Bijbelteksten over 'Mee'
Uw getuigenissen heb ik voor eeuwig in erfelijk bezit genomen, want zij zijn de vreugde van mijn hart. | Ik heb alleen maar uw woorden, en daar ben ik heel blij mee. Dat is mijn enige bezit, voor altijd. |
Neem deze woorden met u mee, bekeer u tot de HEERE. Zeg tegen Hem: Neem alle ongerechtigheid weg, neem het goede aan. Dan zullen wij de offers van onze lippen nakomen. | Zeg dat jullie spijt hebben, en keer terug naar de Heer. Zeg tegen hem: ‘Vergeef al onze misdaden en neem ons offer aan. Wij zullen geen dieren offeren, maar woorden. Woorden van dankbaarheid.’ |
Wees sterk en moedig, wees niet bevreesd en schrik niet voor hen terug, want het is de HEERE, uw God, Die met u meegaat. Hij zal u niet loslaten en u niet verlaten. | Wees sterk en dapper. Jullie hoeven echt niet bang voor hen te zijn. Want de Heer, jullie God, zal jullie helpen. Hij blijft steeds bij jullie, hij zal jullie niet in de steek laten. |
Hij leidde hen naar buiten tot bij Bethanië. En Hij hief Zijn handen op en zegende hen. En het geschiedde, terwijl Hij hen zegende, dat Hij Zich van hen verwijderde. En Hij werd opgenomen in de hemel. | Toen nam Jezus de leerlingen mee de stad uit, tot bij het dorp Betanië. Hij stak zijn armen uit en zegende hen. En terwijl hij dat deed, ging hij weg. God haalde hem naar de hemel. |
Houd sterk aan in het gebed, en wees daarin waakzaam met dankzegging. | Tegen jullie allemaal zeg ik: Blijf steeds bidden, en sta altijd klaar om God te danken. |
Verblijd u met hen die blij zijn, en huil met hen die huilen. | Jullie moeten altijd met elkaar meeleven, in vreugde en in verdriet. |
Ten slotte, wees allen eensgezind, vol medeleven, heb de broeders lief, wees barmhartig en vriendelijk. | Ten slotte zeg ik tegen jullie allemaal: Maak geen ruzie met elkaar. Leef met elkaar mee, en houd van elkaar als broers en zussen. Wees vriendelijk en bescheiden. |
Zoals hij voortgekomen is uit de buik van zijn moeder, zal hij naakt terugkeren om te gaan zoals hij kwam. Hij zal van zijn zwoegen niets meenemen wat hij met zijn hand kan dragen. | Zo iemand is naakt geboren, zonder bezit. En als hij doodgaat, kan hij niets meenemen. Alles waarvoor hij hard gewerkt heeft, moet hij achterlaten. |
Komt overmoed, dan komt ook schande, maar bij de ootmoedigen is wijsheid. | Wijze mensen scheppen niet op over zichzelf, want opscheppers worden belachelijk gemaakt. |
Want wij hebben niets de wereld ingedragen, het is duidelijk dat wij ook niets daaruit kunnen wegdragen. Als wij echter voedsel en kleding hebben, zullen wij daarmee tevreden zijn. | Toen we op de wereld kwamen, hadden we niets bij ons. En als we de wereld verlaten, kunnen we ook niets meenemen. We hebben eten en kleren. Laten we daar tevreden mee zijn. |
En neem niet deel aan de onvruchtbare werken van de duisternis, maar ontmasker ze veeleer. Want wat heimelijk door hen gedaan wordt, is te schandelijk om zelfs maar te vertellen. | Het gedrag van slechte mensen leidt tot niets. Wat zij in het geheim allemaal doen, is te erg voor woorden. Doe er niet aan mee, maar zeg er juist iets van. |
Want U bent mijn rots en mijn burcht! Wijs mij dan de weg en leid mij zachtjes, omwille van Uw Naam. | U bent sterk en machtig, u beschermt mensen tegen gevaar. Ga met mij mee en leid mij. |
Het strekt een man tot eer zich buiten onenigheid te houden, maar iedere dwaas zal zich er juist in mengen. | Als je rustig blijft bij een ruzie, krijg je waardering, maar als je gaat schreeuwen, ben je een dwaas. |
Onthoud het goede niet aan wie er recht op hebben als het binnen je macht ligt dat te doen. | Als je iemand ergens mee kunt helpen, doe dat dan ook. En geef hem waar hij recht op heeft. |
De rechtvaardige heeft veel ellende, maar uit dat alles redt de HEERE hem. | Goede mensen hebben het vaak moeilijk. Maar de Heer redt hen steeds weer. |
En Hij zei tegen hen: Kom achter Mij aan, en Ik zal u vissers van mensen maken. | Jezus zei tegen hen: ‘Kom, ga met mij mee. Ik zal jullie leren om mensen te vangen in plaats van vissen.’ |
Een dwaas verwerpt de vermaning van zijn vader, maar wie de bestraffing in acht neemt, is schrander. | Dwaze kinderen luisteren niet naar de lessen van hun ouders. Kinderen die wel luisteren, zijn verstandig. |
Eer zij aan God in de hoogste hemelen, en vrede op aarde, in mensen een welbehagen. | Alle eer aan God in de hemel. En vrede op aarde voor de mensen van wie God houdt. |
Kom, laten wij ons neerbuigen en neerbukken, laten wij knielen voor de HEERE, Die ons gemaakt heeft. | Laten we knielen voor de Heer, laten we diep voor hem buigen, want hij heeft ons gemaakt. |
Want als de bereidwilligheid aanwezig is, dan is iemand welgevallig overeenkomstig wat hij heeft, niet overeenkomstig wat hij niet heeft. | Als je het van harte geeft, dan is de Heer er blij mee. Maar je hoeft niet meer te geven dan je kunt missen. |
En de engel zei tegen hen: Wees niet bevreesd, want zie, ik verkondig u grote blijdschap, die voor heel het volk wezen zal. | Maar de engel zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn, want ik breng jullie goed nieuws. Het hele volk zal daar blij mee zijn.’ |
Wanneer een man pas een vrouw genomen heeft, mag hij niet met het leger uittrekken, en mag men hem geen enkele verplichting opleggen. Een jaar lang zal hij vrij zijn ten behoeve van zijn huis zodat hij zijn vrouw, die hij genomen heeft, kan verblijden. | Stel dat een man nog maar kort met een vrouw getrouwd is. Dan hoeft hij niet het leger in om oorlog te voeren. Hij hoeft ook geen ander werk voor het leger te doen. Een jaar lang mag hij thuisblijven om zijn vrouw gelukkig te maken. |
En wees daders van het Woord en niet alleen hoorders. Anders bedriegt u uzelf. | Je moet niet alleen luisteren naar Gods woorden, maar ook doen wat God van je vraagt. Anders ben je verkeerd bezig. |
En nadat Hij dit gezegd had, werd Hij opgenomen terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen. | Toen Jezus dat gezegd had, zagen de apostelen hem naar de hemel gaan. Een wolk nam hem mee, zodat ze hem niet meer konden zien. |
Daarom, zeg tegen hen: Zo zegt de Heere HEERE: Geen van Mijn woorden zal nog uitgesteld worden. Het woord dat Ik gesproken heb, zal in vervulling gaan, spreekt de Heere HEERE. | Maar jij moet tegen die mensen zeggen: ‘Wat ik namens de Heer zeg, zal al heel snel gebeuren. De Heer zal er niet lang mee wachten.’ |
Gerelateerde onderwerpen
Hemel
Want de Heere Zelf...
Vreugde
Verblijd u altijd. Bid...
Jezus
Maar Jezus keek hen...
Nederigheid
In alle nederigheid en...
Aanbidding
HEERE, U bent mijn...
Betrouwbaarheid
Maar de Heere is...
Bijbeltekst van de dag
Wie is Hij, deze Koning der ere?De HEERE van de legermachten,
Hij is de Koning der ere. Sela