Ik strek mijn handen naar U uit, dorstig als droge aarde. sela | Ik spreid mijn handen naar U uit, mijn ziel ligt voor U als een dorstig land. Sela |
Ik laat jullie vrede na; mijn vrede geef Ik jullie, zoals de wereld die niet geven kan. Maak je niet ongerust en verlies de moed niet. | Vrede laat Ik u, Mijn vrede geef Ik u; niet zoals de wereld die geeft, geef Ik die u. Laat uw hart niet in beroering raken en niet bevreesd worden. |
Staak de strijd, en erken dat Ik God ben, verheven boven de volken, verheven boven de aarde. | Geef het op en weet dat Ik God ben; Ik zal geroemd worden onder de heidenvolken, Ik zal geroemd worden op de aarde. |
Jezus zei: ‘Wat Ik onderwijs heb Ik niet van mijzelf, maar van Hem die Mij gezonden heeft.’ | Jezus antwoordde hun en zei: Mijn onderricht is niet van Mij, maar van Hem Die Mij gezonden heeft. |
De HEER is mijn kracht en mijn schild, op Hem vertrouwde mijn hart, ik werd geholpen en mijn hart jubelde, Hem wil ik loven in mijn lied. | De HEERE is mijn kracht en mijn schild; op Hem heeft mijn hart vertrouwd en ik ben geholpen. Daarom springt mijn hart op van vreugde en zal ik Hem met mijn lied loven. |
Mijn gebod is dat jullie elkaar liefhebben zoals Ik jullie heb liefgehad. | Dit is Mijn gebod: dat u elkaar liefhebt, zoals Ik u liefgehad heb. |
Wees heilig omwille van Mij, want Ik, de HEER, ben heilig en Ik heb jullie van de andere volken onderscheiden om mijn volk te zijn. | U moet heilig voor Mij zijn, want Ik, de HEERE, ben heilig. Ik heb u van de volken afgezonderd om van Mij te zijn. |
Ik zeg tot de HEER: ‘U bent mijn Heer, mijn geluk, niemand gaat U te boven.’ | Mijn ziel, u hebt tegen de HEERE gezegd: U bent de Heere; mijn goedheid is niet voor U. |
Al sprak ik de talen van alle mensen en die van de engelen – had ik de liefde niet, ik zou niet meer zijn dan een dreunende gong of een schallende cimbaal. | Al zou ik de talen van de mensen en van de engelen spreken, maar ik had de liefde niet, dan zou ik klinkend koper of een schallende cimbaal zijn geworden. |
Omdat ik de arme redde die om hulp riep, en de wees die in de steek gelaten was. Ik werd gezegend door de stervende, in het hart van de weduwe bracht ik de vreugde terug. | Want ik bevrijdde de ellendige die om hulp riep, en de wees die geen helper had. De zegen van hem die verloren ging, kwam over mij; en het hart van de weduwe deed ik vrolijk zingen. |
Ik word naar twee kanten getrokken: enerzijds verlang ik ernaar te sterven en bij Christus te zijn, want dat is het allerbeste; anderzijds is het meer in uw belang dat ik blijf leven. | Want ik word door deze twee gedrongen: ik heb de begeerte om heen te gaan en bij Christus te zijn, want dat is verreweg het beste, maar in het vlees te blijven is noodzakelijker voor u. |
Roep Mij aan, en Ik zal je antwoorden, Ik zal je grote, wonderlijke dingen bekendmaken, dingen die je volkomen onbekend zijn. | Roep tot Mij, en Ik zal u antwoorden, Ik zal u grote en onbegrijpelijke dingen bekendmaken, die u niet weet. |
Ik ben tegen alles bestand door Hem die mij kracht geeft. | Alle dingen kan ik aan door Christus, Die mij kracht geeft. |
Als iemand zich verbergt, zou Ik hem dan niet zien? – spreekt de HEER. Ben Ik niet overal, in de hemel en op aarde? – spreekt de HEER. | Zou iemand zich op verborgen plaatsen kunnen verbergen en zou Ík hem niet zien? spreekt de HEERE. Vervul Ik niet de hemel en de aarde? spreekt de HEERE. |
En Ik zeg je: jij bent Petrus, en op die rots zal Ik mijn kerk bouwen; de poorten van het dodenrijk zullen haar niet overweldigen. | En Ik zeg u ook dat u Petrus bent, en op deze petra zal Ik Mijn gemeente bouwen, en de poorten van de hel zullen haar niet overweldigen. |
Ik zal jullie een nieuw hart en een nieuwe geest geven, Ik zal je versteende hart uit je lichaam halen en je er een levend hart voor in de plaats geven. | Dan zal Ik u een nieuw hart geven en een nieuwe geest in uw binnenste geven. Ik zal het hart van steen uit uw lichaam wegnemen en u een hart van vlees geven. |
Ik hecht echter geen enkele waarde aan het behoud van mijn leven, als ik mijn levenstaak maar kan voltooien en de opdracht uitvoeren die ik van de Heer Jezus ontvangen heb: getuigen van het evangelie van Gods genade. | Maar ik maak mij nergens zorgen over, en ook acht ik mijn leven niet kostbaar voor mijzelf, opdat ik mijn loop met blijdschap mag volbrengen, evenals de bediening die ik van de Heere Jezus ontvangen heb om te getuigen van het Evangelie van Gods genade. |
Toen ik dacht: Mijn voet glijdt weg, hield uw trouw mij staande, HEER. | Toen ik zei: Mijn voet wankelt, ondersteunde Uw goedertierenheid mij, HEERE. |
Mijn plan met jullie staat vast – spreekt de HEER: Ik heb jullie geluk voor ogen, niet jullie ongeluk; Ik zal je een hoopvolle toekomst geven. | Ik immers, Ik ken de gedachten die Ik over u koester, spreekt de HEERE. Het zijn gedachten van vrede en niet van kwaad, namelijk om u toekomst en hoop te geven. |
Ik vraag aan de HEER één ding, het enige wat ik verlang: wonen in het huis van de HEER alle dagen van mijn leven, om de liefde van de HEER te aanschouwen, Hem te ontmoeten in zijn tempel. | Eén ding heb ik van de HEERE verlangd, dát zal ik zoeken: dat ik wonen mag in het huis van de HEERE, al de dagen van mijn leven, om de lieflijkheid van de HEERE te aanschouwen en te onderzoeken in Zijn tempel. |
In het huis van mijn Vader zijn veel kamers; zou Ik anders gezegd hebben dat Ik een plaats voor jullie gereed zal maken? | In het huis van Mijn Vader zijn veel woningen; als dat niet zo was, zou Ik het u gezegd hebben. Ik ga heen om een plaats voor u gereed te maken. |
Houd je aan mijn voorschriften en leef ze na. Ik ben de HEER. | U moet Mijn geboden in acht nemen en ze houden. Ik ben de HEERE. |
Maar ik – ik wil me op niets anders laten voorstaan dan op het kruis van onze Heer Jezus Christus, waardoor de wereld voor mij is gekruisigd en ik voor de wereld. | Maar ik zal mij volstrekt niet beroemen op iets anders dan op het kruis van onze Heere Jezus Christus, door Wie de wereld voor mij gekruisigd is, en ik voor de wereld. |
In mijn nood riep ik tot de HEER, ik schreeuwde naar mijn God om hulp. In zijn paleis hoorde Hij mijn stem, mijn roepen bereikte zijn oren. | In mijn nood riep ik de HEERE aan, ik riep tot mijn God; Hij hoorde mijn stem vanuit Zijn paleis, mijn hulpgeroep voor Zijn aangezicht kwam in Zijn oren. |
Kom terug, ontrouw Israël – spreekt de HEER –, dan zal Ik mijn woede laten varen, want Ik ben trouw en liefdevol, niet eeuwig duurt mijn toorn – spreekt de HEER. | Keer terug, afvallig Israël, spreekt de HEERE, Mijn aangezicht is tegenover u niet betrokken, want Ik ben goedertieren, spreekt de HEERE, Ik handhaaf Mijn toorn niet voor eeuwig. |
Bijbeltekst van de dag
Wees altijd nederig, zachtmoedig en geduldig, en verdraag elkaar uit liefde.Willekeurige Bijbeltekst
Ik geef inzicht en wijs de weg die je moet gaan.Ik geef raad, op jou rust mijn oog.Volgende tekst!Met afbeelding