Maar jullie zullen de Heilige Geest krijgen. Hij zal jullie kracht geven. Dan zullen jullie aan de mensen gaan vertellen wat jullie van Mij hebben gezien en gehoord. Eerst in Jeruzalem, dan in heel Judea en Samaria en daarna in de hele wereld. | Maar jullie zullen kracht krijgen van de heilige Geest. En daarna moeten jullie overal in Jeruzalem over mij vertellen. En in heel Judea en Samaria, en overal op aarde. |
Want ik wil dat ze bemoedigd zullen worden. En ik wil graag dat ze één zullen zijn door van elkaar te houden. Alleen dán zullen ze ten volle kunnen genieten van het kennen van Christus. Christus is het verborgen plan van God. | Het doel van al mijn werk is om jullie moed te geven. Ik wil dat jullie een eenheid vormen door jullie liefde voor elkaar. Want alleen op die manier leren jullie alles te begrijpen, en kunnen jullie Christus echt leren kennen. Hij is het geheim dat God bekendgemaakt heeft. |
Breng liever alle gaven waar Ik recht op heb naar de voorraadkamer van mijn tempel, namelijk het tiende deel van jullie oogsten. Dan zullen mijn priesters te eten hebben. Probeer het maar. Dan zullen jullie zien dat Ik ervoor zal zorgen dat het goed met jullie gaat. Ik zal voldoende regen geven, zodat jullie grote oogsten zullen hebben. De oogsten zullen zó groot zijn, dat het allemaal niet meer in jullie schuren past. | Jullie moeten het heel anders doen. Breng maar eens een tiende deel van jullie oogst naar de tempel, zodat de priesters weer te eten hebben. Dan zullen jullie zien dat ik jullie beloon! Dan zal ik weer water uit de hemel laten stromen. Ik zal jullie weer een grote oogst geven. |
Tot nu toe hebben jullie nooit God om iets gebeden omdat jullie bij Mij horen. Doe dat, dan zullen jullie krijgen wat jullie bidden, zodat jullie heel erg blij zullen zijn. | Vanaf nu moeten jullie dus tot de Vader bidden als mensen die bij mij horen. Dan zullen jullie alles krijgen waar je om vraagt. En dan zal jullie vreugde volmaakt zijn. |
En als de mensen jullie gevangen nemen, maak je dan niet van tevoren zorgen over wat je moet zeggen. Want op het juiste moment zullen jullie weten wat jullie moeten zeggen. En dát zullen jullie zeggen. Want het zullen niet jullie eigen woorden zijn, maar woorden die de Heilige Geest jullie geeft. | Als ze jullie gevangennemen en wegbrengen, maak je dan geen zorgen over wat je moet zeggen. Maar zeg wat God je op dat moment laat zeggen. Want je spreekt dan niet zelf, maar jullie woorden komen van de heilige Geest. |
Ik zal U prijzen en voor U zingen. De landen en volken zullen het horen. | Heer, ik wil u danken, overal op aarde wil ik voor u zingen. |
Wat moeten we dan nog zeggen? Als God vóór ons is, wie kan ons dan nog kwaad doen? | Wat moet ik hier verder nog over zeggen? God houdt van ons. Voor wie zouden wij dan nog bang moeten zijn? |
Trotse mensen worden uiteindelijk vernederd. Maar bescheiden mensen zullen worden geprezen. | Mensen die zichzelf geweldig vinden, zullen het moeilijk hebben, maar mensen die bescheiden zijn, krijgen respect. |
Als jullie denken dat het verkeerd is om de Heer te dienen, kies dan vandaag wie jullie wél willen dienen. De goden die jullie voorvaders aan de overkant van de Rivier aanbaden, of de goden van de Amorieten van het land hier. Maar ík en mijn familie zullen de Heer dienen! | Als jullie dat niet willen, kies dan welke goden jullie wel willen dienen: de goden van jullie voorouders of de goden van de Amorieten. Mijn familie en ik zullen in ieder geval de Heer dienen! |
Er zal een brede weg komen, die de 'Heilige Weg' zal worden genoemd. Niemand die onrein is, zal op die weg komen. Die weg zal alleen zijn voor mensen die leven zoals God het wil. Zelfs de dwazen zullen er niet op ronddwalen. | Dan zal er een weg lopen naar Jeruzalem, de Heilige Weg. Mensen die niet doen wat God wil, kunnen die weg niet gebruiken. Want die weg is alleen voor de mensen die bevrijd zijn door de Heer. Er zullen geen leeuwen of andere wilde dieren zijn. |
Zelfs als de vijgenbomen niet zullen bloeien, en er geen één druif in de wijngaarden te vinden zal zijn, en we geen enkele olijf van de olijfbomen zullen kunnen oogsten, en er niets meer op de akkers zal groeien, en alle schapen uit de stallen zullen worden geroofd, en alle koeien verdwenen zullen zijn, zelfs dan zal ik tóch nog juichen over de Heer, blij jubelen over de God die voor mij zorgt. | Misschien zijn er straks geen vijgen meer, misschien geen olijven of druiven. Misschien mislukt de graanoogst, of gaan de schapen dood, of de koeien. Toch zal ik dan juichen van blijdschap. Want ik weet dat de Heer mij redt! |
Pas als de Zoon jullie heeft vrijgemaakt, zullen jullie werkelijk vrij zijn. | Zo iemand heeft geen plaats bij God. Maar de Zoon van God kan je bevrijden. En als je bevrijd bent, heb je voor altijd een plaats bij God. |
Als jullie veel van elkaar houden, zal iedereen kunnen zien dat jullie mijn leerlingen zijn. | Dan zal iedereen kunnen zien dat jullie mijn leerlingen zijn. |
Jezus zei: "Jullie zullen worden gehaat door de mensen die niet in Mij geloven. Bedenk dan dat ze Mij óók hebben gehaat." | De mensen zullen jullie haten. Maar bedenk dat ze eerst mij gehaat hebben. |
Jullie moeten geduldig blijven doen wat God van jullie vraagt. Dan zullen jullie krijgen wat Hij jullie heeft beloofd. | Houd vol en doe wat God wil. Dan zullen jullie krijgen wat God beloofd heeft. |
Er zal je niets overkomen. De mensen zullen zich jou herinneren als een goed mens. | Er zal hun geen kwaad overkomen. Hun goedheid wordt nooit vergeten. |
Uw wetten zijn juist en goed. Ze zijn rechtvaardig en zullen voor eeuwig gelden. | Alles wat u zegt, is waar. Al uw beslissingen zijn goed en eerlijk. |
Doe daarom je best om door jullie geloof verstandig te worden. En door verstandig te worden zullen jullie God goed leren kennen. En door God goed te kennen, zullen jullie groeien in zelfbeheersing. En door te groeien in zelfbeheersing, zullen jullie groeien in geduld. En door te groeien in geduld, zullen jullie groeien in ontzag voor God. En door te groeien in ontzag voor God, zullen jullie groeien in de liefde voor de broeders en zusters. En door te groeien in de liefde voor de broeders en zusters, zullen jullie groeien in werkelijk onzelfzuchtige liefde. | Daarom moeten jullie je uiterste best doen om je geloof te laten groeien. Je geloof zal groeien als je volmaakt wordt. Je wordt volmaakt als je meer begrijpt van het geloof. Je begrijpt meer van het geloof als je geduldig bent. Je wordt geduldig als je volhoudt in moeilijkheden. Je kunt volhouden in moeilijkheden als je God eert. Je eert God als je van elkaar houdt als broers en zussen. En je kunt pas van elkaar houden als je van alle mensen houdt. |
Toen we nog vijanden van God waren, heeft God ervoor gezorgd dat we vrede met Hem konden sluiten. Namelijk door de dood van zijn Zoon. Daardoor zijn we vrienden van God geworden. En daarom is het nu ook zéker dat we elke dag worden gered en veilig zijn door het léven van zijn Zoon. | Vroeger waren we dus vijanden van God. Maar nu is het goed tussen God en ons, dankzij de dood van zijn Zoon. Want dankzij de dood van Christus ziet God ons als goede mensen. En dus zullen we ook voor eeuwig gered worden. Daar hoeven we niet aan te twijfelen. Want Christus leeft, en hij zal ons redden op de dag dat God rechtspreekt over de wereld. |
Jullie zéggen wel dat de Heer met jullie is. Maar dan moeten jullie het goede doen, en niet het kwade. Dan zullen jullie leven. Dan zal de Heer wérkelijk met jullie zijn, zoals jullie zeggen. | Doe wat goed is, en niet wat slecht is. Want dan zullen jullie echt leven. Jullie zeggen vaak: ‘God is bij ons.’ Maar alleen als jullie doen wat goed is, zal de Heer, de machtige God, echt bij jullie zijn. |
Ik heb jullie dit allemaal gezegd, zodat mijn vrede in jullie zou kunnen zijn. Jullie zullen in de wereld veel moeilijkheden hebben. Maar houd moed: Ik heb de wereld overwonnen. | Ik heb jullie al deze dingen nu al verteld. Want jullie horen bij mij, en daarom zal ik jullie mijn vrede geven. Jullie zullen het in deze wereld heel moeilijk krijgen. Maar houd moed! Ik heb het kwaad van deze wereld overwonnen. |
Door de ongehoorzaamheid van één mens (Adam) zijn alle mensen schuldig geworden. En door de gehoorzaamheid van één Mens (Jezus) zijn alle mensen vrijgesproken van schuld. | Door de zonde van één mens strafte God alle mensen. Doordat Adam ongehoorzaam was aan God, kreeg de zonde macht over iedereen. Maar doordat één mens het goede deed, ziet God ons allemaal als goede mensen. Doordat Jezus Christus gehoorzaam was aan God, zal God aan ons allemaal het eeuwige leven geven. |
En Ik geef hun het eeuwige leven. Ze zullen tot in eeuwigheid niet verloren gaan. Ze zijn van Mij en niemand zal ze uit mijn handen kunnen roven. Mijn Vader heeft hen aan Mij gegeven. Hij is machtiger dan wie dan ook. Niemand kan iets uit de handen van mijn Vader roven. Ik en de Vader zijn helemaal één. | Ik zorg ervoor dat ze gered worden, ik geef hun het eeuwige leven. En niemand kan hen bij mij weghalen. Want mijn Vader heeft mij de hoogste macht gegeven. De Vader en ik zijn samen één. En niemand kan God, de Vader, iets afnemen. |
Ik bid dat jullie steeds meer van de vriendelijkheid, vrede en liefde van God zullen merken. | Ik wens jullie toe dat God goed voor jullie is, jullie liefheeft en jullie voor altijd vrede geeft. |
Jezus zei tegen hem: "Geloof je pas nu je Mij hebt gezien? Wat is het heerlijk als mensen die Mij niet gezien hebben toch geloven!" | Jezus zei: ‘Jij gelooft in mij omdat je mij gezien hebt. Vanaf nu zullen mensen in mij geloven zonder dat ze mij zien. En God zal hen gelukkig maken.’ |