Want zo hoog als de hemel is, zó groot is uw liefde. Uw trouw komt tot aan de hoogste wolken. | Heer, uw liefde is zo groot als de wereld, uw trouw is zo hoog als de hemel. |
Al deze kennis komt van de Heer van de hemelse legers. Gods wijsheid is groot. Zijn plannen zijn wijs. Met alles wat God doet heeft Hij een plan. | Ook dat weet de boer omdat de machtige Heer het hem geleerd heeft. Niemand is zo wijs als de Heer. Hij heeft voor alles een plan. |
U bent geweldig. U verdient het te worden geprezen. U bent zó machtig, het is niet te begrijpen. | Heer, u bent machtig. Laat iedereen voor u zingen, want uw macht is oneindig groot. |
Als iemand rijk en machtig is, heeft U hem dat gegeven. Want U heerst over alles. U bent oppermachtig. U kan mensen groot en machtig maken. | U kunt mensen rijk en beroemd maken. U heerst over alles, want u hebt alle macht. U beslist wie sterk en machtig worden. |
Jullie zijn wel slecht voor mij geweest, maar God heeft dat gebruikt voor iets goeds. Want Hij had daar een plan mee. Hij wilde zo een groot volk redden van de dood. | Jullie hebben mij heel slecht behandeld, maar God heeft het goedgemaakt. Hij heeft ervoor gezorgd dat een heel volk kon blijven leven. |
Wij kunnen de Almachtige God niet zien en niet begrijpen. Hij is machtig en rechtvaardig. | God is een goede rechter, hij onderdrukt mensen niet. Hij is heel machtig, niemand kan dicht bij hem komen. |
Want U bent groot en machtig. U bent een machtig Koning. Alles in de hemel en op de aarde is van U. U bent de allerhoogste Koning. | U bent geweldig en machtig. U hebt alle macht, alle eer en alle kracht. Heer, u bent koning van de hele aarde, en u heerst over de hemel. Alles is van u! |
Wat zijn Gods wijsheid en kennis toch onbegrijpelijk groot! Wat is het moeilijk om zijn plannen te begrijpen en zijn daden uit te leggen! | Zo geweldig is Gods wijsheid! Zo bijzonder zijn Gods beslissingen! Voor mensen zijn ze onbegrijpelijk, ongelofelijk, onvoorstelbaar. |
U bent geweldig, Heer! Uit alles wat we zelf hebben gehoord weten we zeker: niemand is als U. Er is geen andere God dan U. | U bent machtig, Heer, mijn God. Er is niemand zoals u. Er bestaat geen andere god. Alles wat we over u gehoord hebben, is waar. |
Maar U heeft geweldige dingen klaarliggen voor de mensen die ontzag voor U hebben en die op U vertrouwen. Iedereen zal het zien! | Mensen die u willen dienen, mensen die bij u bescherming zoeken, die maakt u gelukkig. De hele wereld zal het zien! |
Geduld is een teken van wijsheid. Iemand die snel kwaad wordt, laat daarmee zien dat hij een dwaas is. | Als je geduldig bent, ben je wijs, maar als je snel boos wordt, ben je dom. |
Maar de Heer zei tegen Samuel: "Let er niet op hoe hij er uitziet. Let er ook niet op dat hij zo groot is. Want hem heb Ik niet uitgekozen. Het gaat immers niet om wat je ziet. Want een mens kijkt hoe de buitenkant is, maar Ik kijk hoe hij innerlijk is." | Maar de Heer zei tegen Samuel: ‘Let niet op zijn uiterlijk. Kijk niet hoe groot hij is. Ik heb hem niet uitgekozen. Wat je van buiten ziet, is niet belangrijk. Daar kijken mensen altijd het eerst naar, maar ik let erop hoe een mens van binnen is.’ |
Dankzij Gods eindeloze goedheid zijn we niet allemaal gestorven. Elke morgen is Hij opnieuw goed voor ons! U bent zo trouw! | De Heer is goed voor zijn volk, we leven nog! Zijn liefde blijft altijd bestaan. Zijn trouw is groot. Hij zorgt voor ons, elke dag weer. |
Vertel het daarom aan iemand als je ongehoorzaam aan God bent geweest, en bid voor elkaar. Want dan kunnen jullie genezen worden. Als iemand leeft zoals God het wil, heeft zijn gebed veel kracht en dus groot resultaat. | Vertel elkaar wat je verkeerd gedaan hebt. En bid voor elkaar. Dan zullen jullie gered worden. Want als goede en eerlijke mensen tot God bidden en hem om iets vragen, zullen ze het zeker krijgen. |
Kijk eens hoe ontzettend veel de Vader van ons houdt: Hij noemt ons 'kinderen van God.' De mensen die niet geloven, begrijpen ons niet. Dat komt omdat ze Hem niet kennen. | Bedenk hoeveel de Vader van ons houdt! Zijn liefde voor ons is zo groot, dat hij ons zijn kinderen noemt. En dat zijn we ook. Maar de mensen die bij de wereld horen, begrijpen niet dat wij Gods kinderen zijn. Dat komt doordat ze God niet kennen. |
Maar zo moet het bij jullie niet zijn. Als je geëerd wil worden, dien dan de anderen. En als je de belangrijkste wil zijn, doe dan slavenwerk voor de anderen. | Maar zo mag het bij jullie niet gaan. Als je de belangrijkste wilt zijn, moet je de anderen dienen. Als je de voornaamste wilt zijn, moet je de anderen dienen zoals een slaaf doet. |
En ik zag de doden, belangrijke en gewone mensen, klein en groot, voor God staan. En er werden boeken opengedaan. En er werd nog een ander boek opengedaan: het Boek van het Leven. En de doden werden geoordeeld naar wat er in de boeken over hen stond opgeschreven. Alles wat ze hadden gedaan, stond er in. Alle doden kwamen tevoorschijn: uit de zee, uit de dood en uit het dodenrijk. Ze werden allemaal geoordeeld, iedereen naar wat hij had gedaan. | Voor de troon van God stonden alle mensen die gestorven waren, belangrijke en onbelangrijke mensen. Ze waren teruggehaald uit het land van de dood. Ook de zee had de mensen teruggegeven die verdronken waren. Er werden boeken opengedaan waarin de goede en slechte daden van mensen opgeschreven stonden. En alle doden werden beoordeeld op hun daden. Ook het boek van het leven werd geopend. |
Vandaag zeg ik jullie: houd van jullie Heer God, leef zoals Hij het wil en houd je aan zijn wetten en leefregels. Dan zal het goed met jullie gaan en zullen jullie een groot volk worden. Dan zal de Heer God jullie zegenen in het land dat jullie gaan veroveren. | Vandaag heb ik jullie de wetten en regels gegeven van de Heer, jullie God. Ik heb gezegd dat jullie je daaraan moeten houden. Jullie moeten doen wat de Heer vraagt. En jullie moeten hem liefhebben. Als jullie dat doen, dan kiezen jullie voor het leven. Dan zullen jullie een goed leven hebben, en veel kinderen krijgen. De Heer, je God, zal jullie rijk en gelukkig maken in het land dat jullie in bezit gaan nemen. |
Hij zei tegen hen: "Doordat jullie geen geloof hadden. Want luister goed! Ik zeg jullie: je geloof hoeft maar zo groot te zijn als een mosterdzaadje. Als je dan tegen deze berg zou zeggen: 'Ga van hier naar daar,' dan zal hij daarheen gaan. En niets zal onmogelijk voor je zijn." | Jezus antwoordde: ‘Dat komt doordat jullie geloof te klein is. Luister goed naar mijn woorden: Zelfs als je geloof maar zo klein is als een mosterdzaadje, is alles mogelijk. Als je dan tegen een berg zegt: ‘Ga eens opzij,’ dan gaat die berg opzij.’ |
De Heer is vol liefde. Hij vergeeft ons altijd graag wat we verkeerd deden. Hij is geduldig en liefdevol. | De Heer is goed, hij vergeeft ons. Geduldig en vol liefde is hij. |
De Heer is heel geduldig, maar ook heel machtig. Hij laat geen kwaad ongestraft. Waar Hij gaat, stormt een orkaan. De wolken zijn het stof rond zijn voeten. | De Heer is heel sterk. Hij is geduldig, hij straft niet snel. Maar als mensen schuldig zijn, worden ze gestraft. Overal waar de Heer komt, begint het te stormen. Waar hij loopt, ontstaan wolken. |
De mensen die van uw wet houden, hebben vrede. Hun kan niets gebeuren. | Mensen die uw wet liefhebben, vinden vrede en geluk. Het gaat altijd goed met hen. |
Want U bent goed, Heer, en U wil graag vergeven. U bent goed en vriendelijk voor alle mensen die U aanbidden. | U bent goed en vol liefde, u vergeeft mensen die tot u bidden. |
Het past niet bij een dwaas mens om wijze dingen te zeggen. Nog minder past het bij een oprecht mens om te liegen. | Het is vreemd als dwaze mensen mooie woorden spreken, maar het is nog vreemder als goede mensen liegen. |
Als je gastvrij bent voor een kind omdat je Mij gelooft, ben je eigenlijk gastvrij voor Mij. En als je gastvrij bent voor Mij, ben je ook gastvrij voor Hem die Mij heeft gestuurd. Want als je jezelf onbelangrijk vindt en een ander dient, ben je het belangrijkst. | Toen zei hij: ‘Als je bij mij hoort, dan moet je juist voor de minst belangrijke mensen aandacht hebben. Zoals voor zo’n kind. Want wat je voor de minst belangrijke mensen doet, dat doe je voor mij. En wat je voor mij doet, dat doe je ook voor God, die mij gestuurd heeft. Weet je wie van jullie echt belangrijk is? Dat is degene die zichzelf het minst belangrijk vindt.’ |