Gelukkig ben je als je trouw bent aan de Heer, als je leeft volgens zijn wetten. | Gelukkig ieder die ontzag heeft voor de HEER en de weg gaat die hij wijst. |
Gelukkig is iemand die niet luistert naar slechte mensen, die nee zegt tegen hun verkeerde plannen. Als slechte mensen spotten met God, doet hij niet mee. | Gelukkig de mens die niet meegaat met wie kwaad doen, die de weg van zondaars niet betreedt, bij spotters niet aan tafel zit. |
Mijn geest zal in jullie zijn, en jullie zullen je houden aan mijn wetten en regels. | Ik zal jullie mijn geest geven en ervoor zorgen dat jullie je aan mijn bepalingen houden en mijn regels naleven. |
Zorg er dus voor dat je goed leeft. Leef niet zoals dwaze mensen doen, maar gedraag je verstandig. Gebruik de dagen die God je nog geeft, goed. Want we leven in een slechte tijd. | Let er dus goed op welke weg u bewandelt, gedraag u niet als dwazen maar als verstandige mensen. Gebruik uw dagen goed, want we leven in een slechte tijd. |
Laat je leiden door de heilige Geest. Geef niet toe aan je eigen slechte verlangens. | Ik zeg u dus: laat u leiden door de Geest, dan zult u niet toegeven aan aardse begeerten. |
Als je goed en eerlijk leeft, ben je veilig, maar als je liegt en bedriegt, zul je gestraft worden. | Wie onberispelijk leeft, gaat een veilige weg, wie op kronkelpaden gaat, wordt ontmaskerd. |
Mensen die eerlijk leven, mensen die doen wat goed is en zeggen wat waar is. Ze spreken geen kwaad over anderen. Ze behandelen iedereen goed, en ze beledigen niemand. | Wie de volmaakte weg gaat en doet wat goed is, wie oprecht de waarheid spreekt. Hij doet aan lasterpraat niet mee, hij benadeelt een ander niet en drijft niet de spot met zijn naaste. |
Houd je precies aan mijn wetten en regels. Dan zal ik ervoor zorgen dat er op de juiste tijd regen valt. Er zal veel groeien op de akkers, en de bomen zullen veel vruchten krijgen. | Als jullie mijn bepalingen opvolgen, je aan mijn geboden houden en ze naleven, zal Ik jullie op gezette tijden regen schenken, zodat het land opbrengst geeft en de bomen vrucht dragen. |
Want vroeger hoorden jullie bij het donker, maar nu horen jullie bij het licht van de Heer. Leef als kinderen van dat licht. | Want eens was u duisternis maar nu bent u licht, nu u de Heer toebehoort. Ga de weg van de kinderen van het licht. |
En leef met elkaar in liefde. Zo leefde Christus ook. Hij hield van ons, en hij is voor ons gestorven. Hij gaf zijn leven als offer, en dat was een geschenk dat God graag aannam. | En ga de weg van de liefde, zoals Christus deed, die ons heeft liefgehad en zich voor ons gegeven heeft als offer, als een geurige gave voor God. |
Toen ik jullie voorouders uit Egypte weghaalde, gaf ik hun deze regel: ‘Luister altijd naar wat ik zeg. Dan zal ik jullie God zijn, en dan zullen jullie mijn volk zijn. Ik zal jullie vertellen hoe je moet leven. Als je doet wat ik wil, zal het goed met jullie gaan.’ | Wat Ik hun geboden heb, is dit: “Wees Mij gehoorzaam, dan zal Ik jullie God zijn en zullen jullie mijn volk zijn. Volg steeds de weg die Ik jullie wijs, en het zal jullie goed gaan.” |
Want ik, de Heer, ben jullie God. Daarom moeten jullie je alleen aan mijn wetten en regels houden. En jullie moeten de sabbat vieren als een heilige dag. Want zo laten jullie zien dat jullie mijn volk zijn, en dat ik jullie God ben. | Ik, de HEER, ben jullie God: houd je aan mijn bepalingen en regels, en leef ze na. Vier mijn sabbat als een heilige dag; dat zal voor jullie en Mij het teken zijn waaraan te zien is dat Ik, de HEER, jullie God ben. |
Blijf opletten! Want jullie weten niet wanneer jullie Heer zal komen. | Wees dus waakzaam, want jullie weten niet op welke dag jullie Heer komt. |
Of wanneer je over gloeiende kolen loopt. Dan zullen je voeten helemaal verbranden! | Of als hij over gloeiende kolen loopt, brandt hij dan zijn voeten niet? |
Ik ben wanhopig, Heer! Daarom roep ik naar u. Heer, hoor mijn stem, luister naar mij, hoor hoe ik smeek! | Uit de diepte roep ik tot u, HEER, Heer, hoor mijn stem, wees aandachtig, luister naar mijn roep om genade. |
Als je lang op iets moet wachten, word je wanhopig, maar als je krijgt waar je naar verlangde, word je gelukkig. | Almaar onvervulde hoop maakt ziek, vervuld verlangen is een levensboom. |
Met heel mijn hart verlang ik naar u, u bent de God die leven geeft. Wanneer zal ik weer bij u zijn? | Mijn ziel dorst naar God, naar de levende God, wanneer mag ik nader komen en voor God verschijnen? |
Stel dat je van tevoren weet wanneer er een dief komt. Dan blijf je wakker en zorg je ervoor dat die dief niet bij je kan inbreken. Maar jullie weten niet wanneer de Mensenzoon komt. Dus moeten jullie altijd klaarstaan. Onthoud dat goed! | Daarom moeten ook jullie klaarstaan, want de Mensenzoon komt op een tijdstip waarop je het niet verwacht. |
Wie niet liefheeft, kent God niet, want God is liefde. | Wie niet liefheeft kent God niet, want God is liefde. |
Want wat de Heer zegt, is waar. Alles wat hij doet, is goed. | Oprecht is het woord van de HEER, alles wat Hij doet is betrouwbaar. |
Ik zal voor u juichen en zingen, want u zult mij bevrijden. | Mijn lippen zullen juichen wanneer ik voor U zing, ik zal jubelen omdat U mij hebt verlost. |
Want Jezus Christus blijft dezelfde, vroeger, nu, en altijd. | Jezus Christus blijft dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid! |
Zoek je geluk bij de Heer, want hij zal je alles geven wat je vraagt. | Zoek je geluk bij de HEER, Hij zal geven wat je hart verlangt. |
Vertrouw op hem als het leven zwaar is, want hij zal voor je zorgen. | Leg de last van uw zorgen op Hem, want u ligt Hem na aan het hart. |
Jullie noemen mij ‘meester’ en ‘Heer’. En dat is goed, want dat ben ik. | Jullie zeggen altijd “meester” en “Heer” tegen Mij, en terecht, want dat ben Ik ook. |