Want Ik verkwik de vermoeide ziel, elke versmachtende ziel verzadig Ik.
Iedereen die dorst heeft, zal ik te drinken geven. Iedereen die geen kracht meer heeft, maak ik weer sterk.
Want Ik heb de vermoeide ziel te drinken gegeven en elke treurig geworden ziel heb Ik met voedsel vervuld.
Want de mensen die moe zijn, vul Ik met nieuwe kracht. De mensen die bedroefd waren, geef Ik nieuwe blijdschap.
Gerelateerde onderwerpen
Veiligheid
Maar wèl getrouw is...
Ziel
En dan zult gij...
Liefde
De liefde is lankmoedig...
Hoop
Want Ik weet, welke...
Geloof
Daarom zeg Ik u...
Familie
Wat ik u heden...