Wat liefde is, hebben we geleerd van Hem die zijn leven voor ons gegeven heeft. Daarom horen ook wij ons leven te geven voor onze broeders en zusters. | Hieraan hebben wij de liefde leren kennen, dat Hij zijn leven voor ons heeft ingezet; ook wij behoren dan voor de broeders ons leven in te zetten. |
Als uw mond belijdt dat Jezus de Heer is en uw hart gelooft dat God Hem uit de dood heeft opgewekt, zult u worden gered. | Want indien gij met uw mond belijdt, dat Jezus Heer is, en met uw hart gelooft, dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult gij behouden worden. |
De HEER opent de ogen van blinden, de HEER richt de gebogenen op, de HEER heeft de rechtvaardigen lief. | De Here maakt de blinden ziende, de Here richt de gebogenen op, de Here heeft de rechtvaardigen lief. |
Hij heeft recht en gerechtigheid lief, van de trouw van de HEER is de aarde vervuld. | Hij heeft gerechtigheid en recht lief, de aarde is vol van de goedertierenheid des Heren. |
Hij die in de hemel zijn verheven verblijf heeft gebouwd, Hij die het hemelgewelf op de aarde laat rusten, Hij die het water van de zee bijeenroept en het uitstort over de aarde – zijn naam is HEER. | Die in de hemel zijn opperzalen heeft gebouwd en zijn gewelf op aarde heeft gegrondvest, die het water der zee heeft opgeroepen en uitgegoten over de oppervlakte der aarde – Here is zijn naam. |
God heeft zijn Zoon niet naar de wereld gestuurd om een oordeel over haar te vellen, maar om de wereld door Hem te redden. | Want God heeft zijn Zoon niet in de wereld gezonden, opdat Hij de wereld veroordele, maar opdat de wereld door Hem behouden worde. |
Christus heeft ons bevrijd opdat wij in vrijheid zouden leven; houd dus stand en laat u niet opnieuw een slavenjuk opleggen. | Opdat wij waarlijk vrij zouden zijn, heeft Christus ons vrijgemaakt. Houdt dus stand en laat u niet weder een slavenjuk opleggen. |
Maar omdat God zo barmhartig is en de liefde die Hij voor ons heeft opgevat zo groot, heeft Hij ons, terwijl wij allen dood waren door onze zonden, samen met Christus levend gemaakt. Door genade bent u gered! | God echter, die rijk is aan erbarming, heeft, om zijn grote liefde, waarmede Hij ons heeft liefgehad, ons, hoewel wij dood waren door de overtredingen mede levend gemaakt met Christus, – door genade zijt gij behouden –. |
Ter wille van ons heeft God Hem die de zonde niet kende één gemaakt met de zonde, zodat wij in Hem rechtvaardig voor God konden worden. | Hem, die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid Gods in Hem. |
Aan ons heeft God dit geopenbaard, door de Geest, want de Geest doorgrondt alles, ook de diepten van God. | Want óns heeft God het geopenbaard door de Geest. Want de Geest doorzoekt alle dingen, zelfs de diepten Gods. |
Ik sla mijn ogen op naar de bergen. Van waar komt mijn hulp? Mijn hulp komt van de HEER, die hemel en aarde gemaakt heeft. | Ik hef mijn ogen op naar de bergen: vanwaar zal mijn hulp komen? Mijn hulp is van de Here, die hemel en aarde gemaakt heeft. |
Maar wij zegevieren in dit alles glansrijk dankzij Hem die ons zijn liefde heeft bewezen. | Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem, die ons heeft liefgehad. |
God heeft zijn dienaar allereerst voor u laten opstaan en Hem naar u gezonden om ieder van u die zich afkeert van zijn slechte daden te zegenen. | God heeft in de eerste plaats voor u zijn Knecht doen opstaan en Hem tot u gezonden, om u te zegenen, door een ieder uwer af te brengen van zijn boosheden. |
De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te geven. | De Geest des Heren is op Mij, daarom, dat Hij Mij gezalfd heeft, om aan armen het evangelie te brengen; en Hij heeft Mij gezonden om aan gevangenen loslating te verkondigen en aan blinden het gezicht, om verbrokenen heen te zenden in vrijheid. |
Jezus zei tegen hem: ‘Ga heen, uw geloof heeft u gered.’ En meteen kon hij zien en hij volgde Hem op zijn weg. | En Jezus zeide tot hem: Ga heen, uw geloof heeft u behouden. En terstond werd hij ziende en volgde Hem op de weg. |
Niemand heeft God ooit gezien. Maar als we elkaar liefhebben, blijft God in ons en is zijn liefde in ons tot volmaaktheid gekomen. | Niemand heeft ooit God aanschouwd; indien wij elkander liefhebben, blijft God in ons en zijn liefde is in ons volmaakt geworden. |
En hierin is Gods liefde ons geopenbaard: God heeft zijn enige Zoon in de wereld gezonden, opdat we door Hem zouden leven. | Hierin is de liefde Gods jegens ons geopenbaard, dat God zijn eniggeboren Zoon gezonden heeft in de wereld, opdat wij zouden leven door Hem. |
Jullie hadden kwaad tegen mij in de zin, maar God heeft dat ten goede gekeerd, om te bewerken wat er nu gebeurt: dat een groot volk in leven blijft. | Gij hebt wel kwaad tegen mij gedacht, maar God heeft dat ten goede gedacht, ten einde te doen, zoals heden het geval is: een groot volk in het leven te behouden. |
Leef de geboden, de bepalingen en de wetten die de HEER, uw God, u heeft voorgehouden, zorgvuldig na. | Gij zult nauwgezet de geboden van de Here, uw God, onderhouden en de getuigenissen en de inzettingen, die Hij u opgelegd heeft. |
Wie heeft dat tot stand gebracht? Wie roept de generaties vanaf het begin? Ik, de HEER, Ik was de eerste en ook bij de laatsten zal Ik zijn. | Wie heeft dit bewerkt en tot stand gebracht? Hij, die de geslachten van de aanvang af heeft geroepen; Ik, de Here, die de eerste ben, en bij de laatsten ben Ik dezelfde. |
Wie zijn verstand gebruikt, heeft zijn leven lief, wie zich laat leiden door inzicht, is geluk op het spoor. | Wie verstand verwerft, heeft zijn leven lief; wie inzicht bewaart, vindt geluk. |
Toen stond Job op, hij scheurde zijn kleren, schoor zijn hoofd kaal en wierp zich ter aarde. En hij zei: ‘Naakt ben ik uit de schoot van mijn moeder gekomen, naakt zal ik tot de aarde terugkeren. De HEER heeft gegeven, de HEER heeft genomen, de naam van de HEER zij geprezen.’ | Toen stond Job op, scheurde zijn mantel en schoor zijn hoofd; daarop wierp hij zich ter aarde, boog zich neer en zeide: Naakt ben ik uit de schoot mijner moeder gekomen, naakt zal ik daarheen wederkeren. De Here heeft gegeven, de Here heeft genomen, de naam des Heren zij geloofd. |
Dus: heb ontzag voor de HEER en dien Hem oprecht, met heel uw hart. U hebt immers zelf ervaren welke grootse daden Hij voor u heeft verricht. | Vreest slechts de Here en dient Hem trouw met uw ganse hart, want ziet, welke grote dingen Hij onder u gedaan heeft. |
Wie Hem wel ontvingen en in zijn naam geloven, heeft Hij het voorrecht gegeven om kinderen van God te worden. | Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die in zijn naam geloven. |
Wees elkaar niets schuldig, behalve liefde, want wie de ander liefheeft, heeft de wet vervuld. | Zijt niemand iets schuldig dan elkander lief te hebben; want wie de ander liefheeft, heeft de wet vervuld. |