Bid daarom als volgt: Onze Vader in de hemel, laat uw naam geheiligd worden, laat uw koninkrijk komen, laat uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel. | Als jullie bidden, gebruik dan deze woorden: Onze Vader in de hemel, laat iedereen u eren. Laat uw nieuwe wereld komen. Laat op aarde uw wil gedaan worden, net zoals dat in de hemel gebeurt. |
Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. | Bedenk wat Jezus Christus gedaan heeft. Daaraan zien jullie hoe jullie met elkaar om moeten gaan. |
Laat u niet overwinnen door het kwade, maar overwin het kwade door het goede. | Laat je niet overwinnen door het kwaad. Maar overwin het kwaad door het goede. |
God zei: ‘Laat er licht zijn,’ en er was licht. | Toen zei God: ‘Er moet licht komen.’ En er kwam licht. |
Laat uw enthousiasme niet bekoelen, maar laat u aanvuren door de Geest en dien de Heer. | Doe dat met heel je hart, laat de heilige Geest in je werken, en dien God, de Heer. |
Wat aarzel je dan nog? Sta op, laat je dopen en je zonden wegwassen, terwijl je zijn naam aanroept. | Waarom twijfel je nog? Sta op en laat je dopen. Als je tot Jezus bidt, dan zal het water van je doop je zonden wegwassen. |
Met heel mijn hart heb ik U gezocht, laat mij niet afdwalen van uw geboden. | Met heel mijn hart zoek ik u. Help mij om te doen wat u wilt. |
Daarop zei Filippus: ‘Laat ons de Vader zien, Heer, meer verlangen we niet.’ | Filippus zei: ‘Heer, laat ons de Vader zien! Dat is voor ons voldoende.’ |
Zoek de HEER nu Hij zich laat vinden, roep Hem terwijl Hij nabij is. | Volk van Israël! Zoek de Heer, want nu kun je hem nog vinden. Roep de Heer, hij is niet ver weg. |
Verhef u boven de hemelen, God, laat uw glorie heel de aarde vervullen. | God, laat zien hoe machtig u bent, in de hemel en op aarde! |
Vergis u niet, God laat niet met zich spotten: wat een mens zaait, zal hij ook oogsten. | Pas op, je kunt God niet bedriegen. Uiteindelijk geeft hij je wat je verdient. |
De HEER zal mij altijd beschermen. HEER, uw trouw duurt eeuwig, laat het werk van uw handen niet los. | Heer, u zult me altijd beschermen. Uw trouw duurt eeuwig, Heer. Laat uw wereld niet in de steek! |
Laat die kinderen, houd ze niet tegen, want het koninkrijk van de hemel behoort toe aan wie is zoals zij. | Toen zei Jezus: ‘Laat die kinderen bij me komen. Houd ze niet tegen, want Gods nieuwe wereld is er juist voor hen.’ |
Verhef u boven de hemelen, God, laat uw glorie heel de aarde vervullen. | God, laat zien hoe machtig u bent, in de hemel en op aarde! |
Laat de goddeloze zijn slechte weg verlaten, laat de onrechtvaardige zijn snode plannen herzien. Laat hij terugkeren naar de HEER, die zich over hem zal ontfermen; laat hij terugkeren naar onze God, die hem ruimhartig zal vergeven. | Slechte mensen moeten stoppen met hun verkeerde leven, oneerlijke mensen moeten niet langer slechte plannen maken. Ze moeten terugkomen bij de Heer, onze God. Hij zal hun alles vergeven, en hij zal weer voor hen zorgen. |
Laat liever het recht stromen als water, en de gerechtigheid als een altijd voortvloeiende beek. | Zorg liever dat er weer eerlijke rechters komen. Dat moet net zo gewoon zijn als dat er water door een rivier stroomt. |
Laat jullie ja ja zijn, en jullie nee nee; wat je daaraan toevoegt komt voort uit het kwaad. | Zo moet het zijn: Zeg ja als het ja is, en zeg nee als het nee is. Al dat andere is bedacht door de duivel. |
Christus heeft ons bevrijd opdat wij in vrijheid zouden leven; houd dus stand en laat u niet opnieuw een slavenjuk opleggen. | Christus heeft ons bevrijd. Daardoor kunnen we als vrije mensen leven. Houd dus vol en laat niemand je weer slaaf maken. |
Laat iedereen u kennen als vriendelijke mensen. De Heer is nabij. | Laat iedereen merken dat jullie vriendelijk zijn. En bedenk goed: de Heer is dicht bij ons. |
Ik zeg u dus: laat u leiden door de Geest, dan zult u niet toegeven aan aardse begeerten. | Laat je leiden door de heilige Geest. Geef niet toe aan je eigen slechte verlangens. |
Wie zich laat terechtwijzen, is op weg naar een gelukkig leven, wie zich niet berispen laat, bevindt zich op een dwaalspoor. | Als je luistert naar kritiek, zul je een gelukkig leven hebben, maar als je daar niet naar luistert, loopt het verkeerd met je af. |
Alles wat u doet, moet u met liefde doen. | En behandel elkaar altijd met liefde! |
Ik laat jullie niet als wezen achter, Ik kom bij jullie terug. | Ik laat jullie niet alleen, maar ik kom terug om jullie die nieuwe helper te geven. |
Neem geen wraak, geliefde broeders en zusters, maar laat God uw wreker zijn, want er staat geschreven dat de Heer zegt: ‘Het is aan Mij om wraak te nemen, Ik zal vergelden.’ | Beste vrienden, neem geen wraak op anderen. Laat het straffen over aan God. Want in de heilige boeken zegt God: «Ik ben het die straft. Ik geef ieder mens wat hij verdient.» |
Stuur mijn gangen zoals U hebt beloofd, lever mij niet uit aan de macht van het kwaad. | Heer, zeg mij wat ik moet doen, dan hoef ik niet te twijfelen. Bescherm mij tegen het kwaad. |