Leef met elkaar alsof jullie één lichaam zijn, met één geest. Want jullie zijn allemaal door God uitgekozen om gered te worden. Daar vertrouwen jullie op.
De liefde is geduldig en vol goedheid. De liefde kent geen afgunst, geen ijdel vertoon en geen zelfgenoegzaamheid. Ze is niet grof en niet zelfzuchtig, ze laat zich niet boos maken en rekent het kwaad niet aan.