Ik heb mij gehaast en niet geaarzeld Uw geboden in acht te nemen. | Ik haast me om U te gehoorzamen. Ik aarzel geen moment. |
Keer terug en zeg tegen Hizkia, de vorst van Mijn volk: Dit zegt de HEERE, de God van uw vader David: Ik heb uw gebed gehoord, Ik heb uw tranen gezien. Zie, Ik ga u gezond maken; op de derde dag zult u naar het huis van de HEERE gaan. | Ga terug en zeg tegen Hizkia, de koning van mijn volk: Dit zegt de Heer, de God van uw voorvader David: Ik heb uw gebed gehoord en uw tranen gezien. Ik zal u genezen. Over drie dagen zult u naar de tempel van de Heer gaan. |
Verder maak ik u bekend, broeders, het Evangelie, dat ik u verkondigd heb, dat u ook aangenomen hebt, waarin u ook staat, waardoor u ook zalig wordt, als u eraan vasthoudt zoals ik het u verkondigd heb, tenzij dat u tevergeefs geloofd hebt. | Broeders en zusters, ik wil jullie herinneren aan het goede nieuws dat ik jullie heb verteld. Jullie hebben het geloofd en het is de basis van jullie leven geworden. Jullie zijn door dat goede nieuws ook gered. Maar jullie moeten het wel precies zó blijven geloven als ik het jullie heb verteld. Anders zijn jullie voor niets tot geloof gekomen. |
U bent mijn schuilplaats en mijn schild, op Uw woord heb ik gehoopt. | Bij U ben ik veilig, U beschermt mij als een schild. Ik verwacht alles van uw woord. |
En zie, een stem uit de hemelen zei: Dit is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn welbehagen heb! | En een stem uit de hemel zei: "Dit is mijn Zoon. Ik houd heel veel van Hem. Ik geniet van Hem." |
Heb elkaar hartelijk lief met broederlijke liefde. Ga elkaar voor in eerbetoon. | Houd als broeders en zusters van elkaar. Laat elkaar zien dat je respect voor elkaar hebt. Wees daarin een voorbeeld voor elkaar. |
Niet u hebt Mij uitverkoren, maar Ik heb u uitverkoren, en Ik heb u ertoe bestemd dat u zou heengaan en vrucht dragen, en dat uw vrucht zou blijven, opdat wat u ook maar van de Vader vraagt in Mijn Naam, Hij u dat geeft. | Het is niet zo dat jullie Míj hebben uitgekozen. Ik heb júllie uitgekozen en aangewezen. En Ik wil dat jullie op pad gaan en dat er vrucht aan jullie zal groeien. Vrucht die blíjft. Dan zal de Vader jullie alles geven wat jullie Hem bidden omdat jullie bij Mij horen. |
En Ik heb hun Uw Naam bekendgemaakt, en zal die bekendmaken, opdat de liefde waarmee U Mij hebt liefgehad, in hen is, en Ik in hen. | Ik heb hun laten zien wie U bent. En Ik zal U nog verder bekend maken. Zo zal dezelfde grote liefde die U voor Mij heeft, ook in hen zijn. En Ik zal één met hen zijn. |
Laat de liefde ongeveinsd zijn. Heb een afkeer van het kwade en houd vast aan het goede. | Jullie liefde moet écht zijn. Heb dus een hekel aan het kwaad en doe je best om te doen wat goed is. |
Tot uw ouderdom toe zal Ik Dezelfde zijn, ja, tot uw grijsheid toe zal Ík u dragen; Ík heb het gedaan en Ík zal u opnemen, Ík zal dragen en redden. | En Ik blijf jullie dragen totdat jullie oud en grijs geworden zijn. Want Ik ben altijd Dezelfde en Ik verander niet. Ik heb jullie gedragen en Ik zal jullie blijven dragen. Ik zal jullie optillen, dragen en redden. |
Maar heb voor alles vurige liefde voor elkaar, want de liefde zal een menigte van zonden bedekken. | Maar het belangrijkste is dat jullie als broeders en zusters veel van elkaar houden. Want de liefde vergeeft wat jullie verkeerd tegen elkaar doen. |
Ik heb de HEERE lief, want Hij hoort mijn stem, mijn smeekbeden. Want Hij neigt Zijn oor tot mij, daarom zal ik Hem al mijn dagen aanroepen. | Ik houd van de Heer, want Hij luistert naar mij. Hij luistert als ik Hem om hulp roep. Hij luistert naar mij. Daarom zal ik mijn leven lang Hem altijd om hulp vragen. |
Deze dingen heb Ik tot u gesproken, opdat Mijn blijdschap in u zal blijven en uw blijdschap volkomen zal worden. | Ik zeg dit tegen jullie, zodat mijn blijdschap in jullie kan zijn en jullie blijdschap volmaakt zal zijn. |
Zo immers heeft de Heere ons geboden: Ik heb u tot een licht voor de heidenen gesteld, opdat u tot zaligheid zou zijn tot aan het uiterste van de aarde. | Want de Heer heeft ons bevolen: 'Ik heb jullie gemaakt tot een licht voor de niet-Joodse volken. Zo zullen jullie redding brengen over de hele wereld.' |
Ik heb de HEERE gezocht en Hij heeft mij geantwoord, en mij gered uit al wat ik vrees. | Ik riep tot de Heer en Hij antwoordde mij. Steeds als ik bang was, heeft Hij mij gered. |
Ik zal U loven met een oprecht hart, wanneer ik Uw rechtvaardige bepalingen geleerd heb. | Ik prijs U uit het diepst van mijn hart als ik zie hoe goed uw wetten zijn. |
Heb Ik het u niet geboden? Wees sterk en moedig, schrik niet en wees niet ontsteld, want de HEERE, uw God, is met u, overal waar u heen gaat. | Vergeet niet wat Ik tegen je heb gezegd: 'Wees vastberaden en vol vertrouwen!' Wees dus nooit bang. Want Ik, je Heer God, ben met je, waar je ook gaat. |
Als u Mijn geboden in acht neemt, zult u in Mijn liefde blijven, zoals Ik de geboden van Mijn Vader in acht genomen heb en in Zijn liefde blijf. | Als jullie doen wat Ik zeg, zullen jullie vol van mijn liefde zijn. Net zoals Ik doe wat de Vader Mij heeft gezegd. Daardoor ben Ik vol van zijn liefde. |
En terwijl zij de Heere dienden en vastten, zei de Heilige Geest: Zonder voor Mij zowel Barnabas als Saulus af voor het werk waartoe Ik hen geroepen heb. | Op een dag, toen zij zonder te eten de hele dag aan het bidden waren, zei de Heilige Geest tegen hen: "Ik heb een speciale taak voor Barnabas en Saulus." |
Ten slotte, wees allen eensgezind, vol medeleven, heb de broeders lief, wees barmhartig en vriendelijk. | Tenslotte: wees één met elkaar en wees zorgzaam voor elkaar. Houd van de broeders en zusters en wees vriendelijk en bescheiden. |
Maar de Trooster, de Heilige Geest, Die de Vader zenden zal in Mijn Naam, Die zal u in alles onderwijzen en u in herinnering brengen alles wat Ik u gezegd heb. | Omdat jullie bij Mij horen, zal de Vader jullie straks de Helper sturen. Hij is de Heilige Geest. Hij zal jullie alles leren en alles helpen herinneren wat Ik tegen jullie heb gezegd. |
Mijn ziel, u hebt tegen de HEERE gezegd: U bent de Heere; mijn goedheid is niet voor U. | Heer, ik heb tegen U gezegd: "U bent mijn Heer. Niemand is zó belangrijk voor mij als U." |
Ik heb geen grotere blijdschap dan hierover dat ik hoor dat mijn kinderen in de waarheid wandelen. | Niets maakt mij blijer dan wanneer ik hoor dat mijn kinderen vanuit de waarheid leven. |
Deze dingen heb ik geschreven aan u die gelooft in de Naam van de Zoon van God, opdat u weet dat u het eeuwige leven hebt en opdat u gelooft in de Naam van de Zoon van God. | Jullie geloven in de Zoon van God. Daarom schrijf ik jullie dit, zodat jullie zeker zullen weten dat jullie het eeuwige leven hebben. |
De HEERE zei tegen Mozes: Klim naar boven, naar Mij toe, de berg op, en blijf daar. Dan zal Ik u de stenen tafelen geven, de wet en de geboden, die Ik opgeschreven heb om hun te onderwijzen. | De Heer zei tegen Mozes: "Kom naar Mij toe op de top van de berg en blijf daar. Ik zal je twee platte stenen geven waarop Ik de wetten en leefregels van mijn verbond heb geschreven. Jij moet het volk die wetten en leefregels leren." |
Gerelateerde onderwerpen
Jezus
Maar Jezus keek hen...
Liefde
De liefde is geduldig...
Wet
Deze woorden, die ik...
Bidden
Verblijd u altijd. Bid...
Aanbidding
HEERE, U bent mijn...
Gehoorzaamheid
Jezus antwoordde en zei...