en onder de aarde en op de zee en in de zee hoorde ik zeggen: "Alle dank en eer en macht en majesteit en kracht zijn voor eeuwig voor Hem die op de troon zit en voor het Lam." | En ik hoorde iedereen zingen, in de hemel, op de aarde, onder de aarde en in de zee: ‘God en het lam verdienen alle eer, alle macht en alle kracht, altijd en overal.’ |
Jesaja zegt: Heer, U bent mijn God. Ik zal U eren en prijzen. Want U heeft wonderen gedaan. U doet wat U lang geleden al heeft besloten. | Heer, u bent mijn God! Ik zal voor u zingen, ik zal vertellen hoe machtig u bent. Want u hebt wonderen gedaan. Alles wat u ooit besloten hebt, dat hebt u ook gedaan. Op u kunnen wij vertrouwen. |
Jeruzalem zegt: "Ik ben heel erg blij met de Heer. Ik juich over wie God is. Want Hij heeft mij gered. Hij is voor mij opgekomen. Daardoor ben ik nu net zo mooi als een bruidegom in zijn feestkleren, of als een bruid met al haar sieraden om." | De inwoners van Jeruzalem zullen zeggen: ‘Wij zingen van vreugde, we juichen voor de Heer. Want hij leerde ons om eerlijk en goed te leven, en hij maakte van Jeruzalem een veilige en prachtige stad! Onze stad is zo mooi als de kroon van een koning, zo mooi als de sieraden van een bruid.’ |
Zing voor de Heer, want Hij heeft geweldige dingen gedaan! De hele wereld moet het weten. | Zing een lied voor de Heer! Want hij heeft grote dingen gedaan. De hele aarde moet het weten. |
Ik had de Heer nog maar nét om hulp geroepen, of ik kon Hem al danken. | Ik bad tot God en ik zong een lied om hem te eren. |