Hij antwoordde: ‘Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand.’ | Hij zeide tot hem: Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. |
Het tweede is daaraan gelijk: heb uw naaste lief als uzelf. | Het tweede, daaraan gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. |