Hij tilt onze ongehoorzaamheid van ons af en zo ver als het oosten is van het westen, zó ver werpt Hij die bij ons vandaan. | Zo ver als het oosten is van het westen, zo ver heeft Hij onze zonden van ons verwijderd. |
Leer ons zó te leven, dat wij er wijs van worden. | Leer ons zo onze dagen te tellen dat wijsheid ons hart vervult. |
Zoals ijzer met ijzer scherp wordt gemaakt, zo scherpt de ene mens de andere. | Zoals men ijzer scherpt met ijzer, zo scherpt een mens zijn medemens. |
Zoals een hert hevig verlangt naar water, zo verlang ik hevig naar U, God. | Zoals een hinde smacht naar stromend water, zo smacht mijn ziel naar u, o God. |
Zo is het ook met het geloof. Jullie geloof moet te zien zijn aan wat jullie doen. Is dat niet te zien, dan is jullie geloof dood. | Zo is het ook met geloof: als het zich niet daadwerkelijk bewijst, is het dood. |
Want zo hoog als de hemel is, zó groot is uw liefde. Uw trouw komt tot aan de hoogste wolken. | Hemelhoog is uw liefde, tot aan de wolken reikt uw trouw. |
Want net zoals de hemel hoger is dan de aarde, zo zijn mijn plannen hoger dan jullie plannen. Mijn plannen gaan jullie verstand ver te boven. De dingen die Ik doe, zijn voor jullie niet te begrijpen. | Want zo hoog als de hemel is boven de aarde, zo ver gaan mijn wegen jullie wegen te boven, en mijn plannen jullie plannen. |
Help elkaar met de moeilijke dingen in het leven. Want dan doe je wat de wet van Christus van jullie wil. | Draag elkaars lasten, zo brengt u de wet van Christus tot vervulling. |
De levende Vader heeft Mij gestuurd en Ik leef door de Vader. Zo zal ook iedereen die van Mij eet, door Mij leven. | De levende Vader heeft Mij gezonden, en Ik leef door de Vader; zo zal wie Mij eet, leven door Mij. |
Lieve broeders en zusters, als God zóveel van ons houdt, moeten wij ook van elkaar houden. | Geliefde broeders en zusters, als God ons zo heeft liefgehad, moeten ook wij elkaar liefhebben. |
Wie kan weten wat er diep in de gedachten van een mens leeft? Dat kan toch alleen zijn eigen geest? Zo weet ook alleen Gods eigen Geest, wat er in God is. | Wie is in staat de mens te kennen, behalve de geest van de mens? Zo is alleen de Geest van God in staat om God te kennen. |
Net zoals een vader goed zorgt voor zijn kinderen, zó goed zorgt Hij voor de mensen die diep ontzag voor Hem hebben. | Zoals een vader zich ontfermt over zijn kinderen, zo ontfermt zich de HEER over wie Hem vrezen. |
Niemand is zo heilig als de Heer. Geen enkele god is als U. U bent de rots op wie we altijd kunnen vertrouwen. Niemand is als U. | Geen is er heilig als de HEER, er is geen andere god dan U, geen rots is er als onze God. |
Kijk in de spiegel als je wil weten hoe je er uitziet. Kijk in je hart als je wil weten hoe je werkelijk bent. | Zoals water het gezicht weerspiegelt, zo weerspiegelt het hart de mens. |
Maar zo moet het bij jullie niet zijn. Als je geëerd wil worden, dien dan de anderen. En als je de belangrijkste wil zijn, doe dan slavenwerk voor de anderen. | Zo mag het bij jullie niet gaan. Wie van jullie de belangrijkste wil zijn, moet dienaar van de anderen zijn, en wie van jullie de eerste wil zijn, moet slaaf van de anderen zijn. |
Want een lichaam is één geheel, maar bestaat wel uit verschillende lichaamsdelen. Al die lichaamsdelen vormen samen één lichaam. Zo is het ook met Christus. | Een lichaam is een eenheid die uit vele delen bestaat; ondanks hun veelheid vormen al die delen samen één lichaam. Zo is het ook met het lichaam van Christus. |
Je zou het zó kunnen zeggen: Eén lichaam heeft veel lichaamsdelen, en die lichaamsdelen doen niet allemaal hetzelfde soort werk. Zo zijn wij met elkaar ook één lichaam in Christus. Wij zijn allemaal verschillende lichaamsdelen van dat ene lichaam. | Zoals ons ene lichaam vele delen heeft en die delen niet allemaal dezelfde functie hebben, zo zijn we samen één lichaam in Christus en zijn we, ieder apart, elkaars lichaamsdelen. |
Alle mensen zullen door de schuld van Adam sterven. Maar nu zullen alle mensen door Christus levend gemaakt worden. | Zoals allen sterven in Adam, zo zullen allen ook tot leven komen in Christus. |
Ik zeg tegen mezelf: "Waarom ben je zo treurig? Waarom ben je zo onrustig? Vertrouw op God! Hem zal ik prijzen. Hij is mijn Redder, Hij is mijn God!" | Wat ben je bedroefd, mijn ziel, en onrustig in mij. Vestig je hoop op God, eens zal ik Hem weer loven, mijn God, die mij ziet en redt. |
Maar de Heer zegt tegen Israël: Kom bij Mij terug! Dan zullen jullie leven! | Dit zegt de HEER tegen Israël: Zoek Mij en leef! |
Wees net zo bescheiden als Jezus Christus was. | Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. |
Kom, laat Mij over jullie rechtspreken, zegt de Heer. Jullie daden zijn zo rood als bloed. Toch zullen ze zo wit worden als witte wol, als sneeuw. | De HEER zegt: Laten we zien wie er in zijn recht staat. Al zijn je zonden rood als scharlaken, ze worden wit als sneeuw, al zijn ze rood als purper, ze worden wit als wol. |
Want er staat in de Boeken: "Ik zweer bij Mijzelf, zegt de Heer: Iedereen zal zich voor Mij buigen en iedereen zal toegeven dat Ik God ben." | Want er staat geschreven: ‘Zo waar Ik leef – zegt de Heer –, voor Mij zal elke knie zich buigen, en elke tong zal God loven.’ |
Hij zei tegen hen: "Begrijpen jullie het dan óók niet? Begrijpen jullie niet dat alles wat je mond íngaat, je niet onrein kan maken? Want het komt niet in je hart, maar in je buik. En op een bepaalde plaats gaat het er ook weer uit." Zo zei Hij dus dat alle soorten eten rein zijn. | Hij zei tegen hen: ‘Begrijpen ook jullie het dan nog niet? Zien jullie dan niet in dat niets dat van buitenaf in de mens komt, hem onrein kan maken omdat het niet in zijn hart, maar in zijn maag komt en in de beerput weer verdwijnt?’ Zo verklaarde Hij alle spijzen rein. |
Net zo zullen de woorden die Ik spreek, niet naar Mij terugkomen zonder dat ze hun werk hebben gedaan. Wat Ik zeg, zal gebeuren. | Zo geldt dit ook voor het woord dat voortkomt uit mijn mond: het keert niet vruchteloos naar Mij terug, niet zonder eerst te doen wat Ik wil en te volbrengen wat Ik gebied. |