Hij alleen is mijn rots en mijn redding, mijn burcht, ik zal niet wankelen. | Hij is de rots onder mijn voeten. Hij is de burcht waarin ik veilig ben. Ik zal niet verslagen worden door mijn vijanden. |
Hij alleen is mijn rots en mijn redding, mijn burcht, nooit zal ik wankelen. | Hij is de rots onder mijn voeten. Hij is de burcht waarin ik veilig ben. Ik zal niet verslagen worden door mijn vijanden. |
Hij zal je voet niet laten wankelen, Hij zal niet sluimeren, je wachter. | Hij zal ervoor zorgen dat je niets overkomt. Je Beschermer slaapt nooit. |
Al zouden de bergen wijken en de heuvels wankelen, mijn liefde zal nooit meer van jou wijken en mijn vredesverbond is onwankelbaar – zegt de HEER, die zich over je ontfermt. | De bergen kunnen instorten en de heuvels kunnen wankelen, maar mijn liefde voor jou zal niet ophouden. Mijn vredesverbond met jou zal voor altijd blijven bestaan, zegt de Heer die medelijden met je heeft. |
Laten we zonder te wankelen datgene blijven belijden waarop we hopen, want Hij die de belofte heeft gedaan is trouw. | Laten we blijven geloven in wat Hij heeft beloofd, zonder eraan te twijfelen. Want Hij die de beloften heeft gedaan, is trouw. Hij zal doen wat Hij heeft beloofd. |
De rechtvaardige komt nooit ten val, men zal hem eeuwig gedenken. | Er zal je niets overkomen. De mensen zullen zich jou herinneren als een goed mens. |
Maar al moet u nog korte tijd lijden, God, de bron van alle genade, die u geroepen heeft om in Christus deel te krijgen aan zijn eeuwige luister, Hij zal u sterk en krachtig maken, zodat u staande zult blijven en niet zult wankelen. | Maar de God die één en al liefde en goedheid is, heeft jullie in Christus geroepen om voor eeuwig bij Hem te zijn. Hij zal jullie, na een korte tijd van lijden, volmaakt en sterk maken. |