Bijbelteksten over 'Gehoorzamen'
En doordat Hij volmaakt gehoorzaam was, kunnen de mensen die Hem gehoorzamen het eeuwige leven krijgen. | En toen Hij het einde had bereikt, is Hij voor allen, die Hem gehoorzamen, een oorzaak van eeuwig heil geworden. |
Ik haast me om U te gehoorzamen. Ik aarzel geen moment. | Ik haast mij en aarzel niet om uw geboden te onderhouden. |
Ik verlang met mijn hele hart naar U. Help me om U te gehoorzamen. | Ik zoek U met mijn ganse hart, laat mij niet van uw geboden afdwalen. |
Heer, leer me hoe ik moet leven. Ik zal doen wat U zegt. Help me om U altijd te gehoorzamen. | Leer mij, Here, uw weg, opdat ik in uw waarheid wandele; verenig mijn hart om uw naam te vrezen. |
Heer, U bent goed voor de mensen die U gehoorzamen. Omdat U van hen houdt, beschermt U hen als een schild. | Want Gij zegent de rechtvaardige, o Here, Gij omgeeft hem met welbehagen als met een schild. |
Maar wees er niet blij over dat de duivelse geesten jullie gehoorzamen. Wees er liever blij over dat jullie naam staat opgeschreven in de hemel. | Evenwel, verheugt u niet hierover, dat de geesten zich aan u onderwerpen, maar verheugt u, dat uw namen staan opgetekend in de hemelen. |
De wetten van de Heer zijn een zegen voor de mensen die ze gehoorzamen. Maar voor slechte mensen betekenen ze ellende. | De weg des Heren is een beschutting voor de oprechten, maar onheil voor de bedrijvers van ongerechtigheid. |
Laat zien dat jullie spijt hebben en de Heer willen gaan gehoorzamen. Dan zal Hij ervoor zorgen dat het weer goed met jullie gaat. | Vernedert u voor de Here, en Hij zal u verhogen. |
Jozua zei: "Doe dan nu alle afgoden weg die jullie nog hebben. Verlang er met je hele hart naar om de Heer te gehoorzamen, de God van Israël." | Nu dan, doet de vreemde goden weg, die in uw midden zijn, en neigt uw harten tot de Here, de God van Israël. |
Let er dus op, broeders en zusters, dat niemand van jullie besluit om de levende God niet langer te gehoorzamen. Want zo iemand is koppig en ongelovig. | Ziet toe, broeders, dat bij niemand uwer een boos, ongelovig hart zij, door af te vallen van de levende God. |
Niet iedereen die tegen Mij zegt: 'Heer, Heer,' zal het Koninkrijk van God binnengaan. Alleen de mensen die mijn hemelse Vader willen gehoorzamen, mogen binnen komen. | Niet een ieder, die tot Mij zegt: Here, Here, zal het Koninkrijk der hemelen binnengaan, maar wie doet de wil mijns Vaders, die in de hemelen is. |
Dus als we zeggen dat we één met Hem zijn, maar zelf in het donker leven omdat we Hem niet willen gehoorzamen, dan liegen we. Dan leven we niet vanuit Gods waarheid. | Indien wij zeggen, dat wij gemeenschap met Hem hebben en in de duisternis wandelen, dan liegen wij en doen de waarheid niet. |
Maar de Heer is voor eeuwig liefdevol voor de mensen die ontzag voor Hem hebben. Dat is Hij ook voor hun kinderen. Hij is goed voor de mensen die zich aan zijn verbond houden en Hem gehoorzamen. | Maar de goedertierenheid des Heren is van eeuwigheid tot eeuwigheid over wie Hem vrezen, en zijn gerechtigheid over kindskinderen, over hen die zijn verbond onderhouden, en aan zijn bevelen denken om die te doen. |
Zeg tegen de slaven dat ze hun meesters in alles moeten gehoorzamen. Ze moeten hen trouw dienen, zonder tegenspreken. Ze mogen niets stelen, maar moeten laten zien dat ze te vertrouwen zijn. Zo laten ze in alles zien hoe goed het woord van God onze Redder is. | De slaven moeten hun meesters onderdanig zijn in alles, het hun naar de zin maken zonder tegenspraak, of oneerlijkheid, maar alle goede trouw bewijzen, om de leer van God, onze Heiland, in alles tot sieraad te strekken. |
Hij zei tegen hen: "Ik wil zien of jullie je best zullen doen om te leven zoals Ik het wil. Als jullie doen wat Ik zeg en gehoorzamen aan mijn wetten en leefregels, zal Ik ervoor zorgen dat jullie niet getroffen zullen worden door één van de ziekten die over de Egyptenaren kwamen. Want Ik, de Heer, ben jullie Genezer." | Indien gij aandachtig luistert naar de stem van de Here, uw God, en doet wat recht is in zijn ogen, en uw oor neigt tot zijn geboden en al zijn inzettingen onderhoudt, zal Ik u geen enkele van de kwalen opleggen, die Ik de Egyptenaren opgelegd heb; want Ik, de Here, ben uw Heelmeester. |
Mensen die zich door hun 'ik' laten leiden, doen precies het tegenovergestelde van wat God wil. Ze gedragen zich als vijanden van God. Want ze gehoorzamen niet aan de wet van God. Dat kunnen ze ook niet. Daarom geniet God niet van zulke mensen. | Zij, die in het vlees zijn, kunnen Gode niet behagen. |
Jullie willen niet naar Mij luisteren. Jullie willen geen ontzag voor Mij hebben. Daarom zal Ik jullie vervloeken, zegt de Heer van de hemelse legers. Ik zal jullie niet langer zegenen. Ik zal jullie vervloeken. Ja, Ik héb jullie al vervloekt. Want jullie willen Mij niet gehoorzamen. | Indien gij niet hoort, en indien gij het niet ter harte neemt mijn naam eer te geven, zegt de Here der heerscharen, dan zal Ik onder u een vloek zenden en uw zegeningen in vloek verkeren; ja, Ik heb ze reeds in vloek verkeerd, omdat gij het niet ter harte genomen hebt. |
Dit zegt de Hoogverheven God, die voor eeuwig op de troon zit. Ik ben de Heilige God. Ik woon in de hoge, heilige hemel. Ik woon óók bij de mensen die nederig begrijpen dat ze Mij nodig hebben. Bij de mensen die bij Mij terugkomen en Mij voortaan van harte willen gehoorzamen. Hun zal Ik nieuw leven geven. | Want zo zegt de Hoge en Verhevene, die in eeuwigheid troont en wiens naam de Heilige is: In den hoge en in het heilige woon Ik en bij de verbrijzelde en nederige van geest, om de geest der nederigen en het hart der verbrijzelden te doen opleven. |
Maar ook nu nog zegt de Heer: "Kom terug bij Mij! Dien Mij met je hele hart. Laat zien dat jullie werkelijk spijt hebben van alles waarin jullie Mij ongehoorzaam zijn geweest." | Maar ook nu nog luidt het woord des Heren: Bekeert u tot Mij met uw ganse hart, en met vasten en met geween en met rouwklacht. |
Dát is waar wij samen met de Heilige Geest over spreken. Want God heeft de Heilige Geest gegeven aan de mensen die Hem gehoorzaam zijn. | En wij zijn getuigen van deze dingen en ook de heilige Geest, die God hun gegeven heeft, die Hem gehoorzaam zijn. |
Wie in de Zoon gelooft, heeft het eeuwige leven. Maar wie niet gehoorzaam is aan de Zoon, zal niet eeuwig leven. Hij blijft schuldig en God moet hem straffen. | Wie in de Zoon gelooft, heeft eeuwig leven; doch wie aan de Zoon ongehoorzaam is, zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem. |
Volg alleen jullie Heer God en heb diep ontzag voor Hem. Houd je aan zijn wetten. Gehoorzaam Hem, dien Hem en wees trouw aan Hem. | De Here, uw God, zult gij volgen, Hem vrezen, zijn geboden houden en naar zijn stem luisteren: Hem zult gij dienen en aanhangen. |
Want we zijn wel gewone mensen die in deze wereld leven, maar we gebruiken geen menselijke wapens. | Want al leven wij in het vlees, wij trekken niet ten strijde naar het vlees. |
Gerelateerde onderwerpen
Gehoorzaamheid
Jezus antwoordde hem: "Iemand...
Wet
Bewaar in je hart...
Hart
Bewaak je hart beter...
Redding
Niemand anders dan Hij...
Eeuwig leven
En Ik geef hun...
Rechtvaardigheid
Als je probeert om...