Heer, uw liefde is zo groot als de wereld, uw trouw is zo hoog als de hemel. | Want hemelhoog is uw goedertierenheid, tot aan de wolken reikt uw trouw. |
Alle eer is voor u, Heer. Niet voor ons, maar voor u alleen, want u bent trouw en goed. | Niet ons, o Here, niet ons, maar uw naam geef eer, om uw goedertierenheid, om uw trouw. |
Heer, hoor mijn gebed, hoor hoe ik om hulp smeek. U bent trouw, u bent goed, geef mij antwoord! | O Here, hoor mijn gebed, neem mijn smekingen ter ore; antwoord mij naar uw trouw, naar uw gerechtigheid. |
Heer, voor trouwe mensen bent u trouw, voor goede mensen bent u goed. | Jegens de getrouwe toont Gij U getrouw, jegens de onberispelijke toont Gij U onberispelijk. |
Heer, u zult bij mij zijn met uw liefde, uw liefde en uw trouw zullen mij altijd beschermen. | Gij, Here, onthoud mij uw erbarming niet; uw goedertierenheid en uw waarheid mogen mij bestendig bewaren. |
De Heer beschermt je, zoals een vogel haar jongen beschermt onder haar vleugels. De Heer is trouw. Hij is zo sterk als een schild, hij houdt elke aanval tegen. | Met zijn vlerken beschermt Hij u, en onder zijn vleugelen vindt gij een toevlucht; zijn trouw is schild en pantser. |
God wil dat jullie bij hem horen. Hij is trouw, en hij doet wat hij belooft. | Die u roept, is getrouw; Hij zal het ook doen. |
De Heer is goed voor zijn volk, we leven nog! Zijn liefde blijft altijd bestaan. Zijn trouw is groot. Hij zorgt voor ons, elke dag weer. | Het zijn de gunstbewijzen des Heren, dat wij niet omgekomen zijn, want zijn barmhartigheden houden niet op, elke morgen zijn zij nieuw, groot is uw trouw! |
Je moet eerbied hebben voor de Heer. Je moet eerlijk zijn tegen hem. En je moet hem trouw blijven en niet twijfelen. Want hij heeft bijzondere dingen voor jullie gedaan. | Vreest slechts de Here en dient Hem trouw met uw ganse hart, want ziet, welke grote dingen Hij onder u gedaan heeft. |
Wees altijd goed en trouw. Denk steeds aan mijn lessen, denk er altijd aan. Dan zullen God en de mensen van je houden. Ze zullen respect voor je hebben. | Dat liefde en trouw u niet verlaten! Bind ze om uw hals, schrijf ze op de tafel van uw hart, dan zult gij genegenheid en goedkeuring verwerven in de ogen van God en mensen. |
Ik wil u altijd trouw zijn, altijd uw regels volgen. | Ik verkies de weg der waarheid, Ik stel uw verordeningen voor mij. |
De Heer is trouw. Hij zal jullie kracht geven en beschermen tegen de macht van het kwaad. | Maar wèl getrouw is de Here, die u sterken zal en u bewaren voor de boze. |
Als je eerlijk en trouw bent, zul je leven. En andere mensen zullen goed voor jou zijn. | Wie gerechtigheid en liefde najaagt, vindt leven, gerechtigheid en eer. |
Heer, u zult me altijd beschermen. Uw trouw duurt eeuwig, Heer. Laat uw wereld niet in de steek! | De Here zal het voor mij voleindigen. O Here, uw goedertierenheid is tot in eeuwigheid. Laat niet varen de werken uwer handen. |
Want alleen in dat licht kunnen goedheid, eerlijkheid en trouw groeien. | Want de vrucht des lichts bestaat in louter goedheid en gerechtigheid en waarheid. |
De Heer leidt mensen die trouw zijn aan hem, zodat ze weten wat ze moeten doen. | Door de Here worden de schreden van de man bevestigd, aan wiens weg Hij welgevallen heeft. |
Gelukkig ben je als je trouw bent aan de Heer, als je leeft volgens zijn wetten. | Welzalig ieder die de Here vreest, die in zijn wegen wandelt. |
Heer, alleen u bent mijn redder. U geeft geluk en vrede aan mensen die u trouw zijn. | De verlossing is van de Here, uw zegen zij over uw volk. sela |
De Heer helpt mensen die trouw zijn aan hem, hij hoort hen als ze om hulp roepen. | De ogen des Heren zijn op de rechtvaardigen, en zijn oren tot hun hulpgeroep. |
Want wat de Heer zegt, is waar. Alles wat hij doet, is goed. | Want des Heren woord is waarachtig, al zijn werk geschiedt in trouw. |
Een vriend blijft je altijd trouw. Een broer of zus helpt je in moeilijke tijden. | Een vriend heeft te allen tijde lief, maar een broeder wordt voor de nood geboren. |
Gelukkig zijn mensen die trouw zijn aan de Heer en willen leven volgens zijn wetten. | Halleluja. Welzalig de man, die de Here vreest, die van harte lust heeft in zijn geboden. |
Ik bid dat de Heer zal zorgen dat jullie met heel je hart van God houden, en dat jullie trouw zijn aan Christus. | De Here neige uw harten tot de liefde Gods en tot de volharding van Christus. |
Heer, leer mij hoe ik moet leven. Help mij om trouw te zijn aan u, geef mij eerbied voor u. | Leer mij, Here, uw weg, opdat ik in uw waarheid wandele; verenig mijn hart om uw naam te vrezen. |
De Heer geeft geluk aan eerlijke mensen, aan mensen die hem trouw zijn. Hij beschermt hen. | Hij bewaart hulp voor de oprechten, Hij is een schild voor wie onberispelijk wandelen. |