Bijbelteksten over 'Blijdschap'
Dit heb Ik tot u gesproken, opdat mijn blijdschap in u zij en uw blijdschap vervuld worde. | Deze dingen heb Ik tot u gesproken, opdat Mijn blijdschap in u zal blijven en uw blijdschap volkomen zal worden. |
Alzo is er, zeg Ik u, blijdschap bij de engelen Gods over één zondaar, die zich bekeert. | Zo zeg Ik u, is er blijdschap vóór de engelen van God over één zondaar die zich bekeert. |
Opdat ik, in blijdschap tot u gekomen met Gods wil, mij tezamen met u verkwikken moge. | Zodat ik met blijdschap naar u toe kom door de wil van God en bij u tot rust zal mogen komen. |
Groter blijdschap ken ik niet, dan dat ik hoor, dat mijn kinderen in de waarheid wandelen. | Ik heb geen grotere blijdschap dan hierover dat ik hoor dat mijn kinderen in de waarheid wandelen. |
Tot nog toe hebt gij niet om iets gebeden in mijn naam; bidt en gij zult ontvangen, opdat uw blijdschap vervuld zij. | Tot nu toe hebt u niets gebeden in Mijn Naam; bid, en u zult ontvangen, opdat uw blijdschap volkomen zal worden. |
En de engel zeide tot hen: Weest niet bevreesd, want zie, ik verkondig u grote blijdschap, die heel het volk zal ten deel vallen. | En de engel zei tegen hen: Wees niet bevreesd, want zie, ik verkondig u grote blijdschap, die voor heel het volk wezen zal. |
Uw getuigenissen heb ik voor altoos ten erve ontvangen, want zij zijn de blijdschap mijns harten. | Uw getuigenissen heb ik voor eeuwig in erfelijk bezit genomen, want zij zijn de vreugde van mijn hart. |
Maar de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. Tegen zodanige mensen is de wet niet. | De vrucht van de Geest is echter: liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. Daartegen richt de wet zich niet. |
Ik zeg u, dat er alzo blijdschap zal zijn in de hemel over één zondaar, die zich bekeert, meer dan over negenennegentig rechtvaardigen, die geen bekering nodig hebben. | Ik zeg u dat er evenzo blijdschap zal zijn in de hemel over één zondaar die zich bekeert, meer dan over negenennegentig rechtvaardigen, die de bekering niet nodig hebben. |
Bedrog is in het hart van wie kwaad smeden, maar voor wie tot vrede raden, is er vreugde. | Bedrog is in het hart van wie kwaad smeden, maar wie vrede aanraden, hebben blijdschap. |
De verwachting der rechtvaardigen is vreugde, maar de hoop der goddelozen gaat teniet. | De verwachting van de rechtvaardigen is blijdschap, maar de hoop van de goddelozen zal vergaan. |
De wijnstok is verdord en de vijgeboom is verwelkt; granaatappelboom, ook palm en appelboom, alle bomen des velds zijn verdord. Voorwaar, de blijdschap is beschaamd van de mensenkinderen weggevlucht. | De wijnstok is verdord en de vijgenboom is verwelkt, de granaatappelboom, ook de palmboom en de appelboom, alle bomen van het veld zijn verdord. Ja, de vreugde is verdord, geweken van de mensenkinderen. |
De Here, uw God, is in uw midden, een held, die verlost. Hij zal Zich over u met vreugde verblijden; Hij zal zwijgen in zijn liefde; Hij zal over u juichen met gejubel. | De HEERE, uw God, is in uw midden, een Held, Die verlossen zal. Hij zal Zich over u verheugen met blijdschap. Hij zal zwijgen in Zijn liefde. Hij zal Zich over u verblijden met gejuich. |
En voortdurend waren zij elke dag eendrachtig in de tempel, braken het brood aan huis en gebruikten hun maaltijden met blijdschap en eenvoud des harten, en zij loofden God en stonden in de gunst bij het gehele volk. En de Here voegde dagelijks toe aan de kring, die behouden werden. | En zij bleven dagelijks eensgezind in de tempel bijeenkomen, en terwijl zij van huis tot huis brood braken, namen zij gezamenlijk voedsel tot zich, met vreugde en in eenvoud van hart; en zij loofden God en vonden genade bij heel het volk. En de Heere voegde dagelijks mensen die zalig werden, aan de gemeente toe. |
De God nu der hope vervulle u met louter vreugde en vrede in uw geloof, om overvloedig te zijn in de hoop, door de kracht des heiligen Geestes. | De God nu van de hoop moge u vervullen met alle blijdschap en vrede in het geloven, opdat u overvloedig bent in de hoop, door de kracht van de Heilige Geest. |
Iemand heeft vreugde, als hij een gepast antwoord geeft, en hoe goed is een woord op zijn tijd! | Een man heeft blijdschap in het antwoord van zijn mond, en hoe goed is een woord op zijn tijd! |
Want Ik verkwik de vermoeide ziel, elke versmachtende ziel verzadig Ik. | Want Ik heb de vermoeide ziel te drinken gegeven en elke treurig geworden ziel heb Ik met voedsel vervuld. |
Welaan dan, eet uw brood met vreugde en drink uw wijn met een vrolijk hart, want als gij dit doet, dan heeft God dit reeds lang zo gewild. | Ga uw weg, eet uw brood met blijdschap, drink uw wijn met een vrolijk hart, want God schept al behagen in uw werken. |
Want ik weet, dat dit mij tot behoud zal strekken door uw gebed en de bijstand des Geestes van Jezus Christus. | Want ik weet dat dit mij tot zaligheid strekken zal, door uw gebed en de ondersteuning van de Geest van Jezus Christus. |
Gij maakt mij het pad des levens bekend; overvloed van vreugde is bij uw aangezicht, liefelijkheid is in uw rechterhand, voor eeuwig. | U maakt mij het pad ten leven bekend; overvloed van blijdschap is bij Uw aangezicht, lieflijkheden zijn in Uw rechterhand, voor altijd. |
De Here is mijn kracht en mijn schild; op Hem vertrouwde mijn hart en ik werd geholpen. Daarom juicht mijn hart en loof ik Hem met mijn lied. | De HEERE is mijn kracht en mijn schild; op Hem heeft mijn hart vertrouwd en ik ben geholpen. Daarom springt mijn hart op van vreugde en zal ik Hem met mijn lied loven. |
Want alle tucht schijnt op het ogenblik zelf geen vreugde, maar smart te brengen, doch later brengt zij hun, die erdoor geoefend zijn, een vreedzame vrucht, die bestaat in gerechtigheid. | En elke bestraffing schijnt op het moment zelf wel geen reden tot blijdschap te zijn, maar tot droefheid. Maar later geeft zij hun die erdoor geoefend zijn een vreedzame vrucht van gerechtigheid. |
Al zou de vijgeboom niet bloeien, en er geen opbrengst aan de wijnstokken zijn, de vrucht van de olijfboom teleurstellen; al zouden de akkers geen spijs opleveren, de schapen uit de kooi verdreven zijn en er geen runderen in de stallingen zijn, nochtans zal ik juichen in de Here, jubelen in de God van mijn heil. | Al zal de vijgenboom niet in bloei staan en er geen vrucht aan de wijnstok zijn, al zal de opbrengst van de olijfboom tegenvallen en zullen de velden geen voedsel voortbrengen, al zal het kleinvee uit de kooi verdwenen zijn en er geen rund in de stallen over zijn – ik zal dan toch in de HEERE van vreugde opspringen, mij verheugen in de God van mijn heil. |
Maar ik tel mijn leven niet en acht het niet kostbaar voor mijzelf, als ik slechts mijn loopbaan mag ten einde brengen en de bediening, die ik van de Here Jezus ontvangen heb om het evangelie der genade Gods te betuigen. | Maar ik maak mij nergens zorgen over, en ook acht ik mijn leven niet kostbaar voor mijzelf, opdat ik mijn loop met blijdschap mag volbrengen, evenals de bediening die ik van de Heere Jezus ontvangen heb om te getuigen van het Evangelie van Gods genade. |
Gerelateerde onderwerpen
Vreugde
Verblijdt u te allen...
Geest
De Here nu is...
Vrucht dragen
Gezegend is de man...
Voedsel
Omdat Hij de dorstende...
Oogst
Hij nu, die zaad...
Wijn
Welaan dan, eet uw...
Bijbeltekst van de dag
En dit evangelie van het Koninkrijk zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken, en dan zal het einde gekomen zijn.Willekeurige Bijbeltekst
Hij geneest de verbrokenen van harten verbindt hun wonden.Volgende tekst!Met afbeelding